u^iuuwt
'Die poes moet daar toch van leven!'
M
'Je vergeet dat je ze
vroeger eng vond'
Net als in
het wild...
REPTIELENHUIS IGUANA
acBTefgromr
Dl MSP AG 12 APRIL 1S831|
„Wat een lieve kleine
hondjes, mag ik er een?"
Nou vooruit. Als je er maar
goed voor zorgt".
Het hondje gaat mee naar huis.
Heel lief. Maar het wordt steeds
groter en het plast en poept en
kluift overal aan. Niet alles is
even leuk. En ln de vakantie is
het zelfs lastig. Op de camping
inag hf) niet komen en oma
houdt niet van honden. Wat moet
er dan met de hond gebeuren?
„Wensen denken niet altijd goed
na voor ze een huisdier nemen",
vertelt dierenarts M. P. C. Karei-
8e uit Goes.
„Je moet goed bedenken welk
dier je het best kunt nemen. Dat
hangt af van de tijd die je er voor
hebt, van de ruimte en vooral van
het geld datje betalen kunt Voor
een grote hond moet je ruimte
hebben. Je kunt geen grote dog
in een flatje zetten. En die zelfde
grote dog eet ook nog eens voor
zeker 30,- per week".
Door goed naar honden en
katten te kijken kom je veel
te weten over wat deze die
ren zouden doen als ze in het
wild leefden. Beweeg je te
nen maar eens op en neer als
je kat op je bed slaapt.
Als je een beetje oog krijgt
voor dit soort reacties kun Je
ook veel beter spelen met je
hond of poes.Zo doen harde
rukken van een prop papier
aan een touwtje een kat niet
veel. Maar probeer het eens
met kleine schokkende be
wegingen... Katten verraden
hun hele Jachtgedrag als je
een propje papier zachtjes
heen en weer beweegt, het
even stil houdt en dan weer
zachtjes beweegt.
Behalve een muis kun je zo
ook een vogel nadoen. Laat
de prop (of een pingpongbal
letje) een klein eindje boven
de vloer door de lucht zwe
ven. Moet je zien wat voor
acrobatische toeren een kat
maakt. En hoe hij met zijn
poten een 'prooi' weet uit te
putten.
Of geef hem een dikke ka
toenen sok. Zo vechtlustig
zul je hem zelden zien. Zeker
als de 'rat' per ongeluk zijn
buik raakt
Jonge honden kunnen zich
tijden vermaken met trek
ken, schudden en sleuren.
Eigenlijk proberen ze hun
'prooi' in de nek te breken.
Leg een knoop in een zak
doek en je hebt een 'konijn'.
Als je hond goed vast heeft,
laat je hem maar lekker
schudden. Je moet het
speelgoed wel zelf stevig
vasthouden en af en toe
heen en weer bewegen.
En als hij even loslaat, gooi
je het een eindje weg. Je
hoeft hem niet achterna te
rennen, want hij komt het
zelf terugbrengen om het
spel opnieuw te beginnen.
Daar kun je op rekenen.
Urtoftver
Uitgeverij Provinciale Zeeuwse
Courant B.V.
Redactie: Marina van den
Boogaart, Anneke van den
Doel, Leen van Duivendijk, Cor
de Jonge, Mieke Lemmens,
Sylvia Scheers, Jan Smeekens,
Ineke Timmerman en Willem
Verstuijf.
Adres. Walstraat 56-60,
4381 EG VLissingen.
Tel. (maandag t/m vrijdag, van
9.00 uur tot 17.00 uur): 01184-
15144.
Advertenties: (per brief) Admi
nistratie PZC, Postbus 18, 4380
AA Vlissingen. Het benodigde
bedrag aan LOSSE postzegels
bijsluiten of afgeven aan de
PZC-kantoren.
Eerst informeren dus, Er zijn ge
noeg boekjes over huisdieren ge
schreven. In sommige plaatsen,
zoals in Goes, is een informatie
centrum. En verder kun je altijd
terecht in een asiel of bij een
dierenarts.
Een hond vraagt veel tijd. Je
moet er mee naar buiten. Lekker
hollen en dollen. Een poes is veel
gemakkelijker. Die zorgt meer
voor zichzelf. Maar de kattebak
moet natuurlijk wel op tijd
schoongemaakt.
En een cavia dan?
