3 Bij de West Repard en De Koepel bleken honderden meters glooiing vernield te zijn. De Langendijk had het gehouden, doch blijkbaar op het nippertje, daar een tweetal belangrijke afschuivingen van het binnenbeloop werden geconstateerd. Ook bij het z.g. Zandkoekje was het binnen- talud ernstig' afgeschoven. De weinig royale zeedijken langs de Noorder Nieuwland- en Christoffelpolder hadden weinig schade opgelopen: wellicht door dat, waarschijnlijk vroeg in de nacht, een doorbraak was ontstaan in de zeedijk bij het Keetpoldertje, waardoor de Schouwse dijk daar ter plaatse zeewering was geworden en in tact was gebleven, zo dat bedoelde dijken aan beide zijden water hadden gekregen. Bij Brouwershaven bleken de De Muraltmuurtjes te zijn be schadigd. Van de Oosthavendijk was het binnenbeloop ernstig be schadigd en was in deze dijk een stroomgat ontstaan, door welke de Groot-Sint-Jacobspolder volgelopen was. De Waterkering te Brouwershaven, gevormd door huizen met vloedplankjes, bleken een zeer zwakke schakel te zijn geweest, zoals dit ook te Zierikzee het geval was. Omdat alle verbindingen te land verbroken waren, de door braken op de meest onbereikbare plaatsen voorkwamen, hulp van buitenaf voorlopig niet te verwachten was en in de eerste dagen de zorg voor lijfsbehoud voorging, kon het water in de stroom- gaten zijn verwoestende werking ongehinderd voortzetten. Wel grepen de gemeentebesturen van Zierikzee, Haamstede en Brouwershaven snel in. Zij poogden met uiterst bescheiden mid delen enkele gaten te dichten, doch het bleek alras, dat men voor een schier onmogelijke taak stond. Op Dinsdag 3 Februari deed echter de Rijkswaterstaat de toe zegging, dat deze dienst zou trachten alles weer te herstellen, waartoe het Rijk voorlopig de taak der polders over zou nemen. Om de weinige krachten, op het eiland aanwezig, te coördi neren kwamen Provinciale-, Rijks- en Polderambtenaren bijeen om gegevens te verzamelen en plannen te beramen. Langzamerhand kon de aanval georganiseerd worden. De Dienst der Zuiderzeewerken werd stilgelegd en alle materieel en perso neel op ons eiland ingezet. De polderambtenaren kwamen onder

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 5