AAT
SDIJK.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD,
ZOID-HOLUNDSCHE IN ZMUWSCBE DUI1H
eaaax
ierhandel
aux
oon".
eanx
LLAMCH
WCREDIET.
m
Goederen, enz.
au
ELHARNIS
•vangen zeer fijne
-tret-, Ansicht-,
«ktstellen, Inkt-
ukkers, Zelf-
l, Akten-
port.
lalsHoepla- of
srdpool, Kogel-
olijke Rarekiek,
Belegeringspel,
iten, Snip Snap-
s de Correspon-
in klep.
e verkrijgen.
AGE PRIJZEN.
ohenk,
er PATHÉFOON.
bizonder groote
EKEN.
bezorgd.
KE
.SDIJK.
OR ALKMAAR.
Telefoon 73.
CHAPPEN
ENKHUIZEN,
TTesterstraat 6.
's-GRAVENHAGE,
Molenstraat 45.
ROTTERDAM,
Leuvehaven 107.
Millioen Gulden
irolgestort f 2.000.000.—
•EPOSIT.
•ente 3l/9i °/o.
September 1914.
n f 7.258.495.88
- 1.075.809.07
- 292.073.42
er De Directie
J. F. MOENS.
LLE. Mr. M. MOENS
oor Middel barnis en
ÏR KOOGH
OLUlKm
tkeesche
idelsdrukkerij
elharnls,
K WERKEN tegen
iijiipnupi
ONZE EILANDEN
VOOR OR
Pit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen.
Prijs per kwartaalf 0,50
Afzonderlijke nummers- 0,05
No. 2 Zaterdag 28 November 1914 22E Jaargang
Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk
Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis.
Prijs per advertentiën van 15 regels 0,50
Iedere regel meer- 0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Militairen van ons eiland kunnen,
indien zij hun adres opgeven, GRATIS
„VOORUIT!" en ONZE EILANDEN
ontvangen.
Men gelieve zich op te geven aan de
administratie te Middelharnis.
De druk op den Middenstand.
Het leeningsontwerp van Minister Treub
geefl het blad „de Middenstander" aanleiding
tot de volgende beschouwing
„Men leze de bepalingen van het ontwerp
eeüs door en zie dat een aanmerkelijk deel van
de last der terugbetaling der oorlogsleening
weder op den rug van den Middenstand
wordt gelegd.
Hij zal een onevenredig groot deel van de
oorlogslasten aan den staat hebben terug te
betalen.
Terwijl bij bovendien nog rekenen moet
op zeer sterke verbooging van de gemeente
lijke belastingen
En dat het deel der bevolking dat, zooniet
het ergste, dan toch zéér ernstig, van den
oorlogstoestand heeft geleden.
Daarom gaan wij zoo geheel méé met
bet door Dr. Bos verkondigd beginsel dat
ook door onzen inzender wordt verdedigd
het kas-tekort van den Staat moet door een
éénmalige heffing van vermogenden worden
aangevuld. Zy hebben dit te beschouwen als
een premie tegen het oorlogsgevaar, een
betaling voor de diensten van onze soldaten,
die hen gehouden hebben buiten den oorlog,
welke hen aan de oorlogsschattingen van een
vijand milioenen méér zou hebben gekost,
ongerekend het verlies aan vaste goederen,
aan de blokkade's e.d.
Zy hebben, zeker, door den crisis geleden
(voor een deel althans; vele vermogende
ondernemers hebben er schatten aan ver
diend) maar niet zóó, volstrekt niet zóó
zwaar als de Middenstand.
Daarom is het zoo schrikkelijk onbillijk
toch weer aan dezen Middenstand de oorlogs
last het zwaarst op te leggen.
Algemeen vond het bestuur onzer Yer-
eeniging (Rotterdam) Dr. D. Bos en ook
het voorstel Stork veel gezonder en
doeltreffender.
Door dit wetsontwerp zal op den Midden
stand een last worden gelegd die hy moeielyk
zal kunnen torschen.
Bestaant er in by na alle zaken eene
depressie die voor velen 50 pCt. en meer
van hun omzet omvat, dan is het ruïneus
voor den bandeldry venden en industrieelen
middenstand de belastingdruk óók nog te
verzwaren.