„Dat vind ik eigenlijk geen huis
dier", zegt dokter Karelse. „Dat
beest is niet geschikt om in een
kooitje te zitten. Net zo min als
een muis of hamster. En wat
denk je van een vis die maar in
die kom rondzwemt? Nee, een
dier moet de ruimte hebben".
Goed zorgen voor een dier kost
tijd en geld. Maar wat is 'goed
zorgen'? Ook dat moet je leren.
Je moet weten wat goed is voor
het dier. Of het moet leren luiste
ren. En wat het mag eten.
„Ik heb de pest aan dikke hon
den", zegt de dierendokter met
veel nadruk. Er komen mensen
met honden die zo dik zijn dat ze
bijna niet meer kunnen lopen. Ze
denken dat 'goed zorgen' hetzelf
de is als 'vetmesten'. Nou, die
mensen help ik niet. Die mogen
terugkomen als het dier behoor
lijk is afgevallen".
Niet iedereen is dol op dieren.
Angst is één van de oorzaken. En
het lijkt wel of dieren juist de
bange mensen opzoeken. Die
worden ook het meest gebeten.
Overgevoeligheid kan ook een
reden zijn om uit de buurt van
dieren te blijven. Allergisch voor
dieren, noem je dat.
Dat is ook één van de redenen
dat een dier niet ln de klas thuis
hoort. Er zijn kinderen die er niet
tegen kunnen. Ze krijgen er erge
jeuk van of krijgen het benauwd.
En dan nog een grote ergenis van
bijna iedereen: poep op de stoep.
„En het is nergens voor nodig",
vindt ook de dokter. „Het baasje
moet zorgen dat het dier niet
overal vuiligheid achterlaat. Ook
dat hoort bij de zorg voor een
dier".
Ifijn nieuwe huisdier: een reuzeslang.
Een lange groene. Wat zeg je? Bang?
Welnee! Hij doet niks, ben je gek!
Zelfs ongevaarlijk rond mijn nek.
Hij is lief en rustig, 't valt echt op.
Heeft enkel een wat vreemde kop.
Maar een kniesoor die daar op let.
Ja. meestal slaapt ie onder m'n bed.
Opgerold, want dat is beter,
anders raakt ie in de knoop met z'n 15 meter.
Andere mensen zouden hem hangen,
maar dat vind ik zonde voor die slangen.
En dat hij weinig beweegt doet me geen zier:
ik hou wel van een rustig dier.
En dacht je dat ik er wat om gaf,
dat mensen zeggen 'die is maf!'
Ik denk maar: iedereen kan zich vergissen.
Ik zou hem niet meer willen missen!
lik wou alleen dat ik zeker wist
dat mijn pa hem straks niet mist).
Marina van den Boogaart
Rogier Verburght links i en Miquel van de Hiele.
In het Vlissingse reptielen
huis 'Iguana' staan ze soms
plat met hun neus tegen de
ruiten gedrukt: Rogier Ver
burght (8) en Miquel van de
Hiele (9), beiden uit Middel
burg. Vol bewondering voor
die superknots van een graaf-
kikker. Dan weer wat bang als
de grote bijtschildpad en zijn
maat Dirkje venijnig happen
naar de vingers van hun
baas'.
Rogier en Miquel vinden het
fijn om rustig naar dieren te
kijken of te luisteren. „Ik vind
een hond best leuk hoor", zegt
Rogier, „maar ik hoef er geen.
Honden zijn veel wilder dan
bijvoorbeeld schildpadden.
En ze poepen overal of ze
ruiken vies. Dat is wel niet
echt erg maar het telt best
mee".
Miquel is het helemaal met
hem eens. „Ze blaffen zo",
vindt hij, "daar ben ik bang
van. En weet je wat ik hele
maal vies vind? Poezen die
overgeven, dat heb ik weieens
gezien".
Voor deze twee jongens dus
geen hond of kat om mee te
spelen of gezellig te knuffelen.
„Geef mij maar ons konijn",
zegt Rogier, „die maakt enkel
zün eigen hok vuil. Dat kun je
makkelijk opruimen, 's Zo
mers mag hij weieens los in de
tuin. Onze goudvis vind ik
trouwens ook leuk. Een huis
dier is toch niet enkel om te
aaien?,,
Miquel ls helemaal weg van
hun twee Mozambique sijsjes.
„Ze fluiten zo aardig, als je ze
met rust laat tenminste. En
andere mensen hebben er
geen last van, zoals met een
hond".
Ze gaan nog even kijken bij de
dikke afgodslang. En naar Ne
ro en Maxje, twee van de
groene leguanen die op den
duur wel 2,25 meter lang wor
den. Ze lopen ook nog even
naar de varanen.
