DONOREN
...De ene zijn dood is de ander...
De hond wordt bedankt
Computer
sorteert
organen
Verplicht?
Dan naait
hij een stuk
vel ertussen
Zonde dat zoveel wordt weggegooid
Luier
Oor
El KRULLEBAK DINSDAG 11 NOVEMBER 1986
Je lijf is een prachtig 'apparaat' vol
'onderdelen': je organen.
Zoals je hart, lever, nieren. Zolang
die goed hun werk doen, weetje nau
welijks datje ze hebt. Maar er hoeft
maar dat aan te mankeren of je gaat
je beroerd voelen. Wordt ziek of nog
erger.
En er zijn nogal wat mensen die met
dat probleem zitten. Duizenden -
jong en oud - moeten elke dag medi
cijnen gebruiken, streng dieet hou
den, regelmatig naar een ziekenhuis
om niet dood te gaan.
Ze zijn eigenlijk niet ziek, maar door
dat een stukje van hun lijf niet goed
werkt, toch ziek. Erg ziek zelfs. De
medicijnen die ze moeten nemen
hebben vaak nare bijwerkingen.
Doktoren weten intussen hoe ze die
kapotte 'onderdelen' kunnen ver
vangen. Tijdens een operatie kun
nen ze zo'n ziek orgaan (bv een nier)
vervangen door een gezonde. Dat
heet een transplantatie. Voor de pa
tiënt betekent dat: eindelijk weer
normaal leven.
Die gezonde organen groeien niet
aan bomen en zijn dus ook niet te
koop. Er is maar'éen manier om er
aan te komen: van een donor, een
anders mens. Iemand die dood is en
er zelf toch niets meer aan heeft.
Codicil
In Nederland kan dat alleen als die
persoon een codicil had. Dat is een
speciaal rood-wit formuliertje. Dat
kan iemand invullen als hij of zij na
zijn dood (b.v. door een ongeluk) zijn
organen af wil staan om anderen
weer een nieuw leven te geven.
Jonge mensen die een codicil heb
ben, moeten ook de handtekening
van hun ouders daarop laten zetten.
Er is een groot tekort aan donoren.
Dat is eigenlijk niet nodig. Maar he
laas: veel mensen zijn bijgelovig. Ze
denken dat ze een ongeluk of zo zul
len krijgen als ze een codicil invul
len.
Of ze zijn bang dat hun organen eruit
gehaald zullen worden als ze nog
niet echt dood zijn.
Dat is natuurlijk niet zo. Maar die
angst is wel één van de belangrijkste
redenen dat nog steeds duizenden
patiënten hun 'ziekenhuiskoffertje'
tevergeefs onder de kapstok hebben
klaar staan.
Als jij een flinke splinter laat zit
ten gaat het zweren. Je lichaam
wil dat ding niet en laat dat mer
ken ook. Dat doetje lijf met alles
wat 'vreemd' is. En dat is maar
goed ook.
Als je nu door ziekte of een onge
luk nieuw bloed of een ander or
gaan moet krijgen, gebeurt het
zelfde. Je lichaam wil dat ding
niet: stoot het af. En dat is niet
zo best...
Nu zijn alle mensen van binnen
verschillend. Maar toch zijn er
een hoop die wel veel op elkaar
lijken.
Als die mensen iets van elkaar
krijgen, gaat het minder vaak
mis. Is de kans dat een operatie
lukt zelfs erg groot.
Bij bloed heet de soort: bloed
groep. O komt veel voor, maar is
bv ook A, B en AB.
Als het gaat om organen is het
wat ingewikkelder. Er zijn veel
meer soorten. De kans dat het
mis gaat is dan ook veel groter.
Organenbank
Om te zorgen dat een transplan
tatie zo goed mogelijk verloopt,
staat in Leiden de 'organen-
bank' van Eurotransplant. Met
een grote computer. Daarin zit
ten alle gegevens van de duizen
den patiënten uit Nederland,
W.-Duitsland en Oostenrijk die
bv op een lever of hoornvlies
(oog) wachten.
Zodra er iets beschikbaar komt,
bijv. doordat iemand met een
codicil een dodelijk ongeluk
heeft gehad, zoekt die computer
heel snel op voor wie dat orgaan
het meest geschikt is.
Die persoon wordt dan onmid
dellijk opgeroepen en naar het
ziekenhuis gebracht en geope
reerd. Met b.v. de nier die nèt
keurig in ijs gekoeld per vlieg
tuig is bezorgd.
