Uraagenrfanbod De rustige plaats WEEKBLAD VOOR WALCHEREN 36e JAARGANG DRUKKERIJ H. WEGELING VLISSINGEN VRIJDAG 3 OCTOBER 1930 DRUKKERIJ DE LANGE JAN MIDDELB. ADVERTENTIEPRIJS 20 CENT RER REGEL INGEZ. MEDEDEEL. 40 CENT CONTRACTEN SPEC. TARIEF ABONNEMENTSPRIJS 40 CENT PER 3 MAANDEN FRANCO PER POST 45 CENT LOSSE NUMMERS 5 CENT No. 38 DRUKKERIJ H. WEGELING VLISSINGEN DRUKKERIJ DE LANGE JAN MIDDELB. Uitgave H. Wegeling, Noordstr. 44, Telef. 130, Vlissingen. BijkantoorDrukk. De Lange Jan, Noordstr. C 34, Middelburg Ook op het gebied van Kantoor- en Schrijf behoeften zijn wij goed en goedkoop Wij zorgen voor nette uitvoering van uw Drukwerk en zijn toch het laagst in prijs In een blad van een onzer grootere plaat sen wordt geklaagd over de opgeschoten jon gens en hun optreden tegenover enkele ne gers. Er Was een circus in die plaats en Jde negers, Welke zich op straat vertoonden, wer den door hen Lastig gevallen, zóó dat deze in grren moede met steenen zijn gaan gooien. De klager geeft den negers gelijk en zegt o.a. dit: „En wanneer deze zoogenaamde onbe schaafde kleurlingen hun blanke kwelgeesten een flink pak slaag hadden gegeven, dan zou den deze onverlaten niet meer dan hun ver diende loon hebben gehad". Alweer voor de zooveeïste maal de bekende klacht over onge manierdheid en ruwheid en onbeschaafdheid van ons jongere volk. Over onverstandige, on nadenkende menschen, die meenen, dat een mensch met een ander wel minderwaardig ge noeg is om te Worden geplaagd en gesard. Wan neer zal men toch ,ems anders worden? Wat moeten vreemdelingen wel van ons land den ken, als Zij zulke ervaringen opdoen? Met man en macht moet daartegen worden opgetreden. Ieder die kan, moet daaraan medehelpen. Ou ders en onderwijzers moeten maar niet moede Worden het telkens en telkens weer te zeggen, want dit kwaad moet met wortel en tak wor den uitgeroeid. Ook in België hebben jonge lui zich onbehoorlijk aangesteld. Een dertigtal scholieren staakten er, omdat een onderwijzer, buiten hun advies om, Tiaar een andere klas Werd verplaatst. Dat kwam natuurlijk niet te pas, de volwassen, arbeider verlangt medezeg gingschap in 't bedrijf, waarin hij wer,kt, waar om zou de leerling dit dan niet mogen caschen op de school, waar hij onderwijs ontvangt? Een goede verstandige en practische opvoeding kan al heel veel doen. Men make er werk van. De jeugd moet worden geleid. Het verantwoorde lijkheidsbesef moet worden aangekweekt. In het „Tehuis voor Onbehuisden" stond onlangs het volgende te lezen: De onderwijzeres was bij Jantje's moeder op bezoek, -toen deze le vendige spruit door de kamer heenstoof en. de deur, die akelig piepte, maar half dicht trok. „Jan! Jan!" riep zijn moeder, doe de deur toch) armer je terug. Dat 'piepen is niet om aan te hooren!" Jantje hoorde blijkbaar niets en moe der deed maar zelf de deur toe. Een oogenblik later kwam hij opnieuw binnen en weer zwaai de de deur Langzaam op haar hengsels, zoodat er een hernieuwd piepaoncert ontstond. Dit keer kreeg Jan een flink standje, waar de visite bij was, een visite, op welke hij natuur lijk graag een goeden indruk zou hebben ge maakt en die hij bij zijn eerste binnenkomen heelemaal niet had zien zitten.. Toen de jon gen was afgedropen, zei zijn moeder: „Het is eigenlijk mijn eigen gehuld. Ik had allang een «druppeltje olie tussohen die scharnieren Jnoeten doen, maar je komt er gewoon niet toe". Tegenover de bezoekster Wilde £ij wél de schuld op zich nemen, maar in geen geval tegenover Jantje. Vele volwassenen zetten er alles op, om in het oog hunner kinderen steeds gelijk te hebben. De jeugd is daar geen dupe van, maar /tïoet alsof. Een andere onderwij zeres vertelde onlangs, dat ze steeds in angst en vreeze leefde, dat Tie kinderen haar vergissin gen zouden bemerken. Het is onverstandig van volwassenen om zich tegenover de kinderen in een wolk van onfeilbaarheid te hullen. Wan neer een kind door de puberteitsjaren heen dezen indruk ontrent zijn ouders werkelijk zou behouden, dan zou het, eenmaal tot man ge worden en tot rijper inzicht gekomen, moeite hebben om, hoe dan ook, nog in zichzelf te gelooven. Het is dan ook veel beter, gewoon met kinderen om te springen eu ze te zeggen, dat men wel denkt het bij het rechte eind te hebben, maar dat het best mogelijk is, dat feien zich vergist. Door zoo te doen, zal mem kinderen leeren, zelf verantwoordelijkheden op zich te nemen of erin te deelen. Bern jongetje kwam steeds bij zijn moeder aanzetten met al lerlei kinderproblemen. Meestal ging het er om, dat hij zóó zijn moeder er toe wou brem gen, dingen goed te vinden, die hij wel zou willen doen, maar die hij toch eigenlijk niet goed aandurfde. Natuurlijk doorzag zij hem wel. Bereidwillig antwoordde zij steeds o_p al zijn vragen, maar het doen Van de juiste keuze liet zij toch maar aan hemzelf over. Hij koos en als het eens mis ging, dan was het slechte resultaat al straf genoeg. Nu is het zekier voor een volwassene een hard gelag, de jeugd fouten te zien maken, die met geringe moeite hadden kunnen worden vermeden. Evenwel: de school der vergissingen is de beste leerschool en als wij de verantwoordelijkheid op ons gaan ne men, die onze knapen en meisjes zelf moeten dragen, maken Wij ze op den duur tot zwakke lingen, in plaats Van lot flinke karaklers, die met het noodige weerstandsvermogen zijn toe gerust. Wij moeten onze kinderen zooveel mogelijk den juisten weg wijzen, doch het inslaan van dien weg moet van henzelf uitgaanj want mo- reele groei kan slechts tot stand komen door eigen keuze, Juist en dan zou het ons verwonderen, als men dan nog streken uit haalde, als in vkere plaats waar men negers molesteert of in Berlijn, waar men schoolsta kingen organiseert. Opvoeden menschen, op voeden! Met takt en verstand. V!LISSINGEN. Door den heer F. van Span ning in de vacature J. A. "Berger als lid van den gemeenteraad, is deze benoeming aange komen. De heer L. Onderdijk, Lid der Prov. Staten stelde aan Ged. Staten de volgende vraag Volgens de dagbladen hebben Ged. Staten be zwaar gemaakt tegen het zitting nemen van den heer P. J. H. Willemse, machinist bij den Prov. Stoombootdienst op de Westerschelde, als lid van den raad te Vlissingen. Zijn Ged. Staten bereid mede te déelen welke *deze be zwaren zijn? In de groote zaal van het Concertgebouw gaf de C. K. W. O. een declamatie-avond, en waarin de heer Van EU sack er declameerde. Het program Werd twee avonden gegeven. Het Duitsche stoomschip „Leander", dat bij de Nolle aan den grond heeft gezeten, Werd in het droogdok opgenomen. Donderdag zette de Prov. boot nog 610 passagiers over en 12 auto's. In het geheel kwamen van Donderdag 26 Juni—Donderdag 25 September op 14 „marktdagen 26390 passa giers mede