MARKTBE
RICHTEN
DE VASTE KERN OP ONZE
BEDRIJVEN.
VEEMARKT 's-HERTOGENBOSCH.
VEEMARKT ROTTERDAM.
AARDAPPELBEURS ROTTERDAM.
GRAANBEURS ROTTERDAM.
cellulosefabriek te Arnhem tegen beste prijzen en
.minder transportkosten.
Deze fabriek wil gaarne medewerken tot'inkoop
van haar benodigd stro via een verkoop-centrale.
Hierdoor worden de transportkosten voor alle
partijen gedrukt en kunnen de betrokken fabrie
ken een hogere prijs aan belanghebbende leveran
ciers betalen.
Men wil dan, wanneer tot oprichting van een
landelijke verkoop-organisatie is te komen, de prij
zen (tenminste naar verhouding der soorten) dan
gelijk stellen.
Dit dan engeveer op de manier als bij de coöpe-
ratieve suikerfabrieken wordt gevolgd.
De transportkosten worden dan over het totaal
geleverde kwantum omgeslagen en de netto uit te
betalen prijs zo berekend.
Tevens wordt dan een zekere bewaarpremie
(door de fabrieken te betalen) in de prijzen ver
disconteerd.
Nu kan men hier tegenover stellen dat de stro-
verwerkende industrie liever 90 per ton stro zal
betalen voor importstro dan 100 of 120 voor
inlands stro.
Doch voor importvergunningen heeft men de
regeringsapparten nodig cn wanneer door een Ver
kooporganisatie een kwantum stro kan worden
aangeboden voor een volledige productie der be
staande fabrieken, plus het benodigde kwantum
voor de veehouderijsector, zal deze zeker geen de
viezen eisende import toelaten.
Het lijkt daarom niet slechts een plaatselijke,
doch een algemeen boerenbelang, ook voor de vee
houderijsector, dat een Landelijke in- en verkoop
organisatie tot stand komt.
Het is echter wel gewenst dat zoveel mogelijk
stroproducenten toetreden opdat men over grote
kwanta stro kan beschikken.
Daardoor toch is het mogelijk om invloed uit te
oefenen op de gang van zaken.
De A.K.U. wenst niets liever dan een organisa
tie waarbij deze fabriek verzekerd is van een regel
matige aanvoer van haar grondstoffen en wil dan
een zo hoog mogelijke prijs besteden.
De organisatie-onkosten voor een dergelijke In-
en Verkoopbureau worden geraamd op 10 a 25
cent per ton te verwerken stro.
Hoe groter het kwantum stro is toe lager de
algemene onkosten kunnen worden per ton stro.
Daarom stroproducenten uit het Zuiden, begrijpt
Uw belang en sluit U aan bij het zo vooruitstre
vend Noorden, door gezamenlijk, dus Landelijk
deze zaak aan te pakken!
Plaatselijk is hier voor de streek reeds een be
gin gemaakt, door het instellen van een commis
sie, die in nader contact zal blijven met het Noor
den, mogelijk ter stimulering van de oprichting
van een afdeling voor Noord-Brabant, Zeeland,
Limburg enz.
Wanneer in Uw omgeving vergaderingen om
trent deze aangelegenheid plaats vinden, verzuim
niet er heen te gaan!
Het gaat om grote belangen! Gt.
Op onze op 29 Januari j.l. te Breda gehouden
algemene vergadering kwam o.a. ter sprake, dat
het gewenst is, dat vooral op onze grotere bedrij
ven het gehele jaar door een behoorlijke kern van
vast personeel aanwezig is.
Overigens werd hierop in ons blad reeds meer
malen gewezen. In de praktijk blijkt dit echter
niet altijd mee te vallen en bereiken onshierover
wel eens klachten. Klachten van de zijde van land
bouwers, maar ook van landarbeiders. We nemen
het volgend geval. Een landbouwer met een be
drijf van pl.m. 45 ha is gewoon een behoorlijk aan
tal vaste arbeiders op zijn bedrijf te hebben.
