U JL JL JËdKxj.l*J JV
Ouders kopen altijd stomme kleren
xmmÊi
Zeiloren
en
Tatoeage:
een tekening
onder
de huid
rotneuzen
T TTnpTPTJT T TXt
achtergrond
Hartjes
Mode? Niets
mee te maken.
Of toch wel?
Je doet mee.
DINSDAG 9 NOVEMBER 1982
'Mick Jagger' schreef ze met
viltstift op haar arm. Ze ken
de de lp van de Rolling Sto
nes: Tattoo You. Dat bete
kent: laatje tatoeëren. Maar
dat gaat niet met viltstift.
Dat was je er zo weer af.
Een tatoeage is een tekening,
nét onder je huid. Die teke
ning schijnt door de opper
huid heen. Maar wel voor de
rest van je leven. Je krijgt het
bijna nooit meer weg!
Een tatoeëerder heeft een
speciaal machientje. Kleine
naaldjes prikken gaatjes in je
huid.
Elk prikje is een wondje. Na
een week is je huid weer be
ter.
•?V
virrrC.
v
«V
v
'v
De kleurstof loopt langs de
naaldjes onder je huid. Als er
te diep geprikt wordt ga je
bloeden. Dan loopt de inkt er
weer uit.
Een tekening, zo groot als je
hand, kost tegenwoordig
80,-. Dat duurt 20 minuten.
Tatoeëren is zo oud als de
mensheid. Het komt oor
spronkelijk uit Tahiti. Vroe
ger lieten vooral zeelieden
zich tatoeëren. Ankers,
schattige zeemeerminnen en
rose hartjes.
Tegenwoordig laten veel jon
geren een tatoeage aanbren
gen. Vooral op de bovenarm.
Dat doet niet zoveel pijn.
Eenvoudige namen of inge
wikkelde tekeningen.
In Japan wordt soms het hele
lichaam versierd met tatoea
ges. Daar zijn ze heleméél
niet bang voor een prikje.
Ga niet zelf tatoeëren, je
kunt er ernstig ziek van wor
den.
Zo'n neus is toch geen gezicht.
Hoe meer je in de spiegel je neus
bestudeert, hoe lelijker die wordt.
Een rotneus.
En is het je neus niet, dan zijn het
wel je oren. 'Zeiloren' noemen de
kinderen in de klas ze giechelend.
En inderdaad klappen ze zo ver
opzij dat ze tussen je haar uit pie
pen. En dan dat vreselijke haar
En het helpt zo weinig als iemand
zegt dat het best meevalt. Daar
heb jij geen boodschap aan.
Toch is het waar. Weinig mensen
zijn tevreden over zichzelf. Je zou
best iets meer van dit, of iets min
der van dat willen.
Je neus, je oren, je haar, je rare
voeten kunnen ergernissen zijn.
En je zit er je leven aan vast. Dat is
niet zo met een beugel. Je praat
wel moeilijk, het staat raar en al je
eten blijft er aan plakken. Ook erg
vervelend. Maartijdelijk.
En dan die akelige puistjes. Die|
nieuwe trui is opeens minder1
mooi met dat puisterige hoofd er
boven.
Allemaal vervelende zaken. Waar
iedereen wel eens mee zit.
Maar er zijn mensen die daar erg
veel last van hebben. Ze durven
zich niet meer te vertonen en blij
ven zoveel mogelijk thuis. Ze kun
nen nergens anders meer aan den
ken. Ze voelen zich doodongeluk
kig en worden eenzaam.
Gelukkig kan er soms iets aan ge
daan worden. Een plastisch chi
rurg kan er voor zorgen dat erge
flaporen na een operatie niet
meer 'flappen'. En aan een erg on
gelukkige neus of kin kan ook iets
gedaan worden.
Dokter J. M. Vaandrager uit Mid
delburg is zo'n chirurg. Kinderen
met ernstige schoonheidsklach
ten komen bij hem terecht. Hij be
kijkt ook of een operatie nodig is.
In de herfstvakantie hielp hij zes
patiëntjes van hun flaporen af. Je
moet dan drie of vier dagen in het
ziekenhuis blijven. En er gaat een
week lang een groot verband om
je hoofd.
Dat is even vervelend. Maar kin
deren die zich door hun oren erg
ongelukkig voelen, hebben dat er
best voor over.
Grote oren, een scheve neus, dikke lippen, rood haar,
lachen om iemands uiterlijk mag niet. Daar is
iedereen het over eens. Maar we doen het wei.