Yan dezen Minister vooral hadden wy
een voorstel verwacht, dat den druk meer
op de sterkere schouders had gelegd.
Yfjj hopen het nooit in het staatsblad te
zien verschijnen."
By den laatsten wensch sluiten wy ons
van harte aan
Buitenlaudsch Overzicht..
Mist!
Mist aan den Yser; mist over Vlaande-
renland; mist over de gebeurtenissen in
Polen en Oost Pruisenmist over alles wat
gebeurt in de Staten, die in den oorlog be
trokken zynmist over hun krijgsverrich
tingen, mist over hun binnenlandsche toe
standen en verhoudingen; mist over alle
oorlogsberichtenmist over ons vredig maar
stil Den Haagmist over de West-Duinen,
waar een Hollandsche infanterie-afdeeling
in mist en duisternis den strijd in Vlaande
ren in spiegelgevecht nabootst, zoodat het
geknetter der geweersalvo's tot in de straten
weerklinkt.
Wy leven voort in den mist der onzeker
heid, niet wetend wat de toekomst ons
brengen zal. En velerlei plannen, die in de
hoofden worden gevormd, om aan de ellende
van den oorlog een einde te makeD, zyn
vaag als de mist, die ons omringt.
Volgens een Daily Mail-correspondent zou
den Duitsche officieren hen verzekerd heb
ben. dat Calais 10 December bezet zal zijn.
Het is mogelyk, dat er een veldtochtplan
bestaat, waarin die datum is vastgesteld.
Maar welke waarde hebben dergelijke ont
werpen
Evenveel als toen, volgens de geruchten,
door den Duitschen generalen staf een da
tum werd vastgesteld voor den intocht in
Parijs, door den Tsaar een datum voor de
verovering van Przemysl in Galicië en door
Keizer Wilhelm een datum voor de inne
ming vaD Ossowez in Suwalki.
Dergelijke ondernemingen zyn óök krijgs
bedrijven in den mist, en als de werkelijk
heid zyn licht over de feiten doet stralen,
blykt in den regel, dat noch de generale
staf, nöch de Keizer, nóch de Tsaar de ge
beurtenissen kunnen dwingen, anders te
loopen dan de wet van oorzaak en gevolg,
en de nog machtiger, maar ook nog grilliger
wet van het toeval bepalen.
Men moet den Duitschers overigens de
eer geven, dat zy alles doen wat de mensch
pleegt te beproeven, om den gang der feiten
zoo mogelijk in het spoor te leiden, dat
door zyn wenschen bepaald is.
Er worden nu wagens met planken, pa
len, bootjes aangevoerd, om den doortocht
over het geïnundeerde land zoo mogelijk te
forceeren. Ande berichten spreken van lange
treinen met grint en zand. Deze combinatie
wyst op het voornemen om wegen door het
verdronken land aan te leggen of de bestaan
de wegen (er loopen er verscheidene door
heen) op te hoogen en te versterken. Of
men met die bootjes veel zal kunnen uit
voeren, zal de ervaring moeten leeren. Een
bootje op een watervlakte is op zichzelf een
gemakkelijk doel voor den vyand. Meer nog
wordt dit het geval als de watervlakte on
gelijk van diepte is, zoodat men onder het
voortvaren op de eene plaats kans loopt
aan den grond te raken, op de andere door
het plotseling dieper zyn van den bodem
zijn evenwicht te verliezen. Manouvreeren
met dergelijke vaartuigjes was mogelyk in
een tyd toen de draagbare vuurwapenen
nog niet zoo ver en zoo juist schoten als
nu. De soldaten van Maarten van Rossuni
b.v., die in 1528 van Utrecht uit een plunder
tocht naar Den Haag maakten, waren allen
van een klein bootje voorzien, om over sloo-
ten en plassen in het polderland heen te
komen. Maar by de volmaaktheid, die de
vuurwapens thans bezitten, is zoo'n in wie
gelende bootjes ageerende legerafdeeling
spoedig ten doode opgeschreven.
Voor het overige vergete men niet, dat
het geïnundeerde terrein bij Nienwpoort geen
plas is van kleine afmetingen. De grootste
breedte is 20 K.M. en de lengte 30 K.M.
