V akantiever halen
S/1
STRIP
DE BELEVENISSEN VAN KEES KRUL
mmm
Zes poten
Berggeiten
Jaloerse aap
Regen
Strandlol
Rare hut
Kop in ketel
)Kip met kop
Superbot
Dikke pad
Zwem-wc-bad
varia
DINSDAG 8 SEPTEMBER 1981
3
Het gebeurde op één van de laat
ste dagen van onze vakantie in
Frankrijk. Omdat het op de cam
ping één grote modderpoel was en
er weinig te beleven viel besloten
wij om een autoritje te gaan me-
ken.
Onderweg hadden we een zak
heerlijke kersen gekocht en na
een half uurtje rijden vonden we
een leuk plaatsje. Naast een ko
renveld verorberden we de kersen
terwijl mijn moeder en mijn zusje
een boeketje samenstelden van
bloempjes die tussen het koren
groeiden.
We maakten nog een klein wande
lingetje en keerden toen terug
naar de auto. De boeketjes namen
we natuurlijk mee want daarmee
konden we de tent wat opvrolij
ken. Nou, daar bleek nog een
avontuurtje aan vast te zitten.
Toen we halverwege waren zei
mijn broer opeens: „Hé, een
beest!" Daarbij wees hij op de
achterkant van de bestuurders
stoel. Maar ik kon niets anders
ontdekken dan een of ander tak
jeMijn zusje kroop echter
dicht tegen me aan en gilde even
eens: „Een beest!" En ja hoor,
plotseling zag ik ook een pootje
bewegen. Dat was dus het bewijs
dat 'het takje' wel degelijk een le
vend wezen was.
Vlug besloot mijn vader - na het
horen van de angstige kreten van
achteruit de auto - om te stoppen.
En inderdaad; het bewuste beest
bleek een wandelende tak te zijn.
Tot slot hebben we het beestje
nog even een show laten geven op
het dak van onze auto. Maar daar
na hebben we het weer gebracht
waar hij thuishoorde: midden tus
sen allerlei bloemetjes en het
gras. Je begrijpt wel dat dit hét
avontuur van onze vakantie anno
1981 is geworden.
Monique Riemens, 15 jaar.
We waren lekker aan het wande
len en ondertussen aten we een
appeltje. Opeens kwamen er rin
kelend een paar berggeiten aan
gestormd. Ze kwamen op onze ap
peltjes af. Ze sprongen tegen ons
op. Ja, die daar, die had een appel
tje afgepakt. Maar daar lieten ze
het niet bij zitten. Eindelijk gin
gen ze weg. Nu konden we weer
doorwandelen.
Op de terugweg aten we ons
brood. Maai- hoorden we dat
goed? O, wéér geiten! Maar ze ble
ven gelukkig achter ons.
Toen we ons brood op hadden gin
gen we weer verder. Nu moesten
we steil naar beneden. Die geiten
liepen natuurlijk wel achter ons
aan. En ineens stormden ze naar
beneden. Even later kwam de
grootste geit brutaal mijn vader
opzijduwen. Daarna kwamen ze
nog een keer, maar toen deden ze
het niet meer.
Jacomien Punt, 11 jaar.
^3üJ20
Veel kinderen stuurden ons
hun allerleukste, saaiste,
spannendste, gekste, droe
vigste vakantiebelevenis toe.
Je begrijpt dat de redactie
die met ontzettend veel be
langstelling en plezier gele
zen heeft. Het verhaal van
Monique Riemens, 15 jaar,
heeft volgens o?is de prijs
verdiend, evenals het ver
haal van Jacomien Punt,
11 jaar.
Uit de rest van de stapel heb
ben we opnieuw de meest
aardige gehaald. Ook daar
van drukken we wat stukjes
af. Fijn dat zoveel Krulle-
baklezers hebben meege
daan. Allemaal bedankt
voor het schrijven.
We gingen op weg naar de Apen-
heul. Het was heel ver rijden naar
Apeldoorn. Maar eindelijk kwa
men we er toch aan. Er waren heel
veel soorten apen. Bijvoorbeeld
Eekhoornaapjes, Gorilla's en nog
veel meer soorten.
De meeste apen liepen buiten
maar de Gorilla-moeders die
kleintjes hadden, die waren bin
nen.
Dus gingen wij daar even kijken.
Sommige jonge aapjes waren nog
klein. Er was ook een moeder die
vond dat er teveel naar haar en
haar jonkie werd gekeken. Dus
stopte ze het kleintje achter haar
rug en rende ermee weg.
Die apen die buiten liepen gingen
soms op je nek zitten. Bij mij heb
ben ze het niet gedaan. Maar het
was wel een grappig gezicht.
Het is die dag erg leuk geweest.
Eveline Geertse.
LUXEMBOURG
Op een keer kwam mijn oom en
vroeg of we naar het strand gin
gen. Toen we op het strand waren
gingen we zwemmen.
Ik ging een ietsiepietsie te ver. En
toen gingen wij wateroorlog doen.
Ik won het natuurlijk weer.