Erger nog dan uitlachen, is men
sen op hun uiterlijk beoordelen.
Ooit was dat zelfs een weten
schap: fysiognomie of gelaats
kunde. Geleerden schreven dikke
boeken waarin men kan lezen hoe
domme mensen, misdadigers,
zwetsers er uit zien.
Zo beweerde G. B. Delia Porta in
1627 dat iemand die er uit ziet als
een schaap, ook het karakter
heeft van een schaap.
Zoiets kun je tegenwoordig niet
meer zeggen. Toch geloven nog
steeds veel mensen dat een hoog
voorhoofd een teken van intelli
gentie is.
Het gezicht zegt niets over het ka
rakter. Maar het uiterlijk telt wel
degelijk mee. Dat hebben ver
schillende onderzoekers de afge
lopen jaren overduidelijk bewe
zen: wie er leuk uitziet heeft bij
iedereen een streepje voor.
Politici hebben dat goed begre
pen. In 1960 werd John F. Kenne
dy tot president van Amerika ge
kozen, omdat hij er op de televisie
aardiger uitzag dan zijn tegen
stander.
Ook in Nederland proberen politi
ci stemmen te winnen met hun ge
zicht. Van Agt had een paar jaar
geleden een ander kapsel dan nu.
Sommige belangrijke mensen la
ten zelfs nooit foto's maken van
de 'verkeerde' kant van him ge
zicht. We krijgen alleen de voor
delige kant te zien.
Maar ook voor kinderen is het bi
langrijk dat ze aantrekkelijk ge
vonden worden. Hun uiterlijk
speelt een grote rol in de manier
waarop anderen hen behandelen.
Het staat vast dat leerkrachten
van aantrekkelijke kinderen ge
makkelijk denken dat ze slim zijn.
Of dat belangrijk is? Nou en of.
Onaantrekkelijke kinderen wor
den voor dom gehouden en krij
gen daardoor minder aandacht.
Met kinderen die er leuk uitzien
gebeurt het omgekeerde. Zij wor
den vaker aangemoedigd, gaan
het door die extra aandacht mo
gelijk beter doen en hun zelfver
trouwen groeit.
Eerlijk is het natuurlijk niet. Je
gezicht kun je niet veranderen.
Het moet een leven lang mee.
gedicht gedicht gedicht gedicht gedi
Puisten, pukkels, flaporen, korsten,
mam, wanneer krijg ik nu eindelijk borsten?
Ik voel me zo dik, ik ben net een lat
als ik dat brilletje nu maar niet had.
M'n neus is te lang, hij wipt, hij is krom,
m'n hele gezicht is eigenlijk stom.
M'n armen te lang. M'n benen te kort.
Vervelend dat telkens mijn maag zo hard knort.
Een fietsenrek, konijnenwangen
en dan nog van die schouders die hangen.
Maat 42 en 43 van schoen.
Wat kan ik er in hemelsnaam aan doen?
Je bent zo geboren. Jammer, da's pech.
Je denkt: straks blijf ik over zeg!
Maar ja, hoe lelijk jij jezelf ook vindt:
Misschien troost je het spreekwoord
liefde maakt blind'.
Marina van den Boogaart.
•S3
rSk.
tij
„Mode? Pfft! Da's toch zeker
allemaal flauwekul. Ik trek
gewoon aan wat ik leuk vind.
En dan moet het nog lekker
zitten ook".
Dat hoor je vaak als het over
kleren gaat. Heel wat jon
gens en meisjes denken er zo
over. Toch is de indruk die je
krijgt als je om je heen kijkt
wel even anders.
Ga maar eens de stad in om
dat je bijvoorbeeld aan een
paar nieuwe schoenen toe
bent. Met gebogen hoofd
loop je heel kritisch ander
mans schoeisel te keuren.
Dan blijkt al gauw dat de hal
ve stad zich op rode laarsjes
van soepel suède voortbe
weegt.
Als je verder speurt valt je op
dat daar meestal vaalgewas-
sen spijkerbroeken in wor
den gedragen. Een mouw
loos spijkeijack, al dan niet
met een warme stof gevoerd,
gaat over een ruime trui, heel
vaak van een lichtgevende
kleur. Uiteraard maken
beenwarmers in dezelfde
kleur het modebeeld com
pleet.
Vastbesloten je daaraan niet
te storen stap je de eerste
winkel binnen. Een paar uur
later sta je met een plastic
tas vol rode laarsjes en been
warmers weer op straat.
Want: „Ze hadden verder he
lemaal geen leuke schoenen.