Naar het Zuiden neemt de breedte af. Maar
juist dóór, in den omtrek van Bixshoolen,
hebben de Duitschers herhaaldelijk trachten
door te breken, doch. die pogingen zijn steeds
afgestuit op de sterkte van 's vyands stel
lingen en zyn krachtigen tegenstand.
Aan den anderen kant verslapt de tegen
stand der Duitschers rondom Yperen op
vallend. De berichten van heden de laatste
dagen melden, dat de Bondgenooten terrein
wonnen by Lagemarck (ten N. van Yperen)
en bij Zonnebeke (ten O. van Yperen), twee
punten, die, zooals meermalen bleek, tot de
sterkste van het front der Duitschers be
hoorden.
Nog zwaarder mist hangtover de gebeur
tenissen op het Oostelykjfront, hetgeen des
te meer te betreuren is, omdat door het
geen daar voorvalt, ondanks den verven af
stand, ten slotte beslist wordt over hetgeen
in het Westen wordt ondernomen.
Dat de Russen in Oost Pruisen langzaam
voortgang maken, schijnt, na de tot in bij
zonderheden omtrent de ligging der bezette
plaatsen afdalende berichten van het Rus
sische hoofdkwartier niet meer te kunnen
worden betwijfeld.
Wat de slag tusschen de Weichsel en
Krakau betreft, dienaangaande zyn de be
richten zeer tegenstrijdig.
Het Russische bericht bepaalt zich tot de
mededeeling, dat op het gedeelte tusschen
de Weichsel en de Warthe, d. i. op het ten
W. van Lodz vooruitgeschoven front, de
stryd nog voorl woedt en vermeldt een plaat
selijk succes van de Russische cavalerie op
de (volgens het bericht) daar in aftocht zijnde
Duitsche infanterie. Het Duitsche bericht
is vagerhet zegt slecht, dat op het be
doelde front alle Russische aanvallen wer
den afgeslagen, en bet tegen-offensief der
Russen verijdeld.
Zuidelijker, tusschen Czentochow en Kra
kau ontwikkelt de actie der Russen zich,
volgens hun berichten, op een voor hen
gunstige wijze, een mededeeling, die nader
wordt toegelicht!door een opgave van het
aantal gemaakte gevangenen. De pogingen
der Duitschers om met tegenaanvallen te
opereeren heet het verder mislukten.
Daarentegen mislukten volgens het Duit
sche bericht juist de aanvallen der Russen
in die buurt.
Wy zitten dus van het begin tot het eind
van dit overzicht in den mist, en om het
even hoe het met den werkelijken mist
gaat, deze mist zal nog lang aanhouden.
Aan die voorspelling durven wy ons wel
te wagen ondanks den mist.
Berichten uit Duitsche bron melden dat
het Engelsche slagschip „Audacious" eind
October by Ierland op een myn geloopen
is, of door een Duitsche duikboot is getor-
pilleerd. Het slagschip zou gezonken, de
bemanning gered zyn. Het wordt wel 'n
beetje laat bekend, maar het is niet onmo
gelijk.
De Engelsche offlcieele berichtgeving is
zeer spaarzaam, zoodat in Engeland zelf
krachtige stemmen opgaan om het volk niet
in onwetenheid te laten omtrent de krijgs
bedrijven. Maar de ambtelijke Engelsche be
richten laten niets los. 't Gaat Engeland
op economisch gebied goed. De uithongering
van Duitschland neemt een aanvang en
Engeland verdient geld als water. Waar
om dan de openbare meening op te winden
door zware verliezen mee te deelen, indien
men de macht heeft slechte berichten onder
den dekmantel te houden
Uit de Tweede Kamer.
Laat ons juichen en jubelen. Het vader
land is Dinsdag weder eens gered door den
afgevaardigde der beroemdste stad onzer
lage landen, door dr. Beumer van Kampen.