En toen kwam er een hele grote
kwal. En ik schrok me gek. En ie
dereen kwam uit het water dab-
beren. En toen gingen we weg.
Bobbij van Daalen.
De eerste twee weken van de zo
mervakantie gingen we naar
Schotland. Met een vriendin van
mijn moeder met de boot Osten-
de-Dover. Daarna de trein naar
Iverness. Daar vertrok de slaap-
trein. Engelse slaaptreinen zijn
goed verzorgd, we sliepen prima.
In Glasgow konden we drieënhalf
uur op de bus wachten Dat is niet
zo prima geregeld in Engeland).
Aan het eind van de dag kwamen
we in ons hotel aan.
Nu mijn dagboek uit de vakantie:
15 juli: regen
16 juli: regen
17 juli: regen
18 juli: regen
19 juli: regen
20 juli: regen
21 juli: regen
22 juli: regen
23 juli: regen
24 juli: regen
25 juli: regen
26 juli: regen
27 juli: regen
Maar- verder was de vakantie best
aardig.
Sia Zijlstra, 11 jaar.
In Frankrijk zijn we naar een
meertje geweest. We hebben
langs het meertje gelopen. Toen
ging mijn vader ergens kijken. En
hij kwam bij een heel raar hutje
dat door iemand zelf was ge
maakt. Het was van hout.
Desiree, mijn zusje riep: „Pappa".
Er kwam geen antwoord.
Mijn zusje riep wéér.
Maar weer geen antwoord. Want
mijn vader was even aan het kij
ken. En ineens viel het raampje
dicht.
Mijn vader schrok geweldig.
Daarom had hij geen antwoord
gegeven. Mijn moeder, riep toen
mijn vader. Toen kwam hij einde
lijk terug en vertelde alles. We
gingen nog even met z'n allen kij
ken. En toen gingen we weer naai
de camping.
Natascha Vale, ±11 jaar.
Ik ben drie dagen naar Ponypark
Slagharen geweest. We hadden
een huisje gehuurd. De hond kon
ook mee. Ik ben in de grote acht
baan geweest. Ik vond het heel
eng.
Eerst ging je met een ketting om
hoog. En dan ging je heel hard
naar beneden. Eerst ging je over
de kop en dan allemaal scherpe
bochten.
Toen we naar boven gingen op die
ketting dacht ik dat ik moest spu
gen maar dat ging niet door. Ik
heb de hele weg met mijn kop in
de ketel gezeten.
ArcL Polderman
DE LEUKSTE DAG bij een boe
rin in Frankrijk:
„Om twaalf uur werden we uitge
nodigd om te komen eten. We be
gonnen te eten. We kregen eerst
kip met kop en al. Alleen mijn
moeder nam een stuk en een van
de kennissen die met ons meegin
gen nam ook een stuk. Maar de
kip was erg taai. Mijn moeder en
ik trokken eraan maar de kip was
zo taai dat we hem niet door mid
den kregen.
We waren toch wel blij dat we de
volgende morgen weer vertrok
ken.
Ester Davidse
We waren op vakantie met ken
nissen die een hond hadden. Mijn
moeder was jarig. We hadden alle
maal een gebakje en de hond (een
zwarte labrador) kreeg een bot.
Dat bot was bijna even groot als
haar kop.
Ze pakte het meteen en liep er
nogal zenuwachtig mee heen en
weer. Dat was een heel stom ge
zicht, een hond die met een super
groot bot heen en weer liep te ren
nen.
Na een tijdjes wou ze het ergens
verbergen. Eerst legde ze het in de
tent, maar dat mocht ze niet.
Toen begroef ze het onder de heg.
Alleen kon ze het na een half uur
niet meer vinden. Toen hebben
we haar maar geholpen.
Ik geloof dat ze het wel fijn vond
dat mijn moeder jarig was.
Martine Reijnders. 11 jaar.
Op een avond zouden we een
stukje gaan wandelen. Het park
waar ons huisje stond was heel
groot. Er stond een kasteeltje
waar het vochtig was. Het leek
wel een moerasje.
We liepen een beetje en toen zag
ik iets bewegen. Het was een dik
ke pad.
De eigenaresse van het kasteeltje
kwam naar buiten. (Ze moest
haar hondje uitlaten).
„Dag", zei ze in het Frans. We
vroegen haar wat van de pad. Ze
zei: „Er zijn padden van een kilo".
Mijn zus was doodsbang. Het was
heel donker. Elke keer dat ik zei:
„Kijk daar loopt een pad", riep ze:
„idee!"
Marco de Pagter, 11 jaar.
In de vakantie in Portugal had
den we geen water. Maar we had
den wel een huis met een zwem
bad en als we de WC moesten
doortrekken dan namen we een
emmer. En dan vulden we die met
water uit het zwembad en gooi
den dat in de WC.
Michiel de Vries, 10 jaar
VANILLE KEES Kmlenop pp
Hele wereld sen ik WAAR
SCHIJNLIJK wel pe kees krulsn
loopt ALTIJD SLECHT
MET me
LEKKER GEZWOM
MEN. goed vooti
DE SPIERTJES'
Nd MOOR SNEL
LAAWKLEPEN