Behalve draineren, sloten maken enz. wordt in
de winter het vlas af gerepeld om de arbeiders aan
het werk te houden.
Enkele arbeiders verzoeken om de campagne van
de suikerfabriek te mogen meemaken om daarna
op het bedrijf terug te komen.
Hoewel dit in de bietenoogst moeilijk schikt,
wordt dit toegestaan. Na stilvallen van de fabriek
meldt een tweetal zich echter niet op het bedrijf,
doch blijkt naar de D.U.W. te zijn gegaan. Beide
arbeiders waren reeds meer dan tien jaar zomer
en winter op dit bedrijf werkzaam. De reden? Bij
de D.U.W. valt meer te verdienen dan bij de boer.
Men zou deze mensen met behulp van bepaalde
instanties naar het bedrijf kunnen terugvoeren.
Daarmee is echter de oorzaak van de moeilijkheid
niet opgeheven.
Nu een ander geval: Een kleine landbouwer
(lid der N.B.M.L.), doet zijn beklag, dat in zijn
omgeving de landbouwers steeds minder een vaste
kern op hun bedrijf houden en wijst op de gevaren
daarvan.
Hij schrijft o.a. het volgende:
„Eén ding moet mij toch van het hart: Dat er ge
sproken wordt dat er op de bedrijven gestreefd
moet worden naar een vaste kern van arbeiders
op de grote bedrijven, daarmee ben ik 't volkomen
eens. Maar ik constateer hier in mijn nabijheid
dat het tegendeel wordt nagestreefd, voornamelijk
op de grote bedrijven.
Ik zag ook de arbeider van een bedrijf van meer
dan 200 gemet groot naar de gemeente gaan voor
overbrugging, 2 bleven er op de boerderij. Diezelfde
boer is zeer zeker op de algemene vergadering ge-
weest, maar schijnt er toch niet veel van te willen
nastreven. Nu is hij dat niet alleen, overal treedt
hier hetzelfde naar voren. Het is toch eigenlijk
niet te verwonderen, dat de goede arbeiders nood
gedwongen de boerderij waar ze altijd op hebben
gewerkt, de rug toe moeten keren. Ook zij moeten
toch leven! Hier in mijn omgeving zijn vele jonge
mannen naar de fabrieken gegaan met diploma
Lagere Landbouwschool op zak. Daar hoort toch
zo'n man niet thuis. Ik zelf heb er ook die erva
ring mee opgedaan.
Op het bedrijf waar ik werkte waren wij altijd
in de zomer met 18 man klein en groot en 's win
ters met 7 man vast personeel. Nu echter op het
zelfde bedrijf met 3 en 's zomers met 4 man. Nu
steekt dit bedrijf heel gunstig af tegenover de an
dere, aangezien hier werkelijk gesproken kan wor
den van een vaste kern. Ik weet heel goed dat er
een flinke reserve moet zijn voor de topdagen in
de landbouw. Maar ik zou dan ook graag zien,
dat de grote bedrijven die 's zomers het hardst
schreeuwen en roepen om volk, ook 's winters eens
aan die mensen dachten en eens wat nuttig en
goed verantwoord werk opzochten.
Ik geef U de verzekering dat dan de D.U.W. niet
met de goede landarbeiders ging lopen. Maar ik
zie hier het tegendeel gebeuren, met een halve dag
afbijten en klaar zonder meer. Zo iets moet slecht
Op de markt van Woensdag werden aangevoerd
4279 stuks vee, zijnde: 1602 runderen, 237 vette
kalveren, 934 nuchtere kalveren, 207 zeugen, 213
lopers, 1004 biggen, 65 schapen, 17 geiten.