Herinnert gij u, o lezer, hoe hy zyn naam
vereeuwigde door het wereldschokkende feit
van het salut of saluut? Hoe hij ons land
er voor behoedde, dat deze schrikkelijke
staatsrechterlijke, publiekrechterlijke, pri
vaatrechterlijke, civielrechterlyke, straf
rechterlijke fout zou staan in Koninklijke
boodschappen Thans heeft de heer Beumer
nog grootscher werk gedaan. Waar loopt
ergens op Curasao een Turk rond, die echter
onmogelijk kan bewijzen, dat hy een Turk
is. Hy heeft gevraagd genaturaliseerd te
worden, doch aangezien hy een Turk is, die
geen Turk is en dus als niet-Turksche Turk
ook geen Turksche nationaliteit kan ver
liezen, was naturalisatie tot Nederlander
moeilijk, omdatdeze Cura?aosche Turk geen
nationaliteit te verliezen heeft. Dies bestreed
de heer Beumer in een speech ter lengte
van een Turksche waterpijp met enormen
waterzak deze naturalisatie. Hy ging zelfs
zoover, dat hij beelemaal geen Turken wil
naturaliseeren. Brrrr I De heer Beumer ver
gat in schrikkelijke onachtzaamheid dat de
borst van dr. Kuyper prijkt met de hoogste
Turksche Orde. Toen de heer de Beaufort,
ook vroeg het ontwerpje uit te stellen, gaf
de minister gevolg aan het verzoek.
De heer Beumer had het land gered, de
niet-Turksche Turk blijft voorloopigstumper
zonder nationaliteit. Het heeft wel een uur
nationalen tyd gekost, doch wie het intense
geluk heeft gezien, dat straalde van het
aanschijn van Kampens deputaat, zal het
billijken, dat zooveel vreugde voor opoffering
van zestig minuten werd gekocht. Wij ver
nemen, dat Kampen zijn afgevaardigde een
schitterend feestmaal zal aanbiederi, waarop
de Turksche Sultan zal geïnviteerd worden.
In de korte middagzitting, waarmede
Dinsdag de openbare zitting werd besloten,
ging het voorstel van het leeningsontwerp
dadelijk in de afdeelingen te onderzoeken,
er door, nadat de heer Troelstra de verklaring
had afgelegd, dat zyn party geen genoegen
zou nemen met een overijlde behandeling
van höt voorstel. Terecht vroeg hij, dat de
natie tyd zal hebben zich over dat iDgrypen-
de wetsontwerp uit te spreken.
Wij zijn het daarmede volkomen eens. Dit
ontwerp dient op normale wijze te worden
behandeld. Bovendien zal meer en meer
blyken, hoezeer bet volk tegen dit plan is.
SCHETSEN UIT DE RECHTZAAL.
Puikje!Bioedwr.
Mevrouw had altyd op z'n minst drie
kwartier op haar slaapkamer te doen voordat
ze naar beneden ging om te ontbijten. Cor
had precies halfnegen de chocola boven te
brengen, met de beschuitjes. Daarna hoorde
men een heelen tyd niets van mevrouw.
Bleef zy alleen met juffrouw Bets de
nieuwe kamenier. De by het verdere huis
personeel diep- en fel-gehate Het bleeke,
stille menscbje, dat geruischloos door't huis
ging, in haar stemmig donker japonnetje,
met zedig schortje. De trots, de glorie van
mevrouw, die dag aan dag den lof verkondde
der voortreffelijke Bets. Een lot uit de
loterijNog een van hetouwerwetscheras.
Gedienstig, nederig, onderworpen, gedwee.
Die mevrouws wenschen wist te voorkomen.
Tegenover de twee dienstboden en den man,
die eenige uren per dag kwam voor deur
open maken, zilver-poetsen en zoo meer was
juffrouw Bets ongenaakbaar. IJskoud, op
een afstand. Op kwa3i-vriendelyken toon iets
zeggend, ontwijkend elk gesprek. Slechts
de oude Wies, de keukenmeid, had „lak"
aan de „kouwe-drukle" van de juffer. Waag
de haar soms bitse, stekelig-spottende op
merkingen te maken. Tot dat Bets in de
keuken was gekomen met de boodschap
„Wiesje, mevrouw verlangt je even te spre
ken".