Als je wil datje naje dood ande
ren geholpen worden met jouw
organen, dan moet je in Neder
land een codicil invullen. Dat is
een soort minitestament. Je
kunt zelf bepalen wat er dan
met je lijf gebeurt.
In België is het sinds kort pre
cies andersom.
Ook daar is een enorm tekort
aan donoren. Om dat probleem
op te lossen, heeft de regering
deze zomer een wet aangeno
men. Daarin staat dat iedereen
na zijn dood automatisch donor
is.
Wie toch 'geheel compleet' be
graven wil worden kan dat dui
delijk maken door een papier
waar dat op staat altijd bij zich
te dragen.
Ook houdt een centrale compu
ter de namen bij van mensen die
hun organen willen geven. Zo
kunnen ziekenhuizen snel en ze
ker weten wie donor wil zijn en
wie niet.
Want, een ongeluk zit in een
klein hoekje...
Kees Blom uit Burgh-Haamstede brommerde ruim 24.000 km heen en weer naar 'zijn' kunstnier in Goes.
Kees Blom (18) uit Burgh-Haamste
de heeft een donor-nier. Van een on
bekende, die zo'n codicil bij zich
droeg. Op 23 januari, om precies te
zijn.
„Veel mensen denken datje daarna
ineens volkomen gezond bent", zegt
Kees, „maar zo simpel is het niet. Je
lichaam probeert van alles om dat
vreemde ding kwijt te raken. Dat be
tekent pijn, koorts, je naar voelen.
En vol spanning afwachten. Dat
blijft. De medicijnen tegen het afsto
ten zijn óók levenslang.
Ik ken iemand die nu al zijn zevende
nier kreeg ingeplant. Dat kan mij
vanzelf ook gebeuren.
Je moet trouwens maar afwachten
wanneer ze weer een geschikte nier
voor je hebben. Dat kan 2 tot 5 jaar
duren. Maar zolang mijn nier goed
'loopt' is het een hele verbetering. Ik
zie wel".
Kees praat er laconiek over. Zijn nie
ren werden beschadigd toen hij nog
een baby was.
Sindsdien lag hij tien keer op de ope
ratietafel. Steeds meer nare en zwa
re medicijnen. Plus een streng dieet.
En uiteindelijk ook nog aan .de
kunstnier.
Smokkelen
Ze laten je bloed dan verplicht een
omweg maken. Door een goed bevei
ligd apparaat met speciale filters.
Net zolang tot de afvalstoffen eruit
zijn.
Bij Kees duurde dat 'spoelen' op den
duur vijf uur. Hij moest er twee keer
in de week voor naar het ziekenhuis
in Goes. Meteen na de laatste Les op
de LTS in Zierikzee erheen. En 's
avonds weer op het brommertje
naar Burgh-Haamstede.
Smokkelen kan niet, dan ga je dood.
Kees Blom: „In al je plannen moet
altijd weer die kunstnier passen. Je
zit ontzettend vast. Op den duur zat
ik daar in Gpes echt op een nieuwe
nier te hopen.
Van mij mag iedereen dan ook best
automatisch donorworden. Behalve
als iemand belangrijke bezwaren
heeft vanzelf. Na je dood zijn er im
mers wel 48 verschillende dingen
van je te gebruiken.
Ik vind het zonde als dat zomaar
wordt weggegooid".
Wat zijn doktoren toch knap tegen
woordig!
Heb je een slechte heup? Hup, een
nieuwe erin. Heb je een slecht hart?
Ook dan kan er soms een nieuw hart
ingezet worden.
Maar hoe zit dat nu met onze hond.
Wat gebeurt er met een hond met
een hartkwaal? Niets. Hij krijgt een
prikje om 'in te slapen'.
Wist je dat harttransplantaties eerst
bij dieren zijn uitgeprobeerd? En als
dat dan goed lukte deden ze het bij
mensen. Het is zelfs zo dat dieren
eerst onze pillen kregen voor wij ze
ging slikken.
Door de dieren zijn doktoren dus zo
knap geworden. Je zou dus zeggen
dat ze zieke dieren beter beter kun
nen maken. Want met dieren heb
ben ze de meeste ervaring.
Geld
Toch krijgt een hond met een hart
kwaal geen nieuw hart. Erg jammer
voor de 6 miljoen honden van Neder
land. Ze kunnen het wel maar doen
het niet.
Hoe komt dat?
Het antwoord is: geld.
