!«w
Een brief naar de burgemeester
Eieren
over de
schutting
W ij
Ér
If Jar i
rt
Burenhulp;
soep en
brandewijn
Hulp
interview
achtergrond
DINSDAG 14 JUNI 1983
Volwassenen zijn soms net klei
ne kinderen. Vooral als je ziet
hoe ze soms als buren met
elkaar omgaan.
'Burenruzie komt dagelijks
voor', zegt de heer Luycks van
de politie uit Terneuzen. ..Het
enige wat wij kunnen doen is de
mensen naar elkaar toe pra
ten."
Volgens de heer Van den Heu
vel van de Vlissingse politie
begint de ellende vaak met kin
derruzie.
..De ouders moeten zich er zc
nodig mee bemoeien. Zo krij
gen ze ruzie. Kinderen vergeten
ruzie vaak snel en gaan weei
lekker met elkaar spelen. Maai
de ouders bekvechten dan nog
lustig door. ..Dat -doet die van
mij niet", hoor je vaak.
On verdraagzaam
..burenruzie komt steeds vaker
voor", zegt wijkagent Van der
Meet uit Goes. Volgens hem
komt het vooral door geluid
soverlast en onverdraagzaam
heid.
..De een zet de radio iets harder
dan de ander. Soms gaat men
een potje schelden. Eieren
vliegen over de schutting ol
door de ramen. In flats wordt
op de centrale verwarming ge
ramd. Dan kan iedereen meege
nieten."
Werkloosheid
De werkloosheid is ook een
belangrijke oorzaak. De men
sen gaan zich vervelen en'letten
meer op elkaar.
Als ze bij ruzie de politie bellen,
komt die praten. Met beide
partijen. Soms hoor je: ..Het
gaat die ander geen moer aan.
ik doe wat ik wil."
Maar zo kun je natuurlijk niet
samenleven. Als de mensen wel
willen praten, gaat het vaak al
een stuk beter.
Op de politieschool leer je bijna
niks over burenruzie en het zit
vaak moeilijker in elkaar dan je
denkt.
De politie kan eigenlijk weinig
doen. Je kunt elkaar makkelijk
pesten zonder een bekeuring te
krijgen. Pas bij belediging ol
mishandeling wordt de rechter
ingeschakeld. Ruzies komen
trouwens in alle soorten wijken
voor.
i
s.'-jj PMÖ
m
M" - 'iiif*
Autovrije straat; ruimte om te spelen.
Het belangrijkste plekje
op de aardbol is de
buurt waarin je woont. De
buurt waarin je opgroeit,
speelt en naar school gaat.
In die buurt woon je niet alleen. Je
woont er samen met vele anderen.
En samen ben je sterk.
Dat ondervonden al heel wat werk
groepen en actie-comitès. Acties
voor meer speelplaatsen, acties
voor veiliger oversteekmogelijkhe-
den of acties tegen te veel lawaai.
Zo kreeg burgemeester C. Ockeloen
van Terneuzen een gele kaart van
de werkgroep 'Veilig Zaamslag'. Hij
kreeg de kaart omdat hij na ver
schillende uitnodigingen nog niet
zelf was komen kijken naar de ge
vaarlijke verkeerssistuatie op de
'dodenkruising'.
Wel succes had de werkgroep 'Veili
ge verbindingen Hulst—Sint-
Jansteen'.
Het doel, een tunnel onder de rijks
weg door, werd bereikt. De werk
groep kon worden opgeheven.
Samenwerking
Er zijn ook groepen die samen het
werk opknappen dat gedaan moet
worden. Samen de speeltuin op
knappen of samen de straat opfleu
ren met bloembakken en boompjes.
Zo werd het speelterrein in de
Scheldebuurt in Vlissingen opge
knapt door scholieren samen met
mensen van de plantsoenendienst.
Ook de wijk vereniging kan een be
langrijke rol spelen. Er zijn wijkver-
enigingen die meer doen dan het
ook heel belangrijke organiseren
van kinderspelen en bingo's. Ze
proberen mee te werken aan het
oplossen van problemen in de wijk.
Problemen rond vernielingen, ru
zies, verkeerszaken of speelplaat
sen.
Uit blik
Ook de politie draagt haar steentje
bij. zo is bijvoorbeeld in Middelburg
een deel van de politie weer 'uit
blik' gehaald. Uit de auto, weer op
de fiets.
„Dat is weer net als vroeger", ver
telt brigadier F. G. R. Meyer uit de
Zeeuwse hoofdstad. „Een agent op
de fiets komt gemakkelijker in con
tact met de mensen. Hij hoort en
ziet op die manier veel meer. Boven
dien heeft iedere wijkagent zijn ei
gen wijk. En dat kan heel nuttig
zijn."
De wijkagent, de wijk vereniging en
de actiegroepen, ze hebben alle
maal een taak. Maar de belangrijk
ste taak heeft iedere buurtbewoner
zelf: Verantwoording voor de eigen
omgeving en rekening houden met
elkaar zou.dat eigen plekje op de
aardbol nog mooier maken.
„Toen ik een paar weken geleden
met m'n moeder door Goes-Noord,
de nieuwbouwwijk, fietste zag ik
daar een heel leuke speelplaats met
een zandbak, een glijbaan en nog
veel meer. Bij ons in de buurt heb je
zoiets niet."
Claudia van der Borgt (8 jaar)
woont in Goes-West. Vroeger woon
den hier veel kinderen. Tegenwoor
dig heel wat minder. De hele buurt
wordt vernieuw, maar het lijkt of de
kinderen vergeten worden.