Boven zat de douairière met boos-veront-
waardigd gelaat. „Ik krijg klachten over je"
zei mevrouw tegen bedaagde-Wies, die in
vervlogen jaren haar speelkameraad was
geweest in het huis van een „oude mevrouw"
zaliger „je bent togen de kamenier bijzonder
onhebbelijk, beb ik gehoord. Dat moet ver
anderen. Juffrouw Bets is een meisje, dat
haar plicht uitstekend vervuld. Ik zou niet
graag hebben dat voor de tweede maal ge
klaagd werd. Ik had zooiets niet van je
gedacht, hoor I"
Keukenmeid wist eerst niet, wat zy moest
zeggen. Er schoot een prop in baar keel en
zy had alle moeite om niet in tranen uit
te barsten. Dat zy, na over de dertig jaren
trouwen dienst, door dat ellendige schepsel
zoo-iets moest ondervinden lVan me
vrouw, die eenmaal toen de dikke,statige
douairière nog een kwiek bakvischje was
met haar was omgegaan zóó „gewooD"
zoo heelemaal-niet uit de hoogteHaar
presentjes had gegeven, die zy nu nog wel
eens uitstalde 's avonds na afloop van het
werk, als zy in de keuken zaten te praten.
En dan vertelde Wies, hoe mevrouw haar
in 't vertrouwen had genomen, toen ze met
meneer-zaliger geëngageerd was, noch vóór
dat de naaste familie er iets van wist. Wies
kon het met „een woord van waarachtig'
bezweren. Zy kreeg dan briefjes van den
offleieuzen bruigom en kattebelletjes van
wat-nu-haar mevrouw-was Aan deze din
gen van verleden dacht keukenmeid toen
ze dien uitbrander kreeg. Driftige woorden
drongen haar naar de lippen. Maar zy hield
ze in, en met een punt van het schoone
schort, dat ze had aangedaan toen mevrouw
haar by zich riep, wischte ze zich de vochtige
oogen af. Maar mevrouw werd daar niet
door getroffen en vergenoegde er zich mee
nog eens te herhalen, dat ze „niet voor de
tweede maal iets dergelijks te hooren moest
kry'gen".
In de keuken-sfeer steeg de haat tegen
Bets
En steeds hechter werd de positie der
kamenier. Wanneer zij mevrouw 's morgens
kapte zoo losjes weg,"in afwachting van
de meer-ingewikkelde coifeurs voor visite en
zoo-dan kon ze zich, als haar willekeurig
ontsnappend hafluid zeggen „Prachtig
hoorWetend, hoe zulke hulde mevrouw
streelde. Met baar dunne slanke vingers
streek zy dan bewonderend over mevrouws
grijzende lokken en verklaarde juffer Bets,
zelden zulk magnifiek haar te hebben ge
zien De kunst van vleien, naar den mond
praten, verstond zy in perfectie. Ze deed
het met fynen tact zorgend dat het nooit
iets plomps, iets „gewilds" kreeg. Zy
effaceerde zich zelven tot onberekenbaren af
stand
Ze wist haar oogenblik te kiezen. En
zweeg wanneer zij merkte, dat mevrouws
muts niet stond naar het hooren van zulke
dingen.
En met zulke middelen wist juffrouw
Bets te bereiken, dat mevrouw haar blinde
lings vertrouwde
En gróóte achting kreeg voor kamenier.
