De holle ruggen bij elkaar en
ook de lenige leerlingen samen
Boekenbezit
verpulvert
langzaam
Verdrietig lot
'Ze kiekt as
'n uul op 'n
zieke koeie'
SCHOOLARTS WIL GYMLES IN GROEPJES
CTffif
Dure reddingsactie
MIDDELBURG - Het ziet er naar
uit dat een groot deel van onze
boeken over enige tijd onleesbaar
zijn.
De bladzijden verbrokkelen lang
zaam maar zeker. Uiteindelijk blijft
er niets van over.
Het gaat om miljoenen boeken van
de afgelopen 150 jaar. Die boeken
kunnen dan wel aardig oud zijn,
maar met veel oudere boeken is
niets aan de hand. v
Dat heeft verschillende oorzaken.
De belangrijkste is wel de papier
soort.
Eeuwenlang werd papier gemaakt
van oude kleren, lompen. Dat ge
beurde hoofdzakelijk met de hand.
het was een tijdrovend werkje. De
kleren moesten gesorteerd of stof-
soort en gebleekt.
Houtsnippers
Rond 1800 werd de vraag naar pa
pier steeds groter. Er kwamen meer
boeken, kranten en tijdschriften.
De papierfabrikanten gingen op
zoek naar ander papier. Het houtpa
pier werd ontdekt: papier van
houtsnippers. In dat papier zitten
lijm en chemische stoffen voor de
kleur en glans.
Dat houtpapier is veel goedkoper
dan het lompenpapier. Maar nu
blijkt dat het moeilijk te bewaren is.
Het verzuurt door de stoffen die erin
zitten.
Ook de luchtverontreiniging speelt
een rol. Het verslechtert van buiten
af de toestand van het boek.
Verder zijn de inktsoort en vochtig
heid van groot belang.
Bibliotheken
Vooral de mensen in de bibliothe
ken zijn erg bezorgd. „We proberen
op allerlei manieren zoveel mogelijk
boeken te redden, vertelt Albert
Meijer van de Zeeuwse Bibliotheek
in Middelburg. „Maar het is erg
duur en kost veel tijd.
Bovendien is het moeilijk te kiezen
welke boeken je moet redden. Wij
weten immers niet welke boeken
over 100 jaar van belang zijn. en we
hebben hier zeker 50.000 boeken die
behandeld moeten worden".
Behandeling
De behandeling gebeurt nu nog als
volgt: het boek wordt uit elkaar
gehaald. Alle bladzijden worden een
voor een afgestoft en in een bad
gelegd met speciale zeep. Daarna
gaan ze in een bad met schoon
water. In een derde bad worden ze
ontzuurd.
Daarna moet het boek drogen en
wordt het weer ingebonden.
Een heel karwei.
Gas
Overal ter wereld worden proeven
gedaan om een betere en gemakke
lijker manier te vinden.
In Amerika worden proeven gedaan
met gaskamers. De boeken worden
heel gelaten en behandeld met gas.
Maar ook dat geeft problemen. Het
ene gas tast de inkt aan, een ander
de lijm. Een derde maakt het boek
giftig.
Apen die voor dierproeven worden gebruikt hebben een droevig lot. Sommige proeven zijn bovendien
onnodig wreed en moeten worden verboden, staat in een rapport. De klachten worden momenteel
onderzocht. (Zie pagina 4).
ZIERIKZEE - Als het aan school
arts Marijke Wijnen ligt word je
voortaan ook bij gymles in groepjes
geplaatst.
En dan niet zoals bij taal of rekenen
de snelle bij de snellen. En ook de
achterblijvers bij elkaar. Zij denkt
dan meer aan het verschil tussen de
afgezakte schouders en holle rug
gen. En aan stijve kinderen of juist
lenige.
Schoolarts Wijnen werkt in het ge
bied Schouwen-Duiveland, Tholen,
Sint-Philipsland en oostelijk Zuid-
Beveland. Ze wil beslist niet dat een
leuk potje ballen met de hele klas
wordt afgeschaft.
„Maar daarnaast zou het ideaal zijn
als elk kind zijn 'eigen' oefeningen
krijgt", zegt ze.
„Dan moet er natuurlijk wel een
goede sportleerkracht staan. Ie
mand die een verkeerde houding op
tijd ziet aankomen. En er ook eens
een leuke oefening voor verzint.
Want juist als je nog groeit helpt het
echt. Als je maar volhoudt."
Langer
Marijke Wijnen ziet per jaar heel
wat leerlingen. Van kleuters tot en \/nhmnf1
met pubers. Die 'foute' ruggen val- r
len haar op. Dat komt soms ook
door de groei.
moet daar eerst zelf aan wennen.
Dat geldt ook als meisjes borstjes
krijgen. Dan gaan de schouders
vaak ongemerkt naar voren." Je
krijgt dan minder lucht. Het staat
niet zo mooi. En kans op rugklach
ten vanzelf.
Kinderen worden veel langer dan
veertig jaar terug. Dat scheelt onge
veer 10 cm. Nu zijn meisjes van
180/190 lang heel gewoon. En een
jongen kan makkelijk tot 2 meter
gaan.
„Een snelle groei(spurt) en een
slechte houding komen nogal eens
tegelijk", legt ze uit.