Claudia besloot actie te gaan voe
ren en schreef een brief naar de
burgemeester waarin ze om een
fijne speelplaats in haar buurt
vroeg.
Waar spelen jullie dan?
„We spelen wel eens op het voetbal
veldje, maar daar ligt veel honde-
poep. Er is ook een klein pleintje
met een oud, roestig duikelrek en
een zandbak vol rommel. Dat dui
kelrek is trouwens erg gevaarlijk,
want er liggen tegels onder. Dus als
je valt...."
In andere Goese wijken zijn bete
re en veiligere speelplaatsen?
„Ja. en omdat ik dat niet eerlijk
vond heb ik een brief naar de burge
meester geschreven."
„M'n moeder heeft me op het idee
gebracht. Toen ik zo mopperde zei
ze voor de grap: „Dan moetje naar
de burgemeester schrijven." Dat
heb ik dus gedaan. M'n moeder
heeft me wel een beetje met de brief
geholpen. Ze heeft de taaifoutjes
eruit gehaald."
Heb je antwoord op je brief
gekregen?
„Al heel snel kreeg ik een briefje
terug. Daar stond in, dat de burge-
kwam je oo het idee?
Chantal en Claudia van der Borgt
meester een meneer van gemeente
werken gevraagd had om te kijken
of er ook in Goes-West een speel
plaats kon komen."
Is die meneer geweest?
„Ja, en daarna kreeg ik weer een
brief. De burgemeester vindt wel.
dat er weinig speelplaatsen zijn in
onze buurt. Maar de gemeente heeft
geen geld om nieuwe speelplaatsen
te maken. Daarom stelde de burge
meester voor om wat ouders bij
elkaar te roepen die willen helpen.
Spullen, zoals houten palen, kun
nen we van de gemeente krijgen.
Meneer De Koning van gemeente
werken wil ons wel ideetjes geven."
Hoe kom je aan ouders die mee
willen helpen?"
„M'n zus Chantal heeft al een briefje
gemaakt waarin we om hulp vra
gen. Dat gaan we in de buurt rond
brengen. De burgemeester schreef
nog. dat hij graag een kijkje komt
nemen als de speelplaats klaar is.
Misschien kan hij hem dan openen.
Door een lint door te knippen of zo."
Ouders en andere vrijwilligers, die
willen helpen met de bouw van een
speélvoorziening in Goes-West kun
nen na 18.00 uur bellen: 01100-
12636.
In de eerste helft van deze eeuw
leefden de mensen in hun dorp
of hun buurt veel meer met
elkaar samen dan tegenwoor
dig.
Als er bijvoorbeeld en bruiloft
gevierd moest worden, zorgden
de buren ervoor dat alle gasten
werden 'aangezegd'. Er werden
dan briefjes met adressen ge
trokken en men ging op pad om
de gasten uit te nodigen.
De nieuwe buurvrouwen van
het paar maakten intussen het
hele huis schoon. Het huis.
waar het feest zou worden ge
houden, werd door de buurt
versierd. Natuurlijk stond daar
wel een uitgebreide traktatie
tegenover.
Als er een kind geboren werd
was vaak een van de buurvrou
wen de baker, die de moeder bij
de bevalling hielp. De andere
kinderen werden een poosje
door andere buren opgevangen.
Na de bevalling kwamen de
vrouwen met een pannetje soep
voor de kraamvrouw.
Soms werden kinderen uit erg
grote gezinnen zelfs door de
buren opgevoed.
Bij de doop van het kind werd
de baby door de buurvrouw
gedragen en na de plechtigheid
vierde de hele straat feest.
Straatfeesten
Oudere mensen denken trou
wens nog vaak met plezier te
rug aan de uitbundige straat
feesten. die eenmaal per jaar
gevierd werden.
De beide echte buren noemde
men 'nood-noabers'. omdat ze
elkaar helpen in nood en dood.
Als er iemand ziek werd ver
zorgde men de zieke en paste
op de kinderen. Ook legde men
wel stroo op de weg om het
geluid van ratelende karren te
verzachten.
Bij grote karweien, zoals het
verbouwen van huizen of het
oogsten, kwamen allen mannen
te hulp: 'beewerk' heette dat.
Het loon bestond uit bier en
brandewijn.
Bij een begrafenis waren het de
buren, die de kist droegen.
Klusjesdienst
Toen de armoede verdween ver
anderde de buurten. Jonge ge
zinnen trokken weg. Er kwa
men 'vreemde mensen' in de
buurt.
Toch bestaat er nog steeds bu
renhulp. Denk maar eens aan
klusjesdiensten en overblijf-
moeders. Ouders van kleuters
brengen om de beurt de kinde
ren naar school.
Oudere mensen worden gehol
pen door vrijwilligers en soms
ontstaan er eetgroepen: één ge
zin kookt en de gasten doen de
afwas.
Maar ook huurdersverenigin
gen en krakersgroepen weten
hoe belangrijk burenhulp kan
zijn!
Uitgeverij Provinciale Zeeuwse
Courant B.V.
Redactie: Marina van den
Boogaart, Anneke van den
Doel, Leen van Duivendijk, Cor
de Jonge, Mieke Lemmens,
Sylvia Scheers, Jan Smeekens,
Ineke Timmerman en Willem
Verstuijf.
Adres. Walstraat 56-60,
4381 EG VLissingen.
Tel. (maandag t/m vrijdag, van
9.00 uur tot 17.00 uur): 01184-
15144.
Advertenties: (per brief) Admi
nistratie PZC, Postbus 18, 4380
AA Vlissingen. Het benodigde
bedrag aan LOSSE postzegels
bijsluiten of afgeven aan de
PZC-kantoren.
Yhs
——li i in ii