uit öe historie BAKKER’s lliiiiiillhiiiiil Souvenirtje? Fraai gerestaureerde schilderijen in het Zierikzeese Museum 11 Juli 1952 - No. 3 lliiiiimiillhiiliiiiilllllhiiiillll Fa J. Kosters - Zierikzee St. Lievensstraat - bij de Toren Groenten en Fruit VAMI-IJS L. A.Bakker=Renesse ZOEKT U EEN LEUK FOTO „BERGE” J s De straatlantaarns SERV/EZE7V TAFELZILVER MESSENLEGGERSenzVAN\ Burgh reeds vroeg een toevluchtsoord voor vreemdelingen SCHOUWEN FV'TïTïi zeeman vestigen zich op Leliëndale Schouwen’s heid geeft nauwkeurig zijn Gezicht vanaf de rede op Zierikzee anno 1540 het gemeentemuseum is een viertal fraai gerestaureer- toestand van het kloosterge- j een deze TEL .70 HAAM STEDE GRATIS VERSPREIDING TEN GERIEVE VAN DE BADGASTEN EN KAMPEERDERS TE BURGH, HAAMSTEDE EN RENESSE Bezoekt de TOONKAMERS in Antiquiteiten van Groenten- en Fruithandel is Uw adres voor prima Desgewenst schrappen wij Uw aardappelen en wortelen Probeer tevens ons heerlijke Hoogezoom B 63 - Telefoon 52 Dan naar HAAMSTEDE DE BADCOURANT verschijnt gedurende de zomermaanden in Westelijk Schouwen ten ge rieve van de badgasten en wordt iedere Vrijdag gratis huis-aan-huis bezorgd door de P.T.T. Zij die wensen te adverteren gelieven zich in verbinding te stellen met drukkerij Laken man Ochtman, Zierikzee, telefoon 32. '‘WiECE Moge de vreemdeling, die op heden deze weg bewandelt, hier even in gedachten stil staan en peinzen over de grote veranderingen die sindsdien hebben plaats gehad en mo ge vaststellen dat zij, die nu in deze omgeving vertoeven, gelukkig wat meer geboden1 wordt, dan voor vier eeuwen j voor de Het tweede gerestaureerde schilderij toont een waar schijnlijk Zierikzeese familie, J. G. Bethe (1759) die zich arcadisch heeft laten I vrouw Jannetje Bakker. Engelse nonnen In de schilderijen opgehangen, die zowel een historische als kunstzinnige aanwinst betekenen. De restauratie is op uiterst deskundige wijze verricht door de heer J. C. Fraas, restaurateur van het Mauritshuis te ’s-Gravenhage. Het eerste schilderij1 (pl.m. 3 meter groot) verbeeldt het gezicht op Zierikzee vanaf de rede. Het werk dateert uit 1541. Lange tijd heeft het op de grote zaal van het museum gehangen, maar door de eeuwen heen was het vuil ge worden. De restauratie heeft opnieuw de schoonheid van het schilderij doen spreken. Het is waarschijnlijk vervaar digd, door een overigens on bekende schilder, bij gelegen heid van het bezoek van Karei V aan Zierikzee in 1540. De z.g.n. kasteelschepen op de voorgrond van het^schilderij tonen allerlei aardige details. Minder sprekend is het stads silhouet, dat niet helemaal in details is uitgewerkt, maar toch nog talrijke stedëlijke al of niet verdwenen bouwwer ken (Bagijnepoort) toont. Wanneer van Haamstede naar r het dorp Burgh wandelt, pas- I seert men aan de linkerzijde j een weg, die Kloosterweg ge- noemd wordt, welke met de Weeldeweg het gedeelte van de cirkel vormt, die om het „Hoge Burgh” ligt. De Kloosterweg herinnert aan het klooster „Leliëndale”, dat reeds voor 1271 gesticht moet zijn. Eerst schijnt het een Ba- gijnénklooster te zijn geweest, dat niet groot was en slechts één schoorsteen bezat, waaruit men de nederigheid van het zelve zou kunnen afleiden. Sedert 1459 was het opgeno men in het kapittel van de Nijmeegse Dominikanen en in 1569 geïncorporeerd bij de zelfde orde te Zieriksee. Het was een zeer armoedig kloos ter, dat waarschijnlijk weinig giften uit de streek waar het gevestigd was, was toebedeeld. Op de herfstdag van het jaar 1559 meldde zich aan de kloosterpoort een eerbied waardig gezelschap. Het be stond uit 11 nonnen, een biechtvader en een kapelaan. Het was zelfs nog een buiten lands gezelschap. Wat was toch het geval. Na ’t overlijden van koningin Marie in Engeland was ko ningin Elisabeth aan de re gering gekomen. Onder haar bestuur brak in Engeland een kerkhervorming uit, waarbij de meeste kloosters werden genaast en de bewoners wer den weggezonden. Velen van hen vonden in Vlaanderen, met name Brugge en Dender- monde een toevluchtsoord, maar deze Dominikanen meenden dit in het gastvrije Burgh, op „Leliëndale” te kunnen vinden. Het waren meest oude zielen, die meer naar het graf dan naar een wellustig leven neigden, daar het grootste deel de leeftijd van 70 of zelfs 80 jaren reeds had bereikt. Maar vriendelijk werden zij door hunne zusters opgeno men. Doch hoe sober zij ook gezamenlijk leefden, in alle behoeften kon niet wonden voorzien. Toen de landvoogdes Marga- retha één van haar