„Wel een naar idee dat die
andere dieren eten die nog
leven", vinden Rogier en Mi
quel. „Maar ja, anders gaan ze
zelf dood, dus het moet ge
woon,,.
Rogier: „Best zielig, maar als
ik erbij stond zou ikk toch wel
eventjes kijken, denk ik".
In de reptielenzoo leven 52
soorten reptielen, amfibieën
en ïnsekten uit de hele wereld.
Het voeren gebeurt pas als
iedereen weg is. Het duurt wel
even voor je ze allemaal beke
ken hebt "Maar", zeggen Ro
gier en Miquel, "dan zie je ook
goed hoe mooi ze zijn. En je
vergeet dat je ze vroeger ei
genlijk een beetje eng vond".
Verzorging
Ad Bom is samen met zijn
vrouw Ina en Fons Sleypen
eigenaar en beheerder van de
dieren in 'Iguana'. Hij geeft de
raad niet zomaar schildpadjes
of andere 'buitenlandse' bees
ten in huis te nemen.
„Als je niet goed weet hoe je
ze verzorgen moet dan is de
kans groot dat ze binnen een
jaar al dood gaan", waar
schuwt hij.
Vraag dus eerst advies op een
adres waar ze je er veel over
kunnen vertellen. Alleen dan
hebben die bijzondere dierén
een eerlijke overlevingskans.
Arian (12), Maltin (11) en Antoi
nette (10) van de lagere school
Ter Olne in Tholen hebben zo
hun eigen ideeën over het hou
den van dieren. Ze hebben alle
drie huisdieren. Arian woont op
een boerderij. Ze hebben ook
stieren.
Wat gebeurt er met de stieren?
Arian: „Die worden allemaal ge
slacht. Of ik dat erg vind? Nee, ik
geef er eigenlijk niet zo veel om.
Ik zorg ervoor dat ik me niet aan
die dieren hecht".
Martin zegt: „Wij hebben dat
meegemaakt met een roodbont
kalf. M'n zus deed net of hij van
haar was. Ze verzorgde hem en
bracht eten. Een tijd later moest
hij geslacht. Dat vond ze heel
erg".
Stinken 1
- Heb je weieens gezien dat een
dier geslacht werd?
Arian zegt: „Ik heb het van een
varken gezien. Het stonk erg".
„Bij m'n vriendinnetje thuis wer
den kippen geslacht", vertelt An
toinette, „wij hielpen de kippen
vervoeren. We moesten de kip
pen bij de poten pakken en naar
de slachtbank brengen. Daar ge
beurde nog iets geks. Nadat bij
een van de kippen de kop eraf
gesneden was begon de achter
kant te wiebelen Héél raar".
- En als één van Jouw dieren
doodgaat of geslacht wordt?
„Dat is heel erg", zegt Arian
treurig, „mijn pony is vorig jaar
geslacht. Hij was erg ziek. Hij
heeft medicijnen gehad, maar er
was niets meer aan te doen".
„Onze poes jongt zowat vijf keer
per jaar", zegt Arian, „De jonge
Van links naar rechts: Arian, Antoinette en Martin.
poesjes worden gedood voor ze
een uur oud zijn".
- Hoe vind je dat?
Arian: „Voor de moederpoes is
het erg. Ze zoekt haar kinderen
en loopt maar te miauwen Maar
ja, het moet wel. Als we alle
poesjes hadden gehouden liepen
er nu wel honderd by ons rond".
Eten jullie vlees?
„Ja", zegt Antoinette", maar ik
lust niet zoveel. Paardevlees eet
ik niet, omdat ik een paardegek
ben".
„Varkensvlees, kip, fazant en pa
trijs", vertelt Martin, „mijn vader
gaat wel eens jagen".
Jaag jij ook?
Martin: „Nee, dat mag ik niet. Ik
help wel opdrijven".
Antoinette: „Onze poes jaagt op
vogels. Als hy thuis komt met
een dood vogeltje krijgt hij een
tik, omdat ik dat gemeen vind".
„Ik doe dat niet", zegt Martin,
„die poes moet daar toch van
leven!"
„Onzin", vindt Antoinette", een
poes is een huisdier, daar moetje
zelf voor zorgen".
Martin besluit: „Het is de natuur.
Een poes eet een vogel. Een vogel
eet een worm. En ja... wat een
worm eet weet ik niet".