der republikeins beheer INDONESIË Er heerscht nog geen orde. WAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSE EN THOOLSE COURANT rfkfgheidsraad heeft weg van het recht verlaten te doch het werkvolk zwaaide met rood-wit-blauwe vlaggetjes Brieven uit het eiland Vc q 12 Sept. 1947 No. 37 uitgave M. C. POT, Tholen 16. Postrek. 1043 I verschijnt eiken Prijs per kwartaal 15cent disp.kosten mmers 8 cent. Twee en zestigste jaargang Advertentiën p. millimeter 10 cent, met een minimum van f2. De advertenties worden gemeten van lijn tot lijn. Advertenties onder no.of te bevragen bij het bureau dezer courant 25 ct. extra vsblad voor het Eiland Tholen Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland, Oud-Vossemeer en St-Philipsland sr i ide irei lic >eg: 'an oorl vl< ide ils dbare aanslag op Nederlandse souvereiniteit belet volks als hel België en Frank rijk dank betuigt voor hun ridderlijkeen vriendschappelijke houding jegens Nederland en Frankrijk bovendien voor het teit, dat het door toepassing van het vetorecht de Veiligheidsraad heeft belet een onduldbare aan slag op de Nederlandse souve reiniteit te plegen. Bezetting van DJokja. Het comité betreurt ten diepste, dat de order om het vuren te staken, heeft geleid tot het vergieten van stromen bloed, hetgeen voorkomen had kunnen worden, indien zonder aarzeling aanstonds ware besloten Djokja te bezetten. nilé „Handhaving Itijks- heeft zijn mening ten i van de resoluties van igheidsraad als volgt ge- erd VI omité Handhaving Piijks- 1 sluit zich geheel aan uitspraak van de heer en over de resoluties van success. Er kan zijns geen t wij fel over zijn, Veiligheidsraad, onder ir mistische invloed,'de weg recht heeft verlaten, md behoort daartegen in 3 houding aan te nemen, vasthoudt aan het recht zich dus niet door de eidsraad laten binden in vulling van' zijn souve- erplichtingen. rheugt het comité, dat igglcle voorzitter der K.V P. neifoorzitter derR.lv. Kamer- in beginsel hetzelfde strjunt innemen als de leider R. partij, evenals de Vrijheid blijkens de mg van de heer Vonk. België en ?en ink aan 3tsa Frankrijk. :4>mité weet zich de grote meerderheid Het tolk des De oppositie daartegen van de P. v. d. A en de beslissing van de Veiligheidsraad, die voorgeeft de humaniteit te dienen, hebben in tegendeel ontzaglijk leed en ellende veroorzaakt, gezwegen nog van de materiële schade en de ontwrichting van de econo mie van Indonesië. Deze" verklaring werd afgelegd door de heFen prof. P. S. Ger- brandy, dr. Ch. J. I. M. Weller en generaal H. G. Winkelman. gs uil Indië kfhider veel meer, ge door een eenvoudig ubericht over de terug- an drie ondernemingen de demarcatielijn, door oeblik.% Zulks op last van JCJik het voorrecht hebge- Palemhangse gpschiede- naf October 1910 toen Brigade in die streek voet 1 lette - te hebben mogen ken en de geschiedenis vengenoemde onderne- hier onder valt, deed arniere krantenberichtje herinneringen hij mij op- die ik de belangstellende gaarne zou willen mede- odi 'en dei st< ïl Herinneringen ck|vas een Zondagmiddag' ste in April van dit jaar' t, de benen heerlijk uit win,. vanaf een verhoging 100 rand van liet vliegveld Betoeloe, 12 km. ten n van Palembang,genoot t landschap, dat zich, nu zich achter de bossen irugtrekken, heerlijk rus- scl >r me uitspreidde. Voor sol 1 van de „Zuidoever" °o§< was een mooi land- Eindelijk eens geen moe- om je heen, maarglooiend met veel donker en roen. En nu het felle n de gloeiende hitte ver ooi i waren, konden wij hier n vermoeiende dagtaak en al tot rust komen, we wareu moe, moe, lle Rode Olifanten, van tan fficier tot soldaat, dcod- difdmoe waren. plotseling werden opge- :ei§ door een lawaaierig tot al •ar or >r id komen van de jeep, i collega van me bleek 'luceren. Hij was delache- ommandant van eender Bebosten op de„Noordoever" juist waar derubberon- ïing Moesipat, één