Eens had zy zich geweldig schamend,
met neergeslagen oogen verteld van haar
groote schande, haar schrikkelijk leed. Een
broêr, die niet wilde oppassen!... Moeder
was van verdriet over hem gestorven. Een
onverbeterlijke deugniet. En Bets offerde
zoo wat al wat zy verdiende op om nbg-
erger schande te voorkomen. Telkens viel
hy haar lastig „Och" arme zuster „ik
begrijp best dat Uzoo'n schepsel als ik ben
die zulk een broêr heeft, die zelfs hieraan
de deur my om geld komt lasting vallen
niet kunt houden. Zegt U 't maar dadelyk
mevrouw, dat ik moet vertrekken. Ik verwijt
't my genoeg dat 'k den euvelmoed gehad
heb om my bij U aan te melden. En ik had
't vreeselijk geheim willen verzwijgen. Maar
dat kón ik nu eenmaal niet. En zeker niet
tegenover een dame, voor wie ik zooveel
eerbied koester, die zóó hoog staat als U
Mevrouw was diep getroffen. Zei, dat het
een misdaad zou zyn om een meisje, dat
het ongeluk heeft om zulk een broeder te
hebben en die de vruchten van haar arbeid
aan zoo'n deugniet weggeeft voor de eer
van de familie iets anders dan lof en hulde
te brengen. Mevrouw schonk haar een bedrag
om, als de broêr weer kwam En eerst
na lang praten, overreden, nam juffrouw
Bets, schreiend van aandoening en dank
baarheid de „douceur" aan. Den dag erop
stond de kerel met de lange donkere knevels,
handen in zijzakken van z'n overjas, vóór
het huis, waar juffrouw Bets in betrekking
was. Kamenier ging naar beneden, sloot
glazen deuren van vestibule—speurde nauw
lettend of niemand hen beluisterdeGing
toen met broêr hy was 't natuurlijk
zachtjes staan praten. Toen zij weer boven
kwam, was Bets ontroostbaar. Neen
meviouw mocht en kon haar niet houden,
t Was alte verschrikkelijk Zij had hem
alles, alles gegeven wat ze kon missen. En
met de grootste moeite eindelijk van de deur
gekiegen Mevrouw had de grootste moei
te om haar te troosten, tot bedaren te bren
gen
Dien ochtend kon mevrouw op z'n
allerhoogst een kwartier uit zijn, toen er
lang, hevig, aanhoudend van uit de slaap
kamer gescheld werd Keukenmeid en
Cor, de tweede, zagen elkaar met verschrikte
oogen aan.
„Hoor je dat Kees vroeg Wies den
messen-sly'penden knecht. En Kees staakte
zyn werkje.
„Rrrrrrrt Iging 't weer.
„Ga jij maar gauw" zei Wies tot de „twee
de". Die na eenig mopperen en tegen
stribbelen gehoorzaamde. Er moest iets
heel-bijzonders aan de hand zyn... Bets
was bij mevrouw. Een ongeluk? Begin
van brand
In de slaapkamer stond meviouw bij de
toilettafel een geopende doos met ringen,
armbanden en zoo, voor zich. Ontdaan, ver
schrikt, bevend En naast haar—in gelijke
houding, kaarsrecht met streng gelaat en
dreigende oogen de kamenier. „Mevrouw
mist vier kostbare voorwerpen uit haar doos"
zei juffrouw Bets, de „tweede meid" aanziend
met gelaat van instructie-rechter.
Cor kon geen woord uitbrengen. Keek van
de eene naar de andere. „Dat moet terecht
komen" zei juffrouw Bets op haiden, hoogen
toon. „lomand hier in huis moet weten,
waar die kostbaarheden zyn IEn op dit
moment versmolt in Cor, de tweede meid,
al wat er aan angst voor gunstelinge van
mevrouw in haar geleefd had. Ze werd kers
rood, plantte de handen op de heupen, nader
de kamenier tot op een enkele schrede en
vroeg „of zy altemet haar op 't oog had.
Dan most zy 't maar zeggen, hoor!... En
direct! Of Bets soms dacht, dat Cor zich
door zoo'n door zoo'n
Er kwam een vloed van gillend-uitge-
brachte scheldwoorden.
Het eerlijke kind uit het volk kwam in
Cor boven, en haar felle haat tegen kame
nier prikkelde haar, zweepte haar op
Vruchteloos trachtte zelfs mevrouw haar
tot kalmeeren te brengen. Tot in de keuken
drong het geschreeuw van Cor door
Van tweede-meid, wie 'tniks-meer schelen
kon al werd ze op stel-en sprong wegge
jaagd Wies kwam naar boven en Kees
bleef in de gang bij slaapkamer staan, als
z'n bfistand noodig was Met smadend,
minachtend glimlachje stond kamenier te
genover de dienstbode
Toen werd er gescheld. Rechercheur werd
aangediend. Mevrouw had reeds naar het
politiebureau getelefoneerd. Juffrouw Bets
had het haar ontraden. Eerst zelven zien
uit te visschenMisschien kwamen de
dingen terecht dan werd mevrouw tegen
een hoop soesah gevrijwaard. Maar in haar
opwinding had ze half naar Bets geluisterd
en getelefoneerd voor zij er eigenlijk zelf
besef van had
Beneden wachtte rechercheur. Hoorde