„Dan ben je niet meer thuis in je
eigen lijf. Wie ineens groot wordt
„Er wordt alsmaar bezuinigd op
sport", zegt schoolarts Wijnen be
zorgd. „Dat vind ik hardstikke
waardeloos. Daar moet een vakman
staan. Die zwakke punten ziet. En
kinderen ook leert hoe fijn lekker
bewegen kan zijn.
Dan moet je de stijven niet steeds
met een handstand of koprol pes
ten. En de lenigen juist lekker later
rollen.
Zo'n rug oefen je nog weieens weg.
Maar plezier in bewegen blijft le
venslang."
kort kort kort kort kort kort kort kort 0 kort kort kort kort
Olifant - In Burgersdierenpark is onlangs een man van
52 jaar beiousteloos geslagen. Door een olifant. Met zijn
slurf.
Men vermoedt dat de man zich te ver over de
omheining had gebogen en dat zinde de olifant niet.
Het slachtoffer kwam pas in het ziekenhuis bij.
Verboden - Wie in Engeland bij de computerfirma
Tatung uit Taiwan wil werken, moet weten waar hij of
zij aan begint. De directie heejï onlangs haar werkne
mers verboden te lachen onder het werk. En te spelen.
En te roken. En te eten. En te drinken. En eerder weg te
gaan. En van hun plaats te komen.
Geintjes uithalen mag ook niet.
Oorlog - Als er geen kink in de kabel komt, zal de
Nederlandse ambassadeur in Groot-Brittannië vol
gend jaar een bezoek brengen aan de Scilly eilanden.
Hij zal dan officieel een einde maken aan de oorlog die
ons land al 334 jaar met de eilandjes voert.
Het begon allemaal in 1651. Admiraal Maarten Har-
pertszoon Tromp eiste toen van de eilandbewoners dat
ze zich onder zijn gezag zouden plaatsen. Ze weigerden
en dat was nogal gedurfd. Per slot van rekening had
Tromp maar liefst 12 oorlogsschepen bij zich.
Om zijn gezicht te redden bleef hem niets anders over
dan de eilanden de oorlog te verklaren. Geschoten is er
gelukkig nooit.
Zuidbevelands
GOES - Vorige maand verscheen
het boek 'Dialect op Zuid-Beve
land'. Daarin is te lezen hoe men in
die streek van Zeeland spreekt en
hoe dat klinkt.
Er hebben een kleine honderd men
sen aan het boek meegewerkt. Ze
vertelden verhalen, luisterden naar
verhalen van anderen of vroegen
naar bepaalde woorden en manie
ren van zeggen.
„Vooral het opschrijven van dat
alles was erg lastig", zegt Jan van
Gilst. Hij is leraar Nederlands op de
Christelijke Pedagogische Acade
mie in Middelburg en een van de
twee schrijvers van het boek.
„Echt Zeeuws bestaat niet", zegt
hij. „Als ik op bezoek ga bij mijn
ouders, ga ik vanzelf Krabbendieks
praten. En dat klinkt heel anders
dan Zierikzees. Of 'Bossels'. Zo zeg
gen mensen in Goes en omgeving ,,'t
Paerd stae voo de waehen". Terwijl
men in veel andere plaatsen op
Zuid-Beveland hetzelfde op een an
dere manier zegt: ,,'t Përd sti voe de
wihen".
Boerentaaltje
Doordat hij een manier moest vin
den om al die kleine en grote ver
schillen op te schrijven en van lie
verlee steeds meer te weten kwam
over het Zuidbevelands, kreeg hij
nog meer plezier in het werk.
„Sommigen vinden dialect maar
een boerentaaltje. Maar je kunt er
wel dingen mee zeggen die je in
gewoon Nederlands niet duidelijk
kunt maken. En het klinkt nog leuk
ook.
Mijn moeder zei vroeger weieens
„Ze kiekt as 'n uul op 'n zieke
koeie". Ze bedoelde dan dat mijn
vrouw, die uit Middelburg komt,
wat ongelovig zat te kijken, omdat
ze niet snapte wat wij zeiden.
Zulke zinnetjes kun je eigenlijk niet
vertalen, maar je kunt je wel heel
goed voorstellen wat er mee be
doeld wordt.
En ,,'t Is 'n Kladde veuhel, ie weet
altied overal tussen uut tefïegeliee-
re". Dat is toch veel mooier dan „Hij
verzint altijd smoesjes".
Documentatie
Volgens Jan van Gilst zou het hele
maal zo gek nog niet zijn als op
Zuidbevelandse (basis)scholen dit
dialectboek in het documentatie
centrum staat.
Over vijfentwintig jaar zullen veel
dialecten immers verdwenen zijn,
en in zo'n boek kun je nu al lezen
hoe het vroeger geweest is.
Hinkelen bijvoorbeeld, ging zo:
„Om te ienkelen ao me 'n ienkel-
blok. En mie 'n krietj' of 'n spieker
têêkenden me 'n ienkelpark of 'n
ienkelkot op de hrond".
Dialect op Zuid-Beveland. Samengesteld
en gerangschikt door E. J. van den
Broecke-de Man en J. A. van Gilst.
Uitgeverij Van der Peyl, Kruiningen.