van de bovengenoemde drie emingen, ligt. Het, door ac^rigade, sinds 5 Januari Jezette gebied om Palem- een, Noord en Zuid van isi, waren wij kortweg in en Zuidoever gaan onder m. Weer net als vroeger Zoals bij zulke ontmoetingen de ge\Voonte is, werden over en weer berichten met de ver schillende detachementen uit gewisseld. En het was de vraag van mijn collega „En wat gaan jullie op 30 April doen?" die hem zelf ineens met enthousi asme deed uitschieten: „Man, wij hebben een heel programma in elkaar gezet. Wij hebben er hard voor gewerkt, maar de jongens kregen er zelf plezier in. Het zal een echt, ouderwets volksfeest voor de bevolking worden. Met de kerio (dessa- hnofd) en de goeroe's (onder wijzers) hebben we het pro gramma al besproken en die waren enlhousiast. De school kinderen zuilen een aubade brengen en daarna verzorgen wij wedstrijden voor de jeugd en wedstrijden voor de ouderen zoals paalklimmen, meelhappen e.d. en 's avonds komt een ga melan met toneel. Je had ze moeten horen glunderen „Wah toean, ari Raja betoel lagi, se- perti tempo doeloe" (Gunst meneer, weer 'een echte feest dag, net als vroeger)." Ontroerende staaltjes Ik wist, dat mijn compagnies commandant na het beëindigen van de gevechten,alsoud-planter van Moesi Pait, een bezoek had gebracht aan de rubberonder nemingen van de Fa. Harrison and Grossfield, t.w. „Moesi Pait" „Melania Alicia" en „Sanna", welke nu grotendeels binnen de demarcatielijn waren komen Ie liggen, om het contact met het werkvolk op te nemen Na zijn terugkomst vertelde hij mij, diep onder de indruk, veel over dit weerzien met de oude koe lies, mandoers (opzichters) en hun gezinnen. Er waren ontroerende staaltjes voorgevallen. Het was of zij in hun grote ellende van ont bering en rusteloosheid, zich aan die oude vertrouwde figuur wilden vastklampen, om zich weer-iets te verzekeren van die oude dagen, van wat uiteindelij- weer veiligheid en rust zou be tekenen. En de steeds wederk kerende vraag was, wanneer de We zijn deze week de nieuwe lucernedrogerij te Scherpenisse wezen bekijken. Ik was nog niet op het terrein of er kwam al een meneer op me af, die zei dat hier „niet rooken" was, dat vanwege mijn sigaar. Het schijnt er een brandbaar spul letje te wezen. Achteraf heb ik ook al vaak in de krant gelezen over het afbranden van een grasdrogerij. De wagens met vers gemaaide groene lucerne stonden voor het gebouw. Een man met een griep spreidt een laagje ervan op een brede transportband van heel dicht ijzerdraad. Deze band loopt, naar men mij vertelde, in 8 minuten door de droger. De droger is een groot stalen gevaarte, waar verder van buiten maar heel weinig aan te zien is, behalve dat er een buis vanaf de oven naar toeloopt voor aanvoer van de hete lucht. Aan het andere einde van de droger valt het droge product op een dwdrs opgesteld bandje, dat het naar de hamermolen voert. De hamermolen maalt het fijn en blaast het door een pijpinstal- latie in de zak. Daar ziet men dan het lucememeel, een groen bijna stoffijn goedje, dat een typische, wel lekkere geur heeft. Wat me opviel was dat ineen dergelijk groot gebouw met zijn uitgebreide installaties slechts vier mensen, werken. Dat is zeker ecomisch uitge zocht en opgesteld. Er kunnen, behalve lucerne, ook andere producten gedroogd worden, zoals gras klavers en wikken. Echter geen appeltjes, zoals de huisvrouwen van Scherpe nisse wel graag wilden. Ik ben nog wat verder gefietst om de „cutlift" te zien werken. Dat is in goed Nederlands eigenlijk een maaier-oplader. Dit werktuig hangt achter een tractor, maait de lucerne, vangt deze op op een schuin om hoog gaande transporband. die het met behulp van tandies zoo hoog opvoert, dat het daarna vanzelf op een weer daarachter hangende banden wagen valt. Op die wagen staat een man die de lucerne op zijn plaats zet. De techniek staat voor niets. Zo hebben we dan de eerste wat grotere industrie op het eiland, een landbouwindustrie. De tijd van „wat de boer niet kent, dat vreet hij niet" is voorbij. SAMMETJE. oude eigenaren zouden terug keren cm de werkzaamheden te hervatten en de welvaart van weleer te herstellen Die onder nemingen werden toen nog be heerd door een republikeinse instantie, die speciaal vqor het beheer van buitenlandse onder nemingen in het leven was ge roepen, tot een beslissing zou zijn genomen omtrent de terug gave aan de rechthebbenden. Slecht beheer oor wat betrof de aanplant, verkeerden ze over het algemeen nog in gunstige toestand. Slechts zeer weinig was gerooid, zodat de rubbertap eventueel direct op grote schaal weer zou kun nen beginnen. De machinerieën waren alle door de Japanners weggevoerd. De ondernemingen werden zeer slecht beheerd en geëxploiteerd en de opbrengsten waren nauwelijks voldoende om de voeding der arbeiders te betalen. De voedseltoesland on der liet werkvolk was zeer slecht te noemen, het theo retische rantsoen bedroeg 13 kg rijsl, gaplek of andere voe dingsmiddelen per maand, on geacht de samenstelling van het gezin van de arbeider. Ge neeskundige verzorging ontbrak nagenoeg geheel. „Dat kennen we al" Zodra de Repoebliek merkte, dat de Nederlanders contact zochlcn met het werkvolk, trachtten zij de opinie te beïn vloeden door in allerijl enige hoeveelheden rijsl uit het bin nenland aan te slepen en de rantsoenen te verhogen. Veel betekenend was echler dat het werkvolk zich door dergelijke maatregelen niet meer in slaap liet sussen en desgevraagd ant woordde: „Och, datkennenwe al, dan komt er straks weer maandenlang niels. Zekerheid is er nooit!" Ontvangen met rood- wit-blauwe vlaggetjes Vermeldenswaard lijkt me ook het bezoek van een commissie, bestaande uit vertegenwoordi gers van het Landbouwsyndicaat en van het republikeinse lichaam welke zou onderzoeken wat de wens van het werkvolk zélf was Handhaving van de huidige toe stand of terugkeer onder de oude eigenaren. Het moet deze commissie toen wel vreemd hebben aangedaan te worden ontvangen door een menigte, zwaaiend met rood-wit-blauwe vlaggetjes! De stemming wees dan ook bijna unaniem ten gunsle van de oude eigenaren uit. Wij hebben ons vaak verbaasd dal die ondernemingen zelfs toen laler Linggadjati getekend werd onder republikeins be heer bleven, terwijl zij binnen onze demarcatielijn lagen. Tot plotseling eerdergenoemd bericht in de kranten verscheen zo eenvoudig en klaar, zo heel logisch. In een exclusieve uitzending voor de Amerikaanse Nationale Broadcasting Corporation heeft lt. gouverneur-generaal dr. H. J. van Mook via de wereldomroep een rede gehouden over de toe stand in Indonesië, waarin hij de Republiek schetste als de verwe zenlijking van het nationalistisch ideaal der Indonesiërs, maar ook als een twijfelachtige erfenis van de Japanners. Dr. van Mook gaf een overzicht van de ontwikke ling der gebeurtenissen, waarbij hij er o.m. op wees, dat door pro fiteurs reeds voor honderden mil- lioenen guldens aqn goederen uit Indonesië werd weggevoerd, waarvoor de Republiek slechts 20 pet. van de waarde terug ont ving. Voorts betoogde dr. van Mook, dat is gebleken, dat de Republiek niet in staat is een geregeld be stuur en geregelde economie en financiën op te bouwen. Zij spoorde daarentegen tot terreur aan ten einde de bevolking te doen vergetendat zij gefaald heeft als organisatie voor het al gemeen welzijn. De politionele actie werd ingezet, toen het land tenslotte de volledige ondergang tegemoet dreigde te gaan. De lt. G.