VERZAMELEN
i
I
'Zoveel mooie dingen9
xmxmti
Gesprekje
Zoeken naar
die ene
postzegel
ss
*32
Museum
aan huis
En jullie?
Gek
Rommelmarkt
Prenten
DINSDAG 9 FEBRUARI 1982
achtergrond
Wat zeg je jongen? Of ik
nog mandarijnepitjes
vóór je heb? Ga je je eigen
vitamines kweken?"
„Nee opa, voor m'n verzame-
ling. Ik heb er al 87. D'r is
moeilijk aan te komen hoor.
Tegenwoordig zijn ze bijna
allemaal zonder pit. Maar ja,
daarom is het juist zo span
nend".
„Goh jongen, je doet me den
ken aan vroeger, toen ik zo
oud was als jij. Met een paar
jongens hadden we een ver-
zamelclubje, bij opa in het
schuurtje. Goh ja zeg met
Krijn en Ko en Bartel".
„De duvel en z'n ouwe moer
verzamelden we. Fiets-
lampjes, oude kranten, luci
ferdoosjes, boeken, stenen,
dingen van t5 centimeter,
oude bussen, rode dingen,
blauwe dingen, doorzichtige
dingen, spiegels".
„Ik weet nog dat we eens ker-
sepitten verzamelden, tot de
veldwachter ons betrapte in
zijn eigen kerseboom. Ik zie
die dikke Ko nog in die boom
zitten met een rooie kop. De
grootste kers die ik ooit zag".
„En dat schuurtje werd vol
ler en voller. Op den duur
konden we alleen nog staan
de vergaderen en later al
leen nog buiten. Zonde, dat
opa toen ineens zijn schuur
tje nodig had. Al het werk
van jaren zo in de asemmer.
Zonde".
,Ach ja wat vroeg je ook
weer? Mandarijnepitjes?
Vraag eens hiernaast op ka
mer 103 bij Ko, misschien
heeft die er wel een paar in
die oude kast van hem".
Wie postzegels verzamelt,
ontdekt al gauw dat het
onmogelijk is alles te spa
ren. Er moet een keus ge
maakt worden. Ruimte
vaart, dieren en 'Nederland'
zijn populaire onderwerpen.
„Het fijne van postzegels ver
zamelen is het zoeken naar
die ene zegel die je nog niet
hebt", zegt Freek Verdoes uit
Middelburg. Hij verzamelt
niet alleen postzegels, maar
verkoopt ze ook.
Soms is het echt speurwerk.
Een enkele keer lukt het met
ruilen. Kopen is gemakkelij
ker, maar dat kost (veel)
geld", voegt de heer Verdoes
er aan toe.
„Postzegels verzamelen is
vooral een dure liefhebberij,
als je verzamelt volgens de
allernieuwste 'postzegelmo
de': maxikaarten. eerste dag
bladen, eerste dagkaarten,
boekjes, doorlopers, blokken
en nog veel meer.
In 1974 bracht Nederland een
zegel uit waar een koe op
stond. De ontwerper had er
een grapje mee uitgehaald
door het beest op twee zegels
- elk een halve koe - af te
drukken.
Weinig mensen hadden dat
in de gaten tot iemand op het
idee kwam dat die zegels aan
elkaar vast, wel eens extra
veel waard konden worden.
Toen moest iedereen ineens
deze 'doorloper' hebben".
De heer Geilleit uit Middel
burg is voorzitter van één
van de vele Zeeuwse postze
gelclubs. Hjj vindt dat de
mensen elkaar met al die
nieuwigheden gek maken.
„Neem bijvoorbeeld de ma
xikaarten. Daar bestaan op
het ogenblik wel vijf of zes
soorten van. Welke moet je
dan verzamelen?"
„Alles aanschaffen kan ei
genlijk niet, dat is veel te
duur. Voor de zegels die Ne
derland in 1982 uitbrengt
ben je dan al gauw meer dan
500,- kwijt", besluit de heer
Geilleit.
Nee mam, niet weggooien! roept Pietje bijna in pa
niek. Pietjes verzaméling: een gróte, haast niet te
overziene stapel knipsels, die groeit, en groeit. De men
sen die hem kennen worden er wel eens kregelig van,
altijd dat geknip. Als hij er nou nog eens wat mee deed,
maar nee. Kom niet aan zijn verzameling, want dan
kom je aan hem. Waarom dan toch...
Ja, waarom zo'n schijnbaar nutte- Eén van de grootste verzamelaars
loze verzameling? Pietje vindt het van Nederland is het CBS: Cen
traal Bureau voor de Statistiek.