afgezanten, Simon Creton, daarheen zond, kon deze dan ook niet anders i rapporteren, dan de slechte aan de Engelse nonnen. P. v. B. bouw, dat „zeer armoedig en slecht gebouwd was”, waar het allernoodzakelijkste ont brak, zelfs geen hout was om vuur te maken en waar ge zonden en zieken, allen steeds in hetzelfde vertrek moesten verkeren. Creton doet dan ook aan de landvoogdes het voor stel om deze nonnen onder te brengen in het Bagijnhof te Zieriksee, waar ^r'h+iAT crppn I gevolg aangegeven is. De priorin Elisabeth Cresse- ner richtte zich namens de Engelse nonnen met een uit voerig schrijven aan koning Filips, waarin zij ondersteu ning vroeg in deze droeve om standigheden, waaraan de koning voldeed en ieder hun ner schonk een bedrag van 24 gulden, met toevoeging van 8 gulden per persoon voor verdere behoeften, totaal een bedrag van 348 gulden ma kende. Zwaarder werd het toen met de beeldenstorm in 1566 dit klooster deerlijk werd geplun derd en er voor deze oude zieltjes als het ware niets over bleef. De gelederen wa ren door de dood ook hard ge dund en in 1569 waren er nog 3 nonnen over en was het niet j meer mogelijk dit klooster in j stand té houden, zodat door de Commissaris-Generaal Pa ter Vintentius Herculanis, met pauselijke toestemming, hiet convent werd opgeheven en hare goederen geschonken aan de Dominikanen te Zieriksee, onder voorwaarde dat de overgebleven nonnen, zouden worden uitbesteed, wat dan ook te Haamstede en Burgh heeft plaats gehad. De ambachtsheer van Haam stede, toen een machtig Heer, wilde echter d i e goederen themwaarts tapropieren waartegen de Staten van Zee land in hun vergadering van 13 Juli 1580 ernstige bezwaren maakten. Twaalf van deze „straatlan taarns voor de zeeman” zen den elke nacht aan onze kust hun licht van vele millioenen kaarsen uit. Bovendien liggen voor onze kust drie lichtsche pen, de vooruitgeschoven pos ten van onze kustverlichting. Verder zijn er nog talrijke lichtboeien. Zwijgend vertel len en waarschuwen zij de zeeman: pas op, hier is de Nederlandse kust, een gevaar lijke kust Vol met banken en ondiepten, waarop menig schip in een stormnacht strandde en verloren ging, soms met de gehele beman ning. Aan Schouwen’s Westkust staat sinds 25 Maart 1840 de kustlichttoren' ter vervanging van de ouderwetse kolenvu ren, die in de duinen opge steld, als baken voor de zee man moest dienen. Op 7 Sep tember 1837 werd de eerste steen gelegd, aan welk feit de gedenksteen in de vesti bule in de hoofdingang van de toren, nog herinnert. De 47 m. hoge toren, die op 201 pa len rust, staat 184 voet boven volzee. Bij slecht zicht is het licht van Westenschouwen nog altijd op 9.7 zeemijl af stand te zien! Elke nacht lopen tientallen schepen Nederlandse havens binnen en passeren honder den onze kusten; schepen van allerlei nationaliteit. En het enige, dat deze „ships that pass in the night” van ons lage landje zien, is het licht van onze vuurtorens, die hen een vriendelijke groet toezwaaien. Het zijn stille betrouwbare bakens in de nacht, die met de regelmaat van een klok, hun sterke bundels licht over de zee laten flitsen. En de zee man, uit welk land hij ook stamt, ziet deze lichtflitsen en hij verstaat de internationale taal van dit licht. Hij weet waar echter geen hieruit waar zijn schip zich bevindt. Elke vuurtoren her kent hij aan diens schitterin gen, want binnen zestig mijl heeft elk van hen een ander karakter, d.w.z. de donkere perioden tussen twee opvol gende schitteringen zijn ver schillend. De zeeman is dank baar voor dit licht, dat uit het vreemde land tot hem komt en dat hem de gelegen- pbsitie te bepalen. schilderen, d.w.z. in herders- dracht en met typisch Itali aanse motieven. Het werk da teert uit 1633. Heel fraai is een paneeltje dat na herstel geschilderd bleek door de landschapsschilder J. C. Crooss. Een dorp aan de hori zon van het verbeelde land- schap zou Dreischor kunnen zijn. Rijk van uitwerking is ook een schilderij! voorstel-) lend een jachtpartij, waar schijnlijk in Engeland, waarop Willem III, het Kind van Staat, Voorkomt. Nieuw is een schiderij van provinciale kunst dat voorstelt een door zicht van de Schouws» dijk af op Zierikzee. Kerk en toren zijn althans duidelijk zicht baar. Het werk dateert van naar schatting de tijd rond 1800. In de buurt van de ge noemde schilderijen zijn ten slotte nog een tweetal minia tuurtjes oggehangen, voorstel lend de Bruinisser predikant en zijn

Krantenbank Zeeland

Schouwen's Badcourant | 1952 | | pagina 1