Ik ben werkelijk overal ge
weest!"
Thuis zie je voor de spiegel
dat laarsjes en beenwarmers
toch wel erg goedstaanbijde
felle trui die je een paar we
ken geleden hebt gekregen.
De spijkerbroek, die al aar
dig slijt en zo lekker zit kun je
daar mooi bij aanhouden. Ei
genlijk zouden die lange
plastic oorhangers uit dat
kleine winkeltje er geweldig
bij passen. Kom op, er is nog
wat zakgeld over.
Met een prettig en zeker ge
voel stap je de deur uit. Mo
de? Hoezo? Je draagt toch
zeker gewoon wat je lekker
vindt!
Uitgeverij Provinciale Zeeuwse
Courant B.V.
Redactie: Marina van den
Boogaart, Anneke van den
Doel, Leen van Duivendijk, Cor
de Jonge, Mieke Lemmens,
Sylvia Scheers, Jan Smeekens,
Ineke Timmerman en Willem
Verstuijf.
Adres: Walstraat 56-60, 4381
EG Vlissingen.
Tel (maandag t/m vrijdag, van
9.00 uur tot 17.00 uur): 01184-
15144
Advertenties: (per brief) Admi
nistratie PZC, Postbus 18, 4380
AA Vlissingen," of afgeven aan
het PZC-kantoor in Vlissingen
(Walstraat 56-60) of in Middel
burg (Markt 51).
Volwassenen hebben vaak wat te
zeggen over de kleding van dei
jeugd. Maar wat vinden kinderen:
van de kleding die volwassenen
dragen en wat is nou eigenlijk
leuk? Larissa, Chantal, Paul en
Jan van de school 'Schengehof
uit 's-Heer Arendskerke hebben
hier zo hun eigen ideeën over.
interview interview
„Sommige volwassenen kleden
zich stom", vertelt Jan, zoals pun
kers en zo.
Larissa is het hier niet mee eens:
„Nee, dat vind ik juist leuk. Oude
mensen hebben vaak stomme
kleren aan, heel ouderwets. Maar
iemand van een jaar of zestien
vind ik er meestal leuk uitzien.
Lekker met de mode mee".
En ouders?
Larissa: Die kopen altijd van die
stomme kleren. Als ze iets voor
mij uitzoeken is het ook altijd
gek".
Paul is het hier mee eens: „Ja, ik
moet er altijd bij zijn, anders
komt m'n moeder met een licht
blauw jackje aan of zo".
.Mijn ouders nemen geen kleren
voor me mee", zegt Larissa,
„maar als we bijvoorbeeld naar de
stad gaan dan zeggen ze: „Goh,
vind je dat niet leuk?" en dan is
het zo'n heel dik raar jack. Dan Van links naar rechts: Paul, Larissa, Chantal en Jan.
Larissa is het er mee eens: „een
rok met een wit bloesje met kant
jes en een spencer in dezelfde
kleur als de rok. En hele nette
schoenen erbij".
Paul: „Ik vind die minirokjes tut
tig. Echt voor een tut".
Waf zijn volgens jullie leuke kle
ren?
Paul: „Gewoon een spijkerbroek
en een trui".
Jan is het hier gedeeltelijk mee
eens. „Onder die sweater een
overhemd is ook leuk".
„Nee, een overhemd niet hoor",
zegt Paul, „want dan moet je al
die knoopjes dicht doen".
Larissa: een strakke spijker
broek, een beetje te grote sweater,
laarsjes en beenwarmers, dat
vind ik heel leuk". Chantal: „Ja,
dat is leuk. Vooral die korte laars
jes. Het ligt er wel een beetje aan
hoe ze er uit zien".
Kan iemand die erg leuk gekleed
is toch een tut zijn?
Jan: „Ja, natuurlijk". Larissa be
sluit: „Ja, want dat ligt aan je ka
rakter en niet aan je uiterlijk".
zeg ik dat ik liever een spijker-
jackje heb met dat bont er in. Dat
vind ik veel leuker. Meestal krijg
ik het toch. Zo'n spijkeijack heb
ik al".
Hoe zou je je ouders graag ge
kleed zien?
Jan is best tevreden. Ze dragen
altijd leuke kleren.
Larissa: Een pijkerbroek met een
leuk truitje er op vind ik geinig.
Niet altijd weer een ribbroek.
Daar houd ik niet zo van".
Je hoort wel eens praten over tut
tige kleren. Wat zijn dat?
Chantal: „Heel deftige kleren
vind ik tuttig".