Zaterdag 16 Julf 1938
IVo. 1591 30e Jaargan
WAARIN OPGENOMEN HET NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z.L.M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Vereenigingen1
ZITDAGEN
Een en ander over de teelt van
pootaardappelen in Zeeland.
Keuringsdienst ZEELAND.
VROEG ROOIEN VAN POOTAARDAPPELEN.
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Dit blad verschijnt eiken ZATERDAG. Overname
slechts geoorloofd met duidelijke vermelding van bron.
Leden van de Z. L. M. ontvangen het blad gratis.
ABONNEMENTSGELD: voor leden der Nd-Br. M. v. L.
1,25 per jaar. Voor niet-leden der Z. L. M. of Nd-Br.
M. v. L. 5,per jaar.
REDACTEUR
Ir J. D. DORST,
Secretaris Z. L. M.
Landbouwhuis Goes, Telef. 150.
elke
ADVERTENTIETARIEF: 1—5 regels ƒ1,-
regel meer 20 cent.
Regelabonnementen tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentiën aan de Uitgeefster, N.V.
v/h Firma P. J. VAN DE SANDE te Ter Neuzei., of
aan het Landbouwhuis te Goes.
Boekhoudbureau
en
Accountantsdienst
Z. L. M.
TERNEUZEN: Woensdag 20 Juli a.s. in „Hotel
des Pays-Bas".
MIDDELBURGDonderdag 21 Juli a.s. in Café
„De Eendracht".
Geen ander landbouwgewas heeft in Neder
land zoo sterk de aandacht getrokken, zoowel
van de praktijk als van de landbouwweten
schap, als juist de aardappel. Het bezoek, dat
wij in de afgeloopen week aan den 7en aard
appeldag te Wageningen hebben gebracht,
heeft ons hiervan opnieuw overtuigd.
Dat de aardappel voor onze provincie een
uitermate belangrijk gewas is, behoeft niet
nader te worden aangetoond. Niet alleen dat
in Zeeland ongeveer 12.000 ha aardappelen
worden verbouwd, doch tevens is de teelt van
belang door de intensiviteit, waarmede zij wordt
gedreven, zoowel wat betreft de aanwending
van kapitaal als van arbeid.
De Zeeuwsche aardappel heeft nog steeds»
den naam, dat zij in de allereerste plaats is
een aardappel bestemd voor het buiten
land. Hoe belangrijk deze teelt op zichzelf ook
moge zijn, men handelt o.i. onjuist om hierop
thans nog teveel den nadruk te leggen. In
Zeeuwsch-Vlaanderen worden b.v. vrijwel uit
sluitend aardappelen voor export verbouwd en
op de eilanden is dit op verschillende plaatsen
in imeerdere of mindere mate eveneens het
geval.
De teelt van pootaardappelen wordt in
Zeeland van jaar tot jaar belangrijker. Ondanks
het feit, dat men reeds enkele jaren achtereen
de meening hoort verkondigen, dat men deze
teelt zal moeten inkrimpen, omdat naburige
landen zelf de selectie ter hand nemen en in
verband met de zeer hooge onkosten, die de
verbouw van pootaardappelen met zich brengt,
en andere redenen, is de oppervlakte aard
appelen, die in Zeeland ter 'keuring wordt aan
gegeven, van jaar tot jaar toegenomen. De
verbouwers moeten dus financieel van de
teelt van pootgoed wel beter zijn geworden,
anders zou de oppervlakte, die voor de keuring
wordt aangegeven, ongetwijfeld zijn ingekrom
pen.
De groote beteekenis van de teelt van poot
aardappelen in Zeeland, moge o.m. hieruit
blijken, dat meer dan een derde van de opper
vlakte aardappelen, die in onze provincie wordt
verbouwd, voor de keuring wordt aangegeven.
Wij zijn in Zeeland nog niet zoover als b.v.
dé kleibouwstreek van Friesland, waar nage
noeg veld aan veld wordt gekeurd, doch voor
onze provincie waar de verbouw van consump
tie-aardappelen van oudsher zoo belangrijk is,
is het feit. dat een naar verhouding zoo groote
oppervlakte wordt gekeurd, een feit dat ver
melding alleszins waard is. Hierbij moge tevens
worden opgemerkt, dat de teelt van pootaard
appelen indirect ook voor de consumptie-
verbouwers van belang is. Er is namelijk op de
binnenlandsche markt slechts plaats voor een
beperkte hoeveelheid aardappelen. Het zou er
o.i. met de teelt van consumptie-aardappelen
niet best voorstaan, indien de kleistreken, die
zich thans geheel op de teelt van goedgekeurd
pootgoed hebben geworpen, weer eens nood
gedwongen of door andere oorzaken, op de
teelt voor aardappelen voor het binnenland
zouden overgaan.
De vraag of de teelt van pootgoed in onze
provincie mogelijk is en economisch uitvoerbaar,
behoeft o.i. geen beantwoording. Het is al
jarenlang bewezen, dat dit zeer goed mogelijk
is. Veel hangt hier echter af van den Zeeuw-
schen boer zelve, of deze de noodige kennis
heeft van de aardappelziekten en omstandig
heden, die voor de pootgoedteelt van belang
zijn, en bovenal liefde heeft voor het selectie-
werk.