-G. wees er op, dat ieder tot dusver vrij toegang heeft gehad tot de gebieden, waarin Nederland voor recht en orde verantwoordedlijk is, terwijl de Republiek omgeven is door een „ijzeren gordijn" en- slechts enkele gecontroleerde reizen wor den toegestaan. Het terrorisme is nog steeds in volle gang. Slechts wanneer 't vernietigend element in de Indonisische ge meenschap zal zijn geëlimineerd, zal het land de fatsoenlijke natie kunnen worden, die het verdient te zijn. Kolonisatie behoort tot het ver leden. Haar weinige aanhan gers, die zich nog laten horen, sterven uit. Maar ook de door de Japanners veroorzaakte ziekte moet verdwijnen. Het internationale onderzoek zal laten zien, wat de enig over gebleven kracht van Djocja is en ook, dat de Nederlandse actie als noodzakelijke zuiveringsmaat regel onvermijdelijk was, nood zakelijk om een kwaal te gene zen, welke Indonesië tot een van de rotte plekken in de wereld zou maken. De republiek begon slecht, maar een groeiend aantal Indo- Zondagsdienst Artsen Zondag 14 Sept. 1947 Voor de gemeenten Tholen, Oud- Vossemeer, Nieuw-Vosmeer en St. Philipsland E. D. A. Eooysen te Tholen en Mevr. LindenberghKlooster te Oud-Vossemeer. nesiërs wenst te bewijzen, dat dit slechte begin niet werd veroor zaakt door enigerlei aangeboren onbekwaamheid van hun ras. Nederland zal, krachtens zijn ver antwoordelijkheid, bijstand ver lenen tot 't gebouw van de Vrije Staten van Indonesië voltooid zal zijn. Dr. van Mook is Zaterdag jl. per vliegtuig van de K.L.M. naar Amerika vertrokken. Hij is voor nemens om Zaterdag 13 dezer weder naar ons land terug te ke ren en vandaar na een driedaags verblijf in Nederland naar Bata via terug te keren. Op een door journalisten ge stelde vraag over het doel van zijn reis, liet dr. van Mook zich zeer Voorzichtig uit en deelde mede, dat hij' op verzoek van de ministerraad in hoofdzaak over leg zal plegen met mr. Van Klef- fens, onze ambassadeur in Ame rika, die hij op de hoogte zal stel len met het in de Veiligheidsraad te voeren beleid tem opzichte van Indonesië. Tevens hoopt dr. Van Mook besprekingen te voeren met Amerika's minister van bui tenlandse zaken en met de Aus tralische vertegenwoordiger bij' de Veiligheidsraad, sir Herbert Evatt, die minister van buiten landse zaken is. Over de besprekingen van de afgelopen dagen zeide dr. Van Mook, dat er een zeer grote mate van overeenstemming is bereikt. Hij ontkende voorts ten stelligste, dat er plannen zouden zijn tot de vervanging van het accoord van Linggadjati door een nieuwe overeenkomst, die dan onder de ogen van een door de Veilig heidsraad aangewezen commis sie zou worden getekend. In grote lijnen, Zo zeide hij, blijft Linggadjati de basis waarop de regering haar politieke gedrags lijn bouwt. Het bezoek van dr. Van Mook en zijn besprekingen die hij met Marshall zal voeren, kunnen ze ker leiden, dat er meer en beter begrijpen ontstaan zal in de han gende kwesties. De consul-ge neraals die belast zijn met het onderzoek naar de gebeurtenis sen, ontstaan door het politioneel optreden in Indonesië en die hierover rapport moeten uitbren gen aan de Veiligheidsraad, hebben een bijeenkomst te Bata via gehouden. Na afloop werd gezegd, dat goede vorderingen zijn gemaakt, doch éérst dienen instructies te worden afgewacht van de res pectievelijke regeringen. Maar afwachten welk resul taat zal worden bereikt. Uit Batavia wordt van officiële zijde gemeld, dat de republi keinen hun desorganiserend werk voortzetten. Hiertegen wordt,door de Nederlandse troe pen opgetreden. De republi keinse broeinesten zijn gezui verd, terwijl op sommige plaat sen voor de beveiliging Neder landse poslen zijn gevestigd. De bevolking in de omgeving van Djatibarag werd door ter reurgroepen gedwongen om ver sperringen aan te leggeu In Oost Java zijn vernielingen van wegen en bruggen aan de orde van de dag, waartegen krachtig wordt opgetreden. Ten Noorden van de kali Brantas werd de bevolking op de Sawahs door de T.N.1. beschoten. Het Chinese dagblad „Keng Po" meldt, dat het Chinese veiligj heidscorps te Batavia 'n kazerne heeft gekregen.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1947 | | pagina 1