Een eenvoudige transplantatie kost
al 50.000.-. Je kunt veel van je hond
houden. Maar dit is wel een beetje
veel van het goede.
Stel dat je het wel kan betalen. Moe
ten ze dan een gezonde hond uit het
asiel afmaken. Hart eruit halen. En
dat hart in jouw zieke hond plaat
sen.
Of kan jouw hond maar beter 'insla
pen'. En die asielhond mee naar huis
nemen.
Honds moeilijk.
Hij was twee jaar toen het onge
luk gebeurde. Bij z'n oma in
Duitsland. Hij viel over de rand
van het bad. Het water was 70
graden. Hij lag er misschien 1
minuut in. Die minuut heeft z'n
leven veranderd.
Nu, negen jaar later, zijn de ge
volgen nog duidelijk zichbaar.
Pepijn Stutterheim (11) uit Me-
liskerke werd het slachtoffer
van ernstige brandwonden.
Het begin weet hij niet meer. Hij
was nog maar twee.
Z'n vader weet het nog precies:
„Z'n moeder viste hem uit het
hete bad en zette hem onder de
koude douche", vertelt pa Stut
terheim, zelf arts.
„Daarna naar het ziekenhuis.
Toen met een helicopter naar
een brandwondencentrum. Ook
in Duitsland. Pepijn verkeerde
in levensgevaar. Hij was net een
rauwe biefstuk. Vreselijk. Be
wusteloos van de pijn.
Toen weer met een helicopter
naar Nederland. Naar het
brandwondencentrum van Be
verwijk. Ik zou donor zijn voor
huidtransplantaties. Maar het
was te laat. De huid van Pepijn
was te ernstig verbrand.
Om een lang en vreselijk ver
haal kort te houden. Pepijn
moest zelf genezen. Met veel
pijn en moeite.
Pepijn: „M'n gezicht is gelukkig
niet verbrand geweest. Toen het
gebeurde had ik een luier aan.
Onder die luier is ook niets ver
brand. De rest van m'n lichaam
zit vol met littekens. M'n vel is
onregelmatig en strak. Daar
door kan ik soms niet goed be
wegen.
Dokter Vaandrager uit Vlissin-
gen heeft me een paar keer ge
opereerd. Hij snijdt dan bijvoor
beeld in m'n pols. Die wond
trekt hij open.
Uit m'n lies haalt hij een goed
stuk huid. Dat naait hij ertus
sen. Zo komt er wat ruimte in
m'n vel.
Daarna moet ik dan zeker een
maand in het verband liggen.
Verder doe ik elke dag oefenin
gen om m'n vel te rekken. Ik
speel gitaar voor m'n vingers.
Anders kunnen ze krom trekken
als een klauw. Zwemmen is ook
goed voor me".
Zwembroek
Hoe ziet je toekomst eruit
„Ik ben nu nog klein", vertelt
Pepijn. „Als ik straks flink ga
groeien krijg ik nog wel proble
men. Er zullen nog wel wat ope
raties komen. Als ik uitgegroeid
ben kunnen ze m'n huid nog wat
opknappen.
Ik schaam me nergens voor. De
kinderen van school vinden het
niet meer eng. Ik lig lekker in
m'n zwembroek op het strand".
Vader Stutterheim moet nog
iets kwijt. „Bij verbrandingen
steeds denken aan deze regel.
Eerst koelen met water. De rest
komt later".
gedicht
't Was eigenlijk mijn eigen schuld.
Ik tartte Hector zijn geduld.
Zei: 'Brave hond zeg en wat zóekt-ie7'
Steeds: „Spring dan Hector, hier is 't koekiel"
tot... HAP!
mis koek! Zó in mijn oor.
Een ongelukje, dat komt voor.
Maar voor ik tijd had om te kniezen
had-ie 't ding al achter zijn kiezen...
Paniek en ook: 't was geen gezicht.
Dus naar het ziekenhuis als de weerlicht.
Die knappe artsen daar, kun je wel raaien
besloten meteen me een oor aan te naaier
En onderwijl een van hen mij alvast waste
zochten de anderen een oortje dat paste.
Dezelfde kleur, dezelfde maat
Je staat versteld hoe snel dat gaat...
Want binnen 5 uur na de HAP
had ik alweer aan twee kanten zo'n flap.
Ik zou alleen graag wel eens willen weten
aan wie dat oor vroeger heeft gezeten.
Want sinds die tijd, geloof het of niet,
versta ik Spaans, Russisch en zelfs mijn parkiet1
Marina van den Boogaari