PZC
Zeeland
zet milieu
bovenaan
de lijst
Je kent er weer 5.000 woorden bij
Bezuinigingen in arme wereld
treffen vooral de kinderen
Verkeer
eist weer
49 levens
zo los te knippen, of uit de krant te halen
If UUIIWI
fjL 9E JAARGAI
JAARGANG - NUMMER 1 - DINSDAG 10 JANUARI 1989
MIDDELBURG Voor de ontwik
keling van Zeeland moet het milieu
voorop staan.
Dit staat zwart op wit in de nota
'Strategische Verkenningen' van
het dagelijks bestuur van de provin
cie Zeeland.
„Het is voor het eerst, dat het belang
van het Zeeuwse milieu zo duidelijk
is geformuleerd", zegt de heer Ben
schop. Hij is de milieuvoorlichter
van onze provincie.
„Als we recreatie in Zeeland willen
en dat willen we - dan moet het mi
lieu goed zijn", vervolgt hij. „En
daarom worden we steeds strenger
als er vergunningen afgegeven moe
ten worden".
Zeehonden
Hoe staat het er eigenlijk voor met
het Zeeuwse milieu? Wat gebeurde
er in 1988 en wat staat ons in 1989 te
wachten?
Jan de Vries van de Zeeuwse Milieu
Federatie: „Eerst maar wat posi
tiefs. Het water in de Oosterschelde
is nu gelukkig van zo'n kwaliteit dat
er in 1989 zeehonden uitgezet zullen
worden. Misschien komen er dan
weer net zoveel in de Oosterschelde
als vroeger.
„Ook zijn er nu concrete plannen om
de vervuilde bodem van de havens
van Bruinisse, Zierikzee, Yerseke en
Colijnsplaat te zuiveren".
„Prima is ook dat zoveel gemeenten
in Zeeland actief zijn geworden met
het inzamelen van 'klein chemisch
afval'!".
Daar wordt onder meer mee be
doeld: lege batterijen, verfrestanten
en afgewerkte olie.".
Molens
'In Zeeland waait het altijd', wordt
vaak gezegd. Hoe zit het dan met de
windenergie?
Jan de Vries: „In 1988 is de vereni
ging 'Zeeuwind' met drie molens ge
start in Bath. En in het Sloegebied
heeft de Stichting Bevordering
Windenergie 13 molens geopend".
Maar Zeeland kent nog genoeg pro
blemen op milieugebied. Het groot
ste is de zeer vuile Westerschelde.
Daarin is de laatste jaren niets ver
beterd.
„In de Rijn is de situatie nog beter
dan in de Westerschelde! Dat zegt
toch wat!", betoogt De Vries.
MIDDELBURG - „Ieder Nederlands kind
heeftin 1988 ongeveer vijfduizend woorden bij
geleerd. Dat is zo veel dat zestienjarigen te
genwoordig gemiddeld tachtigduizend woor
den kennen.
Toch beweerden veel volwassenen vorig jaar
dat het met de taalvaardigheid van kinderen
slecht gesteld is. Dat ze te veel woorden fout
spellen en slechte zinnen schrijven.
Die kritiek is oneerlijk, want de meeste kinde
ren hebben veel meer belangstelling voor taal
dan hun ouders vroeger hadden".
Als Lo van Driel naar 1988 terug kijkt, doet hij
dat ook als leraar Nederlands. Hij schrijft voor
de PZC leerzame stukjes over taal en kwam
vorig jaar in het nieuws, omdat het boek over
taal waaraan hij jarenlang gewerkt had, klaar
kwam.
Telefoon
„Ik merk op school heus wel dat kinderen heel
veel moeite moeten doen om foutloos een
brief te schrijven", zegt hij.
„Maar dat komt natuurlijk ook, omdat ze in
hun vrije tijd nooit brieven hoeven te schrij
ven. Ze pakken net als hun ouders gewoon de
telefoon. Gemakkelijker en vooral sneller.
Maar ze begrijpen wel degelijk dat een sollici
tatiebrief zonder fouten je eerder aan werk
helpt dan een die niet te lezen is".
Of volwassenen allemaal foutloos schrijven,
kan Lo van Driel niet zeggen. Wel weet hij ze
ker dan kinderen op school veel meer moeten
leren dan vijfentwintig jaar geleden.
Meer leren
„En ze weten ook meer. Toen ik een jaar of
twaalf was, stonden er misschien vijftien boe
ken in mijn kastje. Die had ik dan wel twintig
keer gelezen, maar dat is niets vergeleken bij
wat kinderen nu lezen.
Ze kunnen daardoor overal spontaan over
meepraten. En in een kleurrijk taalgebruik
waar ik graag naar luister".
VtoEp B1 Vttou.ER APAER©i,SJ
MIDDELBURG/DEN HAAG - Per
dag sterven er 40.000 kinderen aan
ondervoeding. Dit is al jaren zo en
het klopt nog steeds. Als we niets
doen gaat dit sterftecijfer zelfs om
hoog.
Arme landen hebben namelijk veel
geld geleend van het rijke westen.
Bij elkaar wel dertienhonderdmil
jard dollar.
Dat geld moet nu terug. Ze moeten
dus enorm bezuinigen. Dit treft
vooral de kinderen.
Die landen kochten ook vaak te lu
xe dingen voor dat geld. Zoals een
supergroot ziekenhuis in plaats van
een boel kleine kliniekjes op het
platteland.
Dit staat in 'Het lot van de kinderen
in de wereld van 1989'. Dat is het
jaarverslag van Unicef: het kinder
noodfonds van de Verenigde Naties
(VN).
Peter Joosse en Ad Phernambuque
hebben er dagelijks mee te maken.
Ze zijn voorlichters van het COS.
COS is het Zeeuwse 'steunpunt'
voor de belangen van de Derde We
reld.
„Het gaat niet alleen om geld", zeg
gen de twee. „Het is veel belangrij
ker dat je weet hoe zoiets ontstaat.
Dan snap je dat onze rijkdom iets te
maken heeft met hun armoede.
De Zeeuwse scholen haken hier
vaak en goed op in. Zo ervaren kin
deren dat het eerlijker kan. Dat
moet dan wel via de politiek. Want
echt delen gebeurt op wereldni
veau".
Zieke babies
Ze vertellen over de schuld die nu
zoveel levens kost. Het enorme be
drag van 1300 met nog 9 nullen. Het
werd vooral besteed aan wegen,
vliegvelden, stuwdammen. Daar is
nu geen cent terug te halen. De
landbouw kan dit evenmin opbren
gen.
Dus bezuinigen ze op schooltjes, ge
neesmiddelen,d rinkwater, brood
bonnen.
Zieke moeders krijgen zieke babies.
Stervende moeders laten miljoenen
zwerfkinderen achter.
Nog voor 1990 komt de VN met een
uitgebreide verklaring over de rech
ten van het kind. Recht op bescher
ming, verzorging, een goede toe
komst. Dat wordt nu opnieuw on
derstreept.
Peter en Ad: „Landen zullen elkaar
wel moeten helpen. Eerlijk delen
dus van kennis, spullen, geld. Daar
kun je met een kind niet vroeg ge
noeg over beginnen.
De toekomst van de wereld ligt in
handen van de kinderen. Dan moe
ten de kinderen dus wel een toe
komst hebben".
MIDDELBURG „Een ramp en
niets minder dan dat". Zo noemt
Henk Rhebergen van het Regionaal
Orgaan Verkeersveiligheid Zeeland
het trieste getal van 49 verkeersdo
den in onze provincie. Zoveel men
sen kwamen er het afgelopen jaar
om in het Zeeuwse verkeer.
Rhebergen: „Een paar meer zelfs,
dan het jaar daarvoor. Tel bij dit
aantal dan ook nog eens de vele tien
tallen gewonden al dan niet met blij
vend letsel.
Mensen, die door een ongeval hun
baan verliezen. Scholieren, die door
maandenlange verpleging hun
schooljaar over moeten doen.
Bovendien raken door een ongeval
vele duizenden mensen betrokken
bij het leed. Ouders, familieleden,
vrienden. Per jaar zo'n 1600 huis
houdens.
Alles bij elkaar is er dan echt sprake
van een ramp. Te vergelijken met
een vliegramp".
Lijdensweg
Voor veel verkeersslachtoffers be
gint na het ongeval een lange lij
densweg. Veelal wekenlange verple
ging. Vaak gevolgd door een lange
strijd met verzekeringsmaatschap
pijen, die niet of onvoldoende uitbe
talen.
„Verkeersslachtoffers krijgen dan
vaak het gevoel, dat ze zelf hun pro
blemen maar moeten oplossen. Ze
weten niet waar ze moeten aanklop
pen om hulp", zegt Henk Rheber
gen".
„Daarom willen we dit jaar een Bu
reau Slachtofferhulp oprichten. Sa
men met de huidige hulpverleners
(politie, maatschappelijk werk) wil
len we de hulp bundelen en beter be
reikbaar maken voor de slachtof
fers.
Op die manier hopen we te voorko
men, dat ze voor de tweede keer
slachtoffer worden. Slachtoffer van
hun eigen gebrek aan kennis en on
wetendheid".
Op die manier hoopt het bureau het
leed enigszins te verzachten. Maar
niet voorkomen.
Rhebergen: „Dat is een taak voor al
le verkeersdeelnemers. Groot en
klein".