Juist dit laatste is o.i. noodig om werkelijk
goede gewassen te kweeken. Telers met liefde
voor de aardappelen en die over de noodige
kennis beschikken, kent onze provincie in toe
nemende 'mate, al is het aantal, in verhouding
met de streken die op pootaardappelgebied
naam hebben, o.i. nog te gering. Vele telers
dénken er niet meer aan om b.v. hun pootgoed,
dat als uitgangsmateriaal moet dienen, van
elders te betrekken, in de meening, dat alles wat
van uit den vreemde komt beter is dan van hun
eigen bedrijf. Onze provincie kent echter ook
andere verbouwers, n.l. die vrijwel elk jaar
duur pootgoecLaankoopen met de bedoeling dit
voor de keuring aan te geven en toch telken-
jare, door ongezonde zorg of kennis, hun
gewassen zien afgekeurd of in een lagere klasse
geplaatst. Dit lijkt ons echter een vrij kostbare
methode.
Onder de andere factoren, die in verband
met de teelt van gezond pootgoed van belang
zijn, mag de beteekenis van het vroeg rooien niet
te laag worden aangeslagen. Dit wordt telken-
jare op het cor.tröleveld van den Keuringsdienst
Zeeland weer bévestigd en ook zeer vele telers
zijn hiervan overtuigd, hetgeen moge blijken
dat velen hun eigen pootgoed reeds vóór den
rooidatum, dien de Keuringsdienst voor de A-
perceelen heeft vastgesteld, in de pootaard-
appelbewaarplaafcs hebben staan. Ook in de
provincies waar tot voor kort het vroeg rooien
weinig toepassing vond, wordt voor de rassen,
die gemakkelijk degenereeren, het vroeg rooien
steeds meer toegepast. Zij, die in de afgeloopen
week door hun aardappelvelden liepen en
primaire besmetting hebben zien optreden,
moeten o.i. van de beteekenis van het vroeg
rooien wel overtuigd worden. Dat het vroeg
rooien voor de praktijk vele bezwaren met zich
medebrengt, is algemeen bekend. In dit ver
band moge dan ook worden opgemerkt, dat wij,
ook met het oog op de aardappelziekte,
behoefte hebben aan een goed en goedkoop
middel om de aardappelen dood te sproeien.
Dit doodsproeien is op het oogeriblik nog niet
mogelijk op een wijze, dat het geheel op één
lijn°kan werden gesteld met het vroeg rooien.
Een andere factor, die voor de teelt van poot
goed de aandacht verdient, is, dat wordt zorg
gedragen, dat de perceelen aardappelen, die
voor de keuring worden aangegeven, zoover
mogelijk verwijderd zijn van z.g. zieke gewas
sen of van aardappelrassen, die besmettings
gevaar opleveren. De, funeste invloed, die de
nabijheid van Zeeuwsche Bonte en Blauwe
oplevert voor de Eersteling, met het oog op de
stippelstreepziekte, is thans bij de selecteurs
voldoende bekend. De afstand van 50 m, die
de algemeen e keuringsvoorschriften bier als
minimum stellen, is, naar ons meermalen is
gebleken, te gering om besmetting te voor
komen. Aan den invloed van andere aard-
appelperceelen, die besmettingsgevaar opleve
ren, wordt, naar ons 'hoe langer hoe meer blijkt,
nog steeds te weinig aandacht besteed. Dit
besmettingsgevaar is veel grooter dan veelal
wordt aangenomen. Degene, die de entproeven
in Wageningen en de entproeven die op het
Proefbedrijf te Wilhelminadorp door den Keu
ringsdienst Zeeland op kleinere schaal zijn
uitgevoerd, heeft gezien, moet hiervan wel over
tuigd worden.
Ons advies is dan ook: leg de perceelen
aardappelen, die voor de keuring zijn aan
gegeven, zoo ver mogelijk verwijderd van
andere perceelen of perceeltjes aardappelen die
besmettingsgevaar op kunnen leveren.
Of ook in de komende jaren de teelt van
pootaardappelen op dezelfde schaal kan worden
uitgeoefend als thans het geval nog is, is een
open vraag. Wij weten allen, dat de afzet van
pootaardappelen, evenals trouwens van de
meeste van onze belangrijkste land- en tuin-
bouwvoortbrengselen, in hooge mate afhanke
lijk is van de exportmogelijkheden. Voor den
pootaardappel is de afzetmogelijkheid naar
bepaalde landen, met name naar Frankrijk en
België, van het grootste belang. Er zijn helaas
thansl weer aanwijzingen, dat de invoerbeper
kingen voor pootaardappelen in Frankrijk weer
grooter zullen worden. Welke parten de Colo
radokever ons bij de afzetmogelijkheden van
pootgoed nog kan spelen, moet nog worden
afgewacht, doch de krachtige wijze, waarop de
bestrijding van dit insect in Nederland, onder
leiding van den Plantenziektenkundigen Dienst,
is ter hand genomen, wettigt de verwachting,
dat de nadeelen in dezen voor de pootgoed-
telers niet zóó groot zullen zijn. Het blijft echter
zaak om ook voor de pootaardappelen naar
afzetgebieden elders in de wereld, uit te zien.
Onze provincie heeft zich als pootgoed-
leverancier een plaats van beteekenis in Neder
land veroverd en zij zal hare positie in dezen
nog kunnen opvoeren indien, evenals de laatste
jaren het geval is, zoowel de telers als de
Keuringsdienst Zeeland zich inspannen om de
kwaliteit van het goedgekeurde Zeeuwsche
product nog verder op te voeren. D.
Zooals bekend is bet vroeg rooien van aardappelen
vóór 1 Augustus in het algemeen niet toegestaan,
indien daarvoor geen vergunning door of vanwege
de Nederlandsche Groenten- en Fruitcentrale is
verstrekt.
Voor het rooien van goedgekeurde pootaardappelen
is een regeling getroffen met genoemde centrale.
Elke deelnemer aan de keuring, die zijn pootaard
appelen vroeg wil rooien, dient hiervan kennis te
geven aan het Secretariaat van den Keuringsdienst