Van alles en nog wat in Nederland
worden gegevens opgeschreven
en vergeleken: aantal geboortes,
sterfgevallen, emigraties, hoeveel
gewoon leuk dingen uit te knip
pen. „Ik weet precies wat ik heb
en waar." Onbegrijpelijk, maar ja,
als hij het zegt, zal het wel waar
zijn. Zijn kamer ruimt hij zelf op,
kan ook eigenlijk niet anders.
Je vraagt je wel eens af wat men
sen bezielt. Ze verzamelen knip
sels, poëzebeeldjes, postzegels of
borrelglaasjes. Waarom? Dat
weet niemand.
Soms gewoon omdat het nu een
maal 'rage' is, zoals indertijd sleu
telhangers, speldjes, stickers en
buttons. Of omdat iemand eens
iets leuks voor zijn verjaardag
kreeg. En later nog eens en van
lieverlee, je snapt het al.
Sommigen beginnen hun verza
meling al met een verzameling.
Gekregen van pa of ma, opa, oma,
oom, tante, buurvrouw, kennis.
Een vriendje van Piet heeft een
verzameling munten waar je stijl
van achterover slaat. Maar ja, die
krfjgt ook van iedereen en die
koopt ook zelf.
Dat zou Piet nooit doen. „Het is
pas echt als je het allemaal zelfbij
elkaar scharrelt' vindt hij.
Ach ja, ieder zijn manier. Hij kent
zelfs iemand die verkeersborden
steelt.
mensen voor of tegen iets zijn,
welk geloof ze hebben, hoeveel
mensen voor of tegen iets zijn,
welk geloof ze hebben, hoeveel ze
verdienen, hoeveel buitenlanders
er zijn, waar ze wonen, wat voor
werk ze doen, hoeveel auto's we
hebben, hoeveel water, asfalt bos
er in Nederland is.
Welke ziektes vaak voorkomen,
hoeveel bier we drinken of welke
we kopen. Van werkelijk bijna al
les weten ze wel wat.
Prins Charles van Engeland
kreeg overigens op zijn huwelijk
ook een paar oude wc's voor zijn
verzameling...
gedicht gedicht gedicht gedicht gedi
Bal, bel, bok, bek, buren, boorden,
ik verzamel beetjes-woorden.
Bed, bos, buikje doen allemaal mee
Hopsa! Blad en braadworst, weeral twee.
Bommetje, bakkie, bever, blij,
bromtol kan er ook wel bij.
Bloemen, bakken, bakker, bol,
mijn hersens raken aardig vol.
Boerderij, bunker, baasje, bril,
beton, brood, badje, bolle bil.
Ook brand is bruikbaar en balkenbrij
en bolus, nummer vierendertig in de rij.
BedrijQe, burger, beer, blos, bouwen,
ik kan ze haast niet meer onthouden.
En raak ik er soms toch eentje zoek:
nou, dan kijk ik gewoon in mijn woordenboek.
Marina van den Boogaart
Zonde ora weg te gooien. Het
is veel te mooi, denk ik
voortdurend. Het hoeft niet echt
kostbaar te zijn. Voor mij kan het
toch veel waarde hebben".
Aan het woord is Jacqueline
Elich uit Middelburg. Zij verza
melt werkelijk van alles. Er
staan ruim 20 verschillende ver
zamelingen op haar lijstje.
Veel van de spulletjes, zoals doos
jes, potjes en zakjes met allerlei
soorten thee, zijn in haar kamer te
zien. Maar door plaatsgebrek is er
ook veel naar de kast verhuisd.
Daarin staan dozen met schelpen,
stenen en zakjes proefmonsters.
- Ben je allang bezig met verza
melen?
„Eigenlijk begon het al op de
kleuterschool. Ik nam van alles
mee naar huis. Vooral zeesterren
en krabben. Die gingen vreselijk
stinken en dan gooide mijn moe-
interview interview
der ze weg. Op de lagere school
ben ik echt gaan sparen. Het be
gon met schelpen. Later kwamen
daar stenen, scherven en pijpe-
koppen bij. Die ging ik zoeken en
opgraven".
- Waarom bewaar je het alle
maal?
„Omdat ik het mooi vind. Ik kan
gewoon niets weg doen. Ik vind de
Jacqueline Elich: ik vind tiet wel gezellig als het rommelig is.
kleur mooi, of de vorm. Of ik vind
het lekker ruiken. Daarom heb ik
ook een verzameling zeep. Wie
rook en flesjes met geurtjes".
- Je bent nu een paar jaar van de
lagere school. Zijn de verzamelin
gen nu veranderd?
Jawel. Ik verzamel nog heel veel,
maar nu vooral dingen die ik ook
kan gebruiken. Zoals kaarsen,
mooie ansichtkaarten, droog
bloemen en thee. Vooral thee vind
ik erg leuk. Het ruikt ook lekker.
