No. 84. Woensdag 20 October 1886. 9e Jaargang. Dit biad verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag De prijs per halfjaar f 0.50, franco per post f 0,90, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. Afzonderlijke nommers zijn 1 cent verkrijgbaar. ADVERTENTIEN voor Dinsdag en Vrijdagmiddag 12 uur te bezorgen bij den uitgever J. A. ROSS, Goes. Oplaag 1500 Exemplaren. üienstaanvragen worden geplaatst tegen cent en Advertentiën tegen 6 cent per repel Sroote Letters en Afbeeld, naarplaatsruiaatr. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie wordt de prijs slechts twee maal berekend, uitgezonderd Dienstaanvragen. Advertentiën, als; Geboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den prijs van vijftig ceilts. NEDERLAND. De Gemeenteraad heeft afwijzend beschikt op het verzoek van den commandant der schutterijom eene schietbaan interichten. Voor de schutters is het zeker jammervoor de gemeentekas is het een nuttig be sluit. Als er op het onderwijs moet bezuinigd worden, dient dat ook op het onderwijs in het schieten toe- Een goedkoope dokter. Door den geneesheer P. te H. (Limb.) is voor het behandelen van een (overle den patient gedurende ruim één jaar een honorarium vau f9575 in rekening gebracht. De executeurs- testamentair hebben beslotenaan de Rechtbank te Maastricht de beslissing te laten of deze arts de erf genamen niet wat al te veel wil laten bloeden. In eene herberg bij Zwaag (M.-H.) zal een biljart wedstrijd plaats hebben. Als prijzen zijn uitgeloofd een vlugloopende ezel en een beste geit. Te Berlijn is, volgens de JSt. R. Ct., eene over eenkomst gesloten tusschen de Duitsche Bankde firma Delbrück en Siemens en Halske ter oprichting van een Maatschappij in aandeelen voor de electrisehe verlichting van steden in Nederland, met Amsterdam tot middelpunt. De roode aschaehtige grondzooals die in vele veengronden in Drente aangetroffen wordt, levert niet alleen ijzer op, maar die zelfstandigheid blijkt ook zeer geschikt te wezen voor bemesting, vooral voor tuinvruchten, boonen, boerekoolspinazie enz., doch niet voor aardappelen welke door dit toevoegsel aan den bodem roestig schijnen te worden. Voor haververbouw is deze roode oergrondblijkens her haalde proeven, uitnemend; daar zoowel de hoeveel heid, als de hoedanigheid er beter door wordt. Vele veenliedeu, die hunne stukjes grond in de nabijheid dezer ijzerhoudende streken hebben liggenmaken dan ook gaarne gebruik van die goedkoope meststof; terwijl de eigenaar blijde isnu de handel in ijzer- oer in deze streken minder wordt, het roode goedje van zijn veeu verwijderd te krijgen. Ter waarschuwing deelt het Berl. Klin. Wochen- schrift een geval mede van zes personen die door be dorven eiwit vergiftigd zijn. Een zuinige huismoeder had het wit van eenige eieren acht dagen lang be waard, en het toen voor een puddiugsaus gebruikt, hoewel er een ietwat vreemde gear aan was. Den volgenden dag vertoonden zich bij de hnisgenooten die van de pudding gegeten hadden, verschijnselen van vergiftiging, zoodat zij geneeskundige hulp moes ten inroepenen eerst na verloop van een week vol komen hersteld waren. De verschijnselen waren volkomen gelijk aan ver giftiging door worstvleeseh kaas of visch. In De Zoom leest men Een berekeningeenvoudigmaar daardoor wel sprekend. Een arbeider, die twee borrels daags drinktis matig; hij heeft daarop recht, zeide eens een staatsman. Twee borrels, d. i. 12 centen. Twaalf centen daags, d.i. f43.80 in het jaar. Een eenvoudig handwerksman, die dat gedurende 2) FEUILLETON. SMITS OF SMIT. Humoreske. Naar het Hoogduitsch door Aio ar. Nu wat denk je daarvan?" vroeg Her man toen zijn vriend geëindigd had. „Het schijnt mij toe, een grap te zijn" antwoordde de ander. „Meent gij dan, dat men daarvoor honderd vijftig dollars uitgeeft? Ziedaar de banknoten, die tegelijk met den brief zijn gekomen." „Zij zullen valsch zijn, geloof mij riep Willemterwijl hij er een opnam. Maar hij mocht draaien en keeren zoo veel hij wilde: papier, druk en water merk alles was echt. „Maar gij hebt immers geen oom in Amerika?" begon hij eindelijk. „Daaromtrent kan ik je geruststellen" antwoordde Eduard. „De oom is even echt als de banknoten. Hij is de broe der van mijn vader; was zijn gelieele leven lang een wispelturig persoon; ging de wijde wereld in; kwam weer terug, toen ik nog zeer jong was; kon het thuis niet uithouden; vertrok toen weer en is sedert dien tijd verdwenen. Naar alles, wat ik van hem gehoord heb is hij een wonderlijk mensch, zoodat mij de vreemde uitnoodiging aan zijn sterfbed, want dat moet toch wel onder zijn woor den verstaan wordenvolstrekt niet ver baast." „En gij wilt er gevolg aan geven en naar Amerika gaan?" vroeg Willem bedenkelijk. Inplaats van te antwoorden, richtte Herman zich op, zag den vrager in de oogen en zeide plechtig. „Smits, zijt gij mijn vriend?" „Je vriend? Zeker maar hoe komt gij nu aan die vraag?" „En gij zijt bereid mij die vriendschap metterdaad te bewijzen?" „Zeker, Herman, voor zoover het in mijn macht is ik begrijp echter niet „Goed!" viel Herman hem in de rede, terwijl hij zich weer neerzette, „dan zult gij de reis in mijn plaats maken." Willem Smits glimlachtehij wist niet wat hij er van moest denken. „Je wilt van daag schertsen," begon hij eindelijk. „Volstrekt niet" zeide Herman, „het is mij volkomen ernst; ik zweer het bij mijn eer, bij mijn liefde. Kom, zet uw stoel wat naderbij; ga zitten en hoor mij aan. Ik zal u overtuigen, dat het zoo en niet anders geschieden moet. Ten eerste: ik kan niet weg. Hoe zouden Treuberg en Zoon het zonder mij ma ken en al konden zij het, dan kan toch Treuberg's dochter het niet zonder mij stellen en wanneer deze het nog wilde, dan kan ik toch in geen geval mijn kantoor plaats leeg laten staan. Ten tweede: gij zijt vrij, gij hebt niets te doen en gij zult mijwanneer gij eens verstandiger geworden zijt op de knieen danken, dat ik u de gelegenheid ge geven heb, uw wereld- en menschen- kennis te verrijken. Ten derdeis het voor mij van het hoogste belang om van dat nietig slijk, een weinigje het mijne te mogen noemen. Daarom, ga! druk mijn oom de oogen toe, en breng mij zijn geld. Zijn zegen moogt gij voor u zelf be houden." „Maar beste Hermanbedenk toch „Alles heb ik bedacht, dus verzet je niet langer. Hoe Amerikaansclie erfenis sen slinkenals men ze zelf niet bewaakt is je bekend en daarenboven is mijn oom in staat uit zuivere eigenzinnigheid niet te sterven, vóór zijn neef aan zijn wil heeft voldaan. „Maar wat zal hij zeggen, als, inplaats van zijn neef een onbekende komt?" vroeg Willem. „Kerel, wat zijt ge toch slecht van begrip," zeide Herman. „Gij zult immers niet als mijn zaakgelastigde maar als mij zelf verschijnen; gij moet den naam van Willem Smits afleggen en dien van Herman Smit aannemen. Daarenboven, geef ik je mijn papieren om voor rechtbanken en bij advocaten te dienen. Mijn oom heeft mij de laatste maal gezien, toen ik nog zeer jong was en zal het dus, indien hij nog het ge noegen moest smaken u te zien, begrij pelijk vinden, dat mijn blond haar een weinig donkerder geworden is en daar wij beiden sedert lang onafscheidelijk hebben geleefd, weet gij omtrent mijne familie aangelegenheden zooveel, als of gij zelf de eer had een Smit uit de lange Nieuwstraat te zijn. Hier hebt gij ook het geld voor de reis. Gij ziet al- zoo, dat gij aan alle zijden gedekt zijt en ik hoop, dat gij na deze ophelderin gen uw tegenwerpingen zult staken." „Toch niet geheel en al, mijn waarde Hermanintegendeel de geschiedenis blijft toch een soort van misbruik van vertrouwen „Een overeenkomst gij handelt immers 'volgens mijn wenscli en ver langen. Tot uw geruststelling kunnen wij ook een verklaring opstellen, waar uit blijkt, dat gij in waarheid Willem Smits zijt en dat de nalatenschap mij, den echten Smit toebehoort." Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1886 | | pagina 1