'Een zondvloed? Welnee man, je bent gek!'
ouwen
Cees Arensman 56 jaar na dato over watersnoodramp 1953 in 'zijn' Stad aan 't Haringvliet
TSpypp
Vreselijke ramp met
ingrijpende gevolgen
'orrrneisdiïlc
Middel
h arn ;3
Rotterdam
Hellevoet
Vlcc.'d Mo'lc. «vet S
Stad aan 't Haringvliet.
Weinigen zullen deze naam
kennen. Cees Arensman uit
Dirkshorn werd 71 jaar ge
leden geboren in dit toen
zo'n duizend zielen tellen
de dorpje op het oostelijk
deel van Goeree Overflak-
kee. Hij maakte er de wa
tersnoodramp van 1 februa
ri 1953 mee, dit weekend
dus precies 56 jaar geleden.
door richard zut
Arensman was vijftien jaar oud
ten tijde van de ramp. Hij en al
zijn familieleden overleefden
het, maar verloren wel hun hele
hebben en houwen. De familie
Arensman verhuisde een jaar la
ter in april '54 naar Dirkshorn
waar zijn vader een kleine boer
derij mocht overnemen.
Voordat hij zijn ervaringen
deelt, eerst nog wat feiten over
de gevolgen van de historische
ramp die zich voltrok in de vroe
ge ochtend van 1 februari 1953.
Een vreselijke ramp, die zich -
zonder dat iemand daar enige
notie van had - al aandiende op
zaterdagavond 31 januari.
Zwaarst getroffen
De zwaarst getroffen gemeenten
in het rampgebied waren Ou-
werkerk (91 doden op 656 inwo
ners), Nieuwerkerk (in Zeeland)
met 288 doden op een inwoner
tal van 1858 en Oude Tonge op
Goeree Overflakkee, waar 305
doden te betreuren waren op een
bevolking van 3088 zielen.
Circa 72.000 inwoners uit het
zuidwestelijke rampgebied
moesten voor langere tijd wor
den geëvacueerd. Er werden
drieduizend woningen en drie
honderd boerderijen verwoest
en meer dan 40.000 woningen
en 3000 boerderijen beschadigd.
Bijna 200.000 hectare grond
kwam onder water te staan. Ge
schatte materiële schade: ruim
anderhalf miljard gulden.
Cees Arensman kan de slaap in
hetzelfde huis als waar hij met
vader en moeder, broer Jan en
zus Nel in 1954 kwam wonen,
nog altijd moeilijk vatten wan
neer er een storm over de Kop
Cees Arensman met boek over ramp: „Opeens brak de dijk bij Den Bommel door." foto hdcmedia/richard zut
van Noord-Holland raast. „Dat is
het enige dat ik eraan over ge
houden heb. Al zal ik natuurlijk
nooit vergeten wat ons toen is
overkomen."
De Arensmannen woonden
nog maar pas in een nieuwbouw
huis aan de Vrouwtjesweg in Stad
aan 't Haringvliet. „Een dorp dat
bestond uit een dijk met daarop
én aan weerskanten huizen.
Haaks op de dijk een weg, om
laag de polder in richting nieuwe
huisjes met elk een halve bunder
land om te voorzien in eigen be
kostiging."
Springtij
Het relaas van Cees Arensman:
Zaterdag 31 januari 1953,20.00
uur: „Er staat een keiharde
storm, het is volle maan én
springtij, 's Middags bij hoog wa
ter stond het water al twee meter
hoger dan normaal. Ik ga met
wat vrienden naar het dorp aan
de dijk. Het is daar nog lang geen
hoog water, maar het staat al 2,5
meter boven de rand van de ha
ven. Het is het gesprek van de
avond in de snacktent."
31 Januari, 21.30 uur: „Ik kom
thuis met het verhaal over de
hoge waterstand. Vader zegt:
'Niks aan de hand. Het water
heeft wel meer hoog gestaan."
1 Februari, 02.00 uur: „We
worden met veel kabaal gewekt
door dé buurman. We moeten
direct vluchten naar hoger gele
gen gebieden. We brengen mijn
moeder, en m'n jongere broertje
en zusje naar een oom en tante
die verderop hoog op de dijk
De watersnoodramp van 1 fe
bruari 1953 had directe en dik
wijls ingrijpende gevolgen in
Zeeland, Zuid-Holland en
Noord-Brabant. Polders liepen
onder en dijken braken, veel
mensen verdronken, huizen
werden vernietigd.
In totaal verloren 1835 men
sen het leven.
Op 1 en 2 februari 1953 ver
dronken 1795 mensen. Nog
eens 40 mensen overleden la
ter, als gevolg van de ontbe
ringen waaraan ze tijdens de
ramp waren blootgesteld. Van
de eerste 1795 slachtoffers
vielen er 864 in Zeeland, 677
in Zuid-Holland en 247 in
Noord-Brabant. In de rest van
Nederland eiste de storm ze
ven doden.
wonen. Vader en ik gaan naar de
haven. Het water slaat al over de
buitendijk heen, het dorp in. Het
blijft maar stijgen. Er staan wel
tweehonderd man op de dijk.
Sommigen worden bang. Er
wordt gebekvecht: 'Een zond
vloed? Welnee, je bent gek!"
„Als door een wonder zakt het
water een halve meter. Wordt tijd
ook, want er ontstaat al een groot
gat onder straat achter de dijk.
Maar opeens komt het water van
de andere kant. Namelijk vanuit
de polder! Snel staan we óp de
dijk een halve meter in het water.
De dijk bij Den Bommel is door
gebroken en daarna ook de dijk
naar ons Stad. Binnen de kortste
keren wordt de linkerkant van
het dorp één watermassa van wel
drie meter hoog!"
Dijkdoorbraak
„Niet alleen de polder is onder
gelopen, maar een véél groter ge
bied! Het wordt tijd om de fami
lie op te zoeken. Als we het huis
van mijn oom tot op honderd
meter genaderd zijn, blijkt dat
de dijk doorgebroken is. Een gat
van vijfentwintig meter. We kun
nen niet verder en moeten terug
naar het dorp om een boot te re
gelen. Die zijn allemaal in ge
bruik om mensen van daken en
zolders te redden."
„Pas nadat iedereen naar dro
gere delen is overgezet kunnen
we per boot richting onze fami
lie. Iedereen is ongedeerd. Alle
inwoners van Stad aan 't Haring
vliet hebben de ramp overleefd.
Wij hebben geluk gehad. Helaas
zijn amper vijf kilometer verder
op in Oude en Nieuwe Tonge wel
heel veel slachtoffers gevallen."
Kaart met Goeree Overflakkee vlak na de ramp met rechtsonder Stad aan 't Haringvliet en Den Bommel.