Melk- en kalf koeien van 700 tot 975; Guiste
koeien ƒ500 tot 775; Kalf vaarzen 650 tot ƒ950;
Klam vaarzen 550 tot ƒ650; Guiste vaarzen 500
tot 625; Pinken 400 tot 500; Graskalveren 195
tot 300; Fokkalveren 90 tot ƒ135; Drachtige
zeugen ƒ260 tot ƒ345; Lopers 75 tot 105; Big
gen 40 tot 67; Schapen 75 tot 90; vette scha
pen liepen tot 145, alles per stuk.
Aanvoer van slachtvee: 886 stuks. Prijzen: le
kw. 2,90 tot 3, 2e kw. 2,55 tot 2,75, 3e kw.
2,35 tot 2,45; vette stieren 2,45 tot 2,55; worst
koeien 2,10 tot 2,35, alles per kg gesl. gewicht.
Vette kalveren, lichte van ƒ1,70 tot 2,20Vette
kalveren, zware 2,30 tot ƒ2,60; prima boven
notering; Nuchtere slachtkalveren ƒ1,15 tot ƒ1,25;
Zware soorten ƒ1,30 tot ƒ1,50 per kg lev. gew.;
Slachtzeugen 1,80 tot 1,88 per kg lev. gew. met
4 kg tarra.
Op de veemarkt te Rotterdam werden Maandag
in totaal 1579 stuks vee aangevoerd. De aanvoer
van melk- en kalfkoeien was wat ruimer en de prij
zen van melk- en kalfkoeien liepen van 2,30 tot
2,95 per kg geslacht gewicht, naar gelang van
kwaliteit. Voor varkens liepen de prijzen van
2,08 tot 2,14 per kg levend gewicht. De handel
in varkens was vlot.
Op de aardappelbeurs te Rotterdam waren Maan
dag de prijzen voor klei-aardappelen van 35 mm
opwaarts voor Bintjes ƒ12 tot ƒ12,25; Alpha's
ƒ10,50 tot ƒ10,75; Furore ƒ14; Bevelanders ƒ15
tot 15,50 en Mcerlanders 13,50. Voor zandaard-
appelen 35 mm opwaarts waren de noteringen als
volgt: Noorderling ƒ11; Voran 8,25; Eigenhei
mers 9,50 tot 9,75; Record ƒ8,60 tot 8,75; IJs-
selster 11 en Libertas 10,50. Voor voer-aard-
appelen gold een notering van 5,75 tot 7,25. Alle
noteringen luiden per 100 kg en de prijzen zijn be
rekend op de handelsvoorwaarden, vastgesteld
voor de verkoop van consumptie-aardappelen op
wagon, schip of auto.
Zoals reeds op Zaterdag j.l. werd gemeld ver
toont de binnenlandse graanmarkt doorlopend een
onstabiel karakter met uitzondering van de tarwe,
waarvoor de afgelopen week met een matig aanbod
een goede belangstelling bestond. De prijzen, wel
ke voor dit artikel betaald werden, waren vrijwel
onveranderd bij de voorlaatste weken.
Voor inlandse rogge bestond de afgelopen week
weinig belangstelling. Hoewel het aanbod van dit
artikel niet dringend was, brokkelde de prijs regel
matig af. De notering is thans circa een gulden
lager dan op het eind van de voorafgaande week.
Hetzelfde marktverloop vertoonden de zomer- cn
wintergerst, welke eveneens weinig attentie had
den. Door de geringe vraag van consumptiezijde
werden ook deze artikelen lager gelaten. Zij no
teren thans eveneens ongeveer een gulden lager.
Het haveraanbod was de afgelopen week zeer
groot, hetgeen abnormale druk veroorzaakte op de
markt. Door de grote vraag naar dit artikel in de
vooafgaande week en een behoorlijke prijs, welke
gemaakt kon worden, wilde men op grote schaal
gaan ruimen. Wel werd vrij veel opgenomen, doch
zulks kon niet weerhouden, dat de prijs regelmