l€
Beantwoording van vragen
over lonen en prijzen.
C. van den Berge.
Dit blad verschijnt iedere Vrijdag
WAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSE EN THOOLSE COURANT
31
S'
i
I
i
IJl
1H00L
COURANT
Vrijdag, 20 Januari 19S0
Vier en Zestigste Jaargang
Prijs per kwartaal f 0.95 met 15 ct. disp.-kosten
Druk en uitgave Firma J. M. C. Pot
Hoogstraat l.Tel. 16, Postrek. 1043
Vertegenwoordiger J. Deurloo
Simon Lindhoutstraat 2
Nieuwsblad voor Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, StMaartensdijk, Stavenisse, St-Annaland, Oud-Vossemeer
en St-Philipsland
Mr. Dr. A. A. van Rhijn, Secre
taris Generaal van liet Ministerie
van Sociale Zaken en Voorzitter
van de Interdepartementale
Loon- en Prijscommissie beant
woordde 6 Januari voor de
zender Hilversum I in derege-
ringsuitzeuding „Verklaring en
Toelichting" gestelde vragen
inzake de door Je regering
genomen maatregel tot 5*%
loonsverhoging.
Hieronder volgt de tekst der
vragen en antwoorden.
Het is ruim twee weken geleden
dat de beslissing der Regeringin-
zake de 5% loonsverhoging is be
kend geworden. Er zijn naar
aanleiding van deze beslissing
allerlei vragen gerezen en ook
allerlei misverstanden ontstaan.
Daar ik het overleg tussen de
vertegenwoordigers van de Re
gering en de Stichting van de
Arbeid als voorzitter heb me
degemaakt, wil ik gaarne en
kele punten nog wat nader
verduidelijken. Ik hoop dit te
doen door telkens een ingeko
men vraag te stellen en daarop
het antwoord te geven.
Eerste vraag.
De Regering meent, dat een
loonsverhoging van 5 billijk
is. Waarom heeft zij die dan
ook niet bij bindend besluit
aan het bedrijfsleven opgelegd,
maar slechts een algemene
vergunning tot deze verhoging
gègeven Daardoor moeien
werkgevers en arbeiders in alle
bedrijfstakken met elkander
dige vertraging en
arbeidsconliicten
kans
op
r'
V e(
\ki
Antwoord.
[fel is een abnormale toestand,
dat de Regering de arbeidsvoor
waarden vaststelt. Na de oorlog
vVas dit door de bijzondere
omstandigheden nodig
Maar langzamerhand moeten de
organisaties van werkgevers en
arbeiders in iedere bedrijfstak
ftun natuurlijk taak weder zeil
vervullen. Vandaar dat met
Opzet geen bindende beslissing
is opgelegd. Vertraging in de
doorvoering der loonsverhoging
is daarcjor niet te vrezen.
Want een loonsverhoging, welke
pas na 1 Januari wordt over
eengekomen, heeft terugwer-
ende kracht tot die datum.
Wanneer werkgevers en arbei
ders het niet eens worden, kan
bet College van Rijksbemidde
laars een bindende beslissing
opleggen, waardoor arbeidscon-
"lictenworden voorkomen.
Nu wij twee weken verder zijn
blijkt reeds, dat de door de
Regering gekozen procedure
volgens de verwachtingen ver
loopt. Iedere avond staan in
le^couranlen berichten over
bedrijfstakken waar men het al
sens is geworden.
Tweede 'vraag.
Waarom heeft de Regering aan
Ie vergunning tot loonsverho
ging de noodzakelijkheid van
iroductieverhoging vastgekop-
beid 1
oe-
eld
Antwoord.
Dit is een uiterst belangrijke
vraag, waarop ik wat uitvoerig
moet ingaan. Wie een loonsver
hoging ontvangt, verwacht meer
artikelen te kunnen kopen. Maar
die meerdere artikelen moeten
dan ook eerst worden voortge
bracht. Dit is nu juist het
moeilijke punt.
Wij verbruiken op dit ogenblik
meer dan wij voortbrengen.
Het meerdere, dat wij niet
zelf voortbrengen, krijgen wij
uit bet buitenland, vooral door
de Marshallhulp. Natuurlijk
kan dit niet zo maar doorgaan.
Daarom is verhoging der pro
ductie nodig. Met de Loonsver
hoging zijn wij eigenlijk al op
een productieverhoging vooruit
gelopen.
In de Tweede Kamer is daarom
lerecht gezegd, dat deze loons
verhoging is een „wissel op de
toekomst" een „voorschot" op
de productieverhoging, die nog
komen moet.
Wanneer de productieverhoging
er niet zou komen, blijven de
artikelen, welke de arbeiders
met hun 5 loonsverhoging
willen kopen, ontbreken en dan
ontstaat een nieuwe prijsstijging.
De Productieverhoging moet er
dus komen. In het overleg lussen
Regering, werkgevers en arbei
ders worden thans allerlei
maatregelen daartoe nader uitge
werkt.
Derde vraag.
Is een loonsverhoging van 5
wel voldoende? Zijn de kosten
van het levensonderhoud niet
veel meer gestegen, zodat
eigenlijk een verhoging vanb.v
10 nodig is
Antwoord
Neen, in onze commissie zijn
de kosten van het levensonder
houd tot half December met
de grootste nauwkeurigheid
nagerekend. De prijsverhoging
na de devaluatie bleek nog
geen 5 te bedragen.
Na wat ik zoeven opmerkte
over de noodzakelijkheid van
productieverhoging, begrijpt U
wel hoe voorzichtig wij met
een verdergaande loonsverho
ging moeten zijn. Een loons
verhoging vermeerdert de pro
ductiekosten en houdt daardoor
weereen prijsverhoging inzicht.
Onze grote taa'k is te bevorde
ren, dal de arbeider niet een
hoog geldloon ontvangt, maar
een hoog werkelijk loon, dus
een loon, waarvoor hij veel
kan kopen. Het is een klein
kunstje om de spiraal van
steeds hogere lonen en steeds
hogere prijzen in beweging Ie
zettën, waardoor de waarde van
de gulden steeds geringer wordt
en wij economisch naar de
afgrond hollen. Juist de kleine
man wordt daarvan de dupe.
Want onze Minister-President
heeft in de Kamer eens terecht
gezegd de lonen stijgen in een
dergelijk geval met de snelheid
van dyj trap, maar de prijzen
met de felheid van de lift.
Vierde vraag.
Waarom is de loonsverhoging
alleen aanbevolen voor de vol
wassenen en niet voor de 18
tut 23-jarigen
Antwoord.
Het antwoord luidt: Natuurlijk
niet omdat liet hun niet wordt
gegund. Maar de cijfers tonen
aan, dat de jongeren na de
oorlog in vele gevallen ongeveer
■20 meer in loon zijn verhoogd
dan de volwassenen. Hiervoor
is zeker geen reden omdat de
volwassenen op zwaardere lasten
zitten dan de jongeren.
Bovendien is er bij de jongeren
dikwijls onvoldoende lust om
zich te laten scholen. Daarom
is een prikkel tot scholing in
de regeling opgenomen. Want
ook de 18 tot 23 jarigen komen
voor een geleidel ijk opklimmende
verhoging in aanmerking, indien
en voorzover zulks in het belang
der scholing nodig is.
Vijfde vraag.
De Regering heeft door subsi
dies de prijzen van eerste
levensbehoette als brood, mar
garine e.d. op hetzellde peil
gehouden. Waarom is dit sub
sidiesysteem niet ook op allerlei
anderen artikelen als thee,
cacao, schoenen, textiel, e.d.
toegepast Dan waren de kos
ten van het levensonderhoud
gelijk gebleven en was geen
loonsvei hoging nodig geweest.
Antwoord.
Het systeem om de eerste
levensbehoeften door subsidies
laag in prijs Ie houden, heeft
na de oorlog goede resultaten
gehad. Aanvankelijk bedroeg
het subsidiebedrag niet minder
dan f 650 millioen per jaar.
Dit bedrag kon tot aan het
ogenblik der devaluatie gelei
delijk worden verlaagd tol
slechts f 70 millioen. Toen
kwam de devaluatie. Om de
prijsstijging op het gebied van
do eerste levensbehoeften op
te vangen moest het sub
sidiebedrag weer stijgen tot
f 300 millioen. Deze hoge sub
sidies stellen aan de schatkist
enorme eisen. Na de oorlog is
daarvoor alles met elkaar on
geveer drie miliiard gulden uit
gegeven. Dit kan maar niet zo
doorgaan. Vergeet U niet, dat
onze slaatschuld door de oorlog
reeds zes maal zo hoog is als
vóór de oorlog.
Bovendien brengl het Benelux-
verhond met zich mede, dat
wij de Belgen niet gaan becon
curreren door ons prijspeil
kunstmatig laag te houden.
België Luxemburg en Nederland
zijn dan ook overeengekomen
de subsidies binnen afzienbare
tijd af te schaffen. Die verplich
ting moeten wij natuurlijk
nakomen.
Zesde vraag.
Hebben vele kleine middenstan
ders, die zelf al op zulke hoge
lasten zitten, geen grote moeite
orn de loonsverhoging aan hun
arbeiders te betalen
Antwoord.
Ja, er zijn vele kleine midden
standers, die het buitengewoon
moeilijk hebben. De Begering
ziet dat ook wel in. Vandaar
Zondagsdienst Artsen 22 Jan. 1950
Voor de gemeenten Tholen, Oud-Vossemeer, Nieuw-
Vosmeer en St. Philipsland dr. Duinker te Tholen
(Tel 40) en dr Menger, SI. Philipsland (Tel. 20)
ft
ft
dat voor deze groep een kinder
bijslag vanaf het derde kind
wordt voorbereid, die aanvan
kelijk geheel uit de schatkist
zal worden betaald. Wanneer
het plan van de Minister van
Financiën om de oudernemings-
winslbelasting af te schaliën
straks wordt doogevoeid, zal
ook voor vele middenstanders
een verdere verlichting worden
verkregen.
Zevende vraag.
Er is ook een verhoging van
5 aangekondigd voor de
ouden van dagen, die krachtens
de Noodwet Drees een uitkering
ontvangen. Wordt deze verho
ging spoedig toegekend
Antwoord.
Al het mogelijke wordt gedaan
om de uitkering van de ver
hoging te bespoedigen. Maar
hiervoor is een wetsverandering
nodig, die door de Tweede
Kamer en door de Eerste Ka
mer moet worden goedgekeurd.
Voorts is het voor de admini
stratie van de Rijksverzekerings
bank eu de Raden van Arbeid
een enorme taak om de
uitkeringen van enige honderd
duizenden ouden van dagen
opnieuw, vast te stellen. Maar
onze oudjes zullen niet achterop
geraken, want de verhoging-
heeft ook hier terugwerkende
kracht tot 1 Januari.
Ik moet hiermede mijn vragen
enantwoorden beëindigen. Wan
neer er nog vele nieuwe vragen
komeD, zal ik deze gaarne een
volgende maal beantwoorden.
Tholen. Zondagavond ontsliep
ten zijnen huize nog vrij onver
wacht inde ouderdom van luim
7ijaar de heer G. van den Berge,
in leven wethouder onzer ge
meente.
De overledene werd 3 Septem
ber 1927 geïnstalleerd als lid
van de Thoolse gemeenteraad,
waarin hij zitting nam voor de
Ghr. Historische partij, waarna
dit mandaat nog enige malen
werd verlengd. Later na op
richting van de Stk. Ger. partij
werd hij door deze candidaat
gesteld.
6 Sept. 1931 werd hij als wet
houder gekozen welke functie
de overledene tot zijn overlijden
vervulde.
Toen de Thoolse veiling werd
opgericht, werd de heer van
den Berge als veilingmeester
benoemd, welke functie hij ruim
tien jaren vervulde.
De raad der Gemeente Tholen
was naar aanleiding van dit
sterfgeval Dinsdagmiddag half
drie in openbare zitting bijeen
geroepen, waar alle leden aan
wezig waren.
Nadat de voorzitter mr. A. J.
van der Hoeven op de gebrui
kelijke wijze de vergadering
had geopend en het nieuw oe-
noemde lid, de heer J. A. Gei-
lings, in handen van den voor
zitter de eden had afgelegd en
door de voorzitter was geluk
gewenst, nam deze het woord,
sprekende als volgt
Vanmiddag zijn wij hier sa
mengekomen orn met elkander
enige ogenblikken te wijden
aan de nagedachtenis van de
heer van den Berge, één uil
Uw en ons midden. Zijn
overlijden laat een ledige plaats
achter, wel het meest in de
kring der familie.
Ik wil hier niet schetsen wie
en wat de heer van den Berge
voor zijn kinderen en kleinkin
deren is geweest. Daarvoor is
het hier niet de aangewezen
plaats. Ik wil er alleen, dit van
zeggen, dat ik van nabij gedu
rende een reeks van jaren heb
gezien boe intens hij voor en
met zijn kinderen leefde en
werkte en in hun belang hem
niets Ie veel of te moeilijk was.
Daarom te meer betuigen wij
de familie van de Berge onze
oprechte en diepgevoelde deel
neming in het leed, dat hen
heeft getroffen.
Maar ook voor uw raad is het
verscheiden van de heer van den
Berge een groot verlies. Van
1927 maakte hij deel uit van
de raad en het was al heel
spoedig zichtbaar, dat hij met
zijn grote zakenkennis en met
zijn helder verstand, waarmede
God hem had begiftigd, voorbe
stemd was in liet staatkundig
leven van onze gemeente een
rol le spelen. In 1931 werd hij
gekozen tot wethouder en die
functie heeft hij tot aan zijn
overlijden bekleed. Ook in het
College van Burgemeester en
Wethoudeis was hij een man
van gezag en het lag daarom
in de lijn der dingen dat hij
werd aangewezen als loco
burgemeester.
De heer van den Berge heeft
in al die functies de gemeente
op voorbeeldige wijze gediend.
En het is ons allen een voor
recht geweest met hem te hebben
mogen samenwerken. Hij heeft
ook zijn aandeel gehad in de
moeilijkheden aan openbare
ambten zo vaak verbonden. Ik
herinner in drt verband aan de
oorlogsjaren en aan de lijd
daarna. Maar allijd weer hebben
zijn helder oordeel en practische
zin hem de moeilijkheden doen
overwinnen.
Het past ons, nu aan dit werk
zame leven een einde is geko
men, dankbaar le gedenken wat
God ook de gemeente Tholen in
de persoon van weihouder van
den Berge heeft geschonken.
Ik moge hieraan nog een per
soonlijk woord toevoegen. Ik
heb behalve in de vergaderingen
van Raad en B. en W. bijna
mijn gehele ambtsperiode zeer