Ik heb ruim 100 soorten".
- Heb je veel oude verzamelingen
weg gedaan?
„Wel een paar. Ik verkoop ze op de
-rommelmarkt of geef ze weg. Zo
heb ik veel blikjes en flesjes weg
gedaan. Ik heb niet meer zoveel in
mijn kamer uitgestald. Het werd
toch wel erg rommelig".
- Klaagt jouw moeder nooit over
de rommel?
„Ze moppert wel eens als ik te
veel troep laat slingeren. Ik moet
mijn kamer zelf doen. Maar ik doe
er niet zoveel aan. Ik vind het wel
gezellig als het rommelig is".
- Wat vind jij echte rommel?
„Spulletjes die ik niet mooi vind".
- Geef je veel geld uit aan je ver
zamelingen?
„Niet veel. Ik spaar al mijn geld
om op reis te gaan naar andere
steden. Daar zoek ik leuke ouder
wetse of gekke winkeltjes. Daar
kijk ik dan heerlijk rond. En ja,
daar koop ik ook wel eens wat.
Dat kan ik dan niet laten. Er zijn
ook zoveel dingen die ik mooi
vind".
Sommige mensen hebben
zulke mooie verzamelin
gen, dat het eigenlijk jam
mer is, dat er zo weinig ande
ren van kunnen genieten.
Dominee Van Tuyl van Se-
rooskerken uit Oostkapelle
heeft zo'n verzameling.
Maar van zijn hobby - fossie
len - kan iedereen genieten,
want hij heeft er een mu
seum van gemaakt.
Al heel jong had dominee
Van Tuyl belangstelling voor
alles wat met de natuur te
maken heeft.
Met het verzamelen van fos
sielen en stenen begon hij
rond 1969.
De verzameling groeide
steeds en in 1978 werd het
museum geopend. Samen
met leden van een archeolo
gische werkgroep werd het
museum ingericht.
De dominee heeft veel din
gen zelf gevonden. Ze zijn
verzameld in vakanties en
vrije tijd.
Een flink aantal botten komt
uit zee. Ze zijn opgevist in de
netten van Arnemuidse vis
sers, die de botten voor het
museum bewaarden.
Op deze manier kwam het
museum aan een groot stuk
mammoetstoottand van 195
centimeter lang en 53 kilo
zwaar. Ook is er het skelet
van een holenbeer te zien.
Deze beer was groter dan de
ijsbeer die we nu kepnen.
Om een idee te geven hoe de
wereld er lang geleden uit
zag, heeft dominee Van Tuyl
allerlei prenten opgehangen
bij de fossielen.
Behalve de uitstalkasten
langs de wanden, heeft het
museum ook vitrines in het
midden van de kamers. In
één van die vitrines zijn fo
to's te zien van kistkalveren.
Het museum is niet bijzon
der groot, maar zeker een be
zoek waard. In de winter
maanden zijn er geen vaste
openingstijden. Wie wil kan
wel telefonisch een afspraak
maken.
De dominee geeft dan per
soonlijk een rondleiding in
zijn fossielenmuseum aan de
Molenweg 36 te Oostkapelle.
Schrijf eens naar de Krullebak
Wat verzamelen jullie voor spul
len? Dat wil de redactie van De
Krullebak dolgraag weten. Soms
spaart iemand immers echt iets
aparts. Zoals die Belg met zijn
museum vor ansichtkaarten.
Maar, enkel kaarten van andere
museums.
En die man die muziekinstru
menten verzamelt. Als ze maar
vals zijn. Soms speelt hij er een
heel mal toneelstukje mee.
Schrijven jullie ons eens over
jullie verzameling? Het mogen
best heel gewone dingen zijn. En
vertel dan ook waarom je het
bent gaan doen, hoe je het alle
maal opbergt en of je het koopt of
juist probeert te krijgen. We zijn
er verschrikkelijk nieuwsgierig
naar.
Uitgeverij Provinciale Zeeuwse
Courant B.V.
Redactie: M. van den Boogaart,
A. van den Doel, C. de Jonge,
H. Mooibroek, S. Scheers, E.
Reindersma, G. Sanders, J.
Smeekens, I. Timmerman, W.
Verstuijf en W. Wisse.
Adres: Waistraat 56-60, 4381
EG Vlissingen.
Tel (maandag t/m vrijdag, van
9.00 uur tot 17.00 uur): 01184-
15144 toestel 40.
Advertenties: (per brief) Admi
nistratie PZC, Postbus 18, 4380
AA Vlissingen,- of afgeven aan
hét PZC-kantoor in Vlissingen
(Waistraat 56-60) of in Middel
burg (Markt 51).