en werden 475 auto's overgezet. In de kleine zaal van het Concertgebouw had een openbare vergadering plaats met het doel te geraken tot het oprichten van een arbeiderssportbond alhier. Als spreker was overgekomen de heer S. Broekman, secretaris N. A. S. B. Het doel werd bereikt en pis voorloopig bestuur werd gekozen: J. Lameijn, 'voorzitter, J. A. van Meenen, secretaris, G. Kooger, T. Plompen, L. J. Pieterse, L. Hofman leden, de heer F. van Spanning, gedelegeerde, plaatselijke raad uit S. D. A. P. en V. B. B. Wegens schaarschte werd een 45-tal werk lieden der Kon. Mij. „de Schelde" voorloopig gedurende een maand ontslag aangezegd. Er is echter hoop, dat er binnenkort meer werk komt. Ds. B. van den Berg, Chr. Geref. predi kant te Maassluis, heeft in verband met zijn gezondheid, eervol emeritaat aangevraagd. Ds. v. ~d. B. werd in 1911 alhier in zijn ambt be vestigd. De opening der nieuwe haven zal in de eerste helft van het volgend jaar plaats hebben. In het thans gesloten badseizoen werden 54896 zeebaden genomen. Uitgaande van de vereeniging „Het Groe ne Kruis", zal gedurende de a.s. Wintermaan den een Moedercursus worden gehouden, te ge ven door zuster E. A. Switters. Aan den cursus kan worden deelgenomen door vrouwen boven 18 jaar. Mej. Swerus is benoemd tot onderwijzeres aan school I te Breskens. Mej. A. H. van Dommelen is benoemd tot onderwijzeres aan de Herv. school te Ter Neuzen. Op de militaire schietbanen te Oost- en West-Souburg werden op 6 en 13 September provinciale schietwedstrijden gehouden van de Vrijwillige Burgerwachten in Zeeland. De uitslagen zijn als volgt: Klassé Veteranen: 1. Burgerwacht Vrouwe polder*) 254 punten 130 seconden; 2. Burger wacht Ter Neuzen 253 p. 139 sec.; 3. Burger wacht Wemeldinge 247 p. 142 s'ec. Beker kapitein Van Aalst en medaille geschonken door den Commissaris der Koning- gin in Zeeland. Klasse A. 1. Burgerwacht Nisse*) 251 p. 1371/2 sec.; 2. Burgerwacht Kruiningen 250 p. 1411/2 sec. Bondsbeker en medaille, geschonken door den burgemeester van Vlissingen. Klasse B. 1. Burgerwacht Ierseke 250 p. 173 sec,; 2. Burgerwacht Vlissingen 235 p. 171 sec.; 3. Burgerwacht Vrouwepolder 234 p. 159 sec.; 4. Burgerwacht 's-Heerenhoek 232 p. 168 s. Klasse C. 1. Burgerwacht Vrouwepolder 237 p. 191i/2 sec.; 2. Burgerwacht Middelburg 233 p. 2J5 sec.; 3. Burgerwacht Ierseke 222 p. 199 sec.; 4. Burgerwacht 's-Heerenhoek 219 p. 184 s. Vliegende vendels. 1. Burgerwacht Vrouwe polder*) 259 p. 1591/2 sea; 2. Burgerwacht;"Vlis singen 255 p. 166 sec. Medaille, geschonken door den heer H. Bek te Middelburg. Kringen (C. XI.) 1. Kring „Walcheren" 251 p. 128 sea Hoogste korpsschuttersKlasse Veteranen G. Duindam, Kruiningen, 57 p. 26 sea; Klasse jfv. M. Bos te Nisse 55 p. 26 sec.; Klasse B. J. Suurmond, Souburg 58 p. 26 sea; Klasse C. P. Paree, 's-Heerenhoek 55 p. 32 sec. Uitslag vaste-baan Wedstrijd, 200 M. (max. 90 punten). 1. P. M. Oostdijk Ter Neuzen 82 p.; 2. C. J. Bos Nisse 81 p.; 3. C. van den Broek© Vlis singen, 77 p.; 4. Jac Duvekot, Vrouw'epolder 75 p.; 5. L. Schoe, Vrouwepolder 75 p.; 6. J. de Haas, Ter Neuzen 75 p.; 7. J. van Goor, Ter Neuzen 75 p.; 8. J. Rouw, Goes 75 p.; 9. A. Jansen, Goes 75 p.; 10., S. de Roo, Vrouwe polder 74 p.; 11. P. Kloosterman, Nisse 74 p.; 12. H. van Koeveringe, Waarde 74 p.; 13. A. A. M. Goote, Vlissingen 73 p.; 14. S. Daane, Ierseke 73 p.; 15. M. Kleinepier, Biggekerke 73 p. Uitslag Gelijksbaan, cylinder 12 M. max. 500 punten. 1. K. Everse, Ierseke 492 p.; 2. H. Polder man, Vrouwepolder 482 p.; 3. J. Rouw, Goes 472 p.; 4. A. Krijger, Oudelande 469 p.; 5. C. van Gorp, Wemeldinge 459 p.6. E. M. van Eenemiaam, Souburg 458 p.; 7. J. Wielema^er, Wemeldinge 456 p.; 8. M. van der Beke Callen- fels, Vlissingen 455 p.; 9. C. J. Bos, Nisse 454 p.; 10. J. Fregeres, Vlissingen 450 p. Uitslag Personeele baan-weds rijd. Categorie Veteranen A.: 1. G. Duindam, Krui ningen 57 p. 26 sec.; 2. J. M. van Riet Goes 55 p. 25 sec.; 3. M. Bos, Nisse 55 p. 26 sea; 4, J. Iiannewijk, Wemeldinge 55 p. 27 sec.; 5. C. de Zeeuw, Wemeldinge 55 p. 30 sea; 6. J. Vader, Vlissingen 53 p. 26 sec.; 7. F. Kerck- hove, Vrouwepolder 53 p. 28 sec.; 8. C. J. B.os, Nisse 53 p. 28 sec:.; 9. J. van Goor, Ter Neuzen 53 p. 28 sec.; 10. J. Fraanje, Kruinin gen 53 p. 29 sec.; 11. P. Kloosterman, Nisse 53 p. 29 sec.; 12. H, C. Jansen, Kruiningen 53 p. 30 sec. Categorie B. C.1. J. Suurmond, Sou- burg 58 p. 26 sec.; 2. J. C. Oostdijk, Ter Neu- 15. Paul wreef zich in zijn handen en glim lachte lief. „Ja Anna, ik. Ik ben gekomen". „Waarom?" „Ik ben gekomen", vervolgde Paul, „mis schien konden we samen naar het elzenbosch- je gaan?" Anna antwoordde niet dadelijk en keek over Paul heen naar de zonnestraal, die door het kleine venster viel, toen trok zij haar wenk brauwen hoog op en zeide: „Neen, met jou ga ik niet; Loulou zegt dat je jokt, Loulou zegt, je zal niet heengaan, waar zij vechten, hij zegt, dat h et te ver is en dat je te laf bent", Paul werd bleek en zijn kinderlijk gezicht kreeg een verouderde uitdrukking. „Jullie zult zien, of ik het niet doe", zei hij verdrietig, draaide zich om en ging den stal uit. 1 „Langzaam met gebogen hoofd liep hij de dorpsstraat af en in hem klonk het steeds weer: „Nu moet ik het doen, nu zal ik het doen, het is vreeselijk, maar ik zal het doen. Hij voelde, hoe het zonderlinge plan zich in zijn jongenshersens vastwortelde. Het kwam hem voor, alsof een vreemde wil hem be- heerschte, dien hij gehoorzamen moest. Hoe het gaan zou Wist hij niet, maar hij zou het doen en voor de eerste maal ondervond hij, dat zijn lot in zijn eigen handen gelegd was. In huls was Paul stil en nadenkend. Hij was nu graag in de huiskamer, bij de groote menschen, bij de meubels, die weer goede vrienden met hem geworden waren. Hij zal aan tafel en teekende soldaten op papier, hoorde wat tante Dina en moeder zeiden, en hetwas net, alsof hij bang was met zijn ber- sluit alleen te zijn. Van tijd tot tijd legde hij zijn potlood neer en leunde in zijn stoel achterover, zijn oogen werden groot cn schitterend, alsof zij naar iets staarden, dat hem verschrikte. „De jongen trekt zich dein dood van zijn vader toch erg aan", zei tante Dina tot me vrouw Irene. Vaak keek Paul langen tijd het portret van zijn vader aan en dacht: Als ik sterf, zou mijn portret dan ook daar op de kast komen te staan, zal mijn hoed daar naast vader's hoed op de tafel liggen en mijn jas aan den muur naast die van vader hangen? Deze gedachte deed hem goed, gaf hem het aangename gevoel van geëerd te zijn. 's Avonds moest Marie bij zijn bed zitten, en als zij dan wegging en het licht meenam, kwamen in de duisternis gedachten aan den donkeren weg dien hij te gaan had, bij hem op en in zijn droom en dwaalde hij steeds in lange, vreemde straten. En toen brak de dag aan, waarop hïj zijn plan volvoerde Mevrouw Irene en tante Dina waren naar de stad gegaan en Marie had de groote wasch. 's Morgens waren Loulou en Anna voorbij den tuin geloopen en Loulou had hem toege roepen: „Held, wurm. ben je al reisvaardig, waarover Anna vroolijk lachte. In den ftamlddag nam Paul zijn boterham men mee, die Marie altijd voor hem klatx legde en ging op stap. De weg lag open voor hem. Om niemand tegen te komen, moest hij door de elzenstruiken, door het woud gaan, dan scheidde een stuk weg hem nog van de bergen. Hij voelde zich rustig en vastbesloten. Het was, alsof er twee personen in hem huis den, de eene, die handelde, en de ander, die angstig en nieuwsgierig toekeek. Een weinig naar voren gebogen, zijn groot blond hoofd gebukt, haastte hij zich om bij de bergen te komen; hij liep, zeker van zijn zaak, met de haast, die jongens hebben, wanneer zij op verboden terrein loopen. Er woei een krachtige zuidwestenwind, waar voor de elzen ruischend bogen. Ook de dennen gingen heen en weer en het kwam Paul voor alsof de natuur om hem heen opgewonden was, evenals hij, alsof alles wat daar zoo ruischte, van zijn voornemen afwist. Toen hij den bosoh- rand verliet, ging hij langs een smal pad door een gemaaid stuk weiland. De wind dreef de groote, witte wolken langs den hemel voort en de wolkensohaduwen gleden haastig en ge luidloos over de groene vlakte. Toén Paul langs de krekels kwam, zwegen ze, maar nauwelijks was hij voorbij of ze be gonnen hun lied weer en het leek alsof zie rie pen: „zie, zie, zie". Zonder verdere gedachten, heelemaal door zijn voornemen bezield, liep Paul verder, tot hij bij den berg kwam, toen begon hij te klim men. De groote weg verlatend, ging hij het bosch in en liep Langs een smal boschpaadje. Daar klonk het ruischen sterker; de groote hoornen bogen zich evenals de menschen in de kerk onder het bidden. Paul liep spel vooruit, alsof hij een doel had. Zijn oogen keken recht vooruit, zijn wenkbrauwen waren een weinig samengetrok ken. Hij zag alles, waar hij langs kwam: het eekhoorntje, dat voor hem heen sprong, een klein slangetje in het mos, een specht, die ijverig tegen de droge bast van een eik zat le kloppen. Neen, het woud was niet onaardig, pe dennenboom en breidden hun machtige lakken evenals moederarmen uit, de hooge varenplan ten reikten Paul tot aan zijn borst en streel den zijn handen. Van tijd tot lijd ging de Weg steil opwaartsch, dan kwam er weer een vlak en gemakkelijk te loopen eind. Hoe lang hij geloopen had, wist Paul niet, maar plotseling merkte hij dat zijn maag hem begon te jeuken. Hij ging op een boomstronk zitten, en begon te eten. Zijn boterham smaakte hem goed, ook 'was het prettig zijn beenen te kunnen uitstrekken; er kwam een gevoel van welbehagen over Paul. Door de boomen scheen op sommige plaat sen het zonlicht, dat weer verdween, als er wolken voorbij de zon trokken. Een bij vloog langzaam voor P$ul heen en weer en zocht naar honing in de bloemen, die hier stonden. Zij zoemde onder dit werk en Paul moest la chen, want hij dacht aan de oude Marie hoe zij 's Zondags voor het. raam 'placht te zitten met haar gezangboek in de hand en zij zacht jes in zichzelf zat te zingen. 1 (Slot volgt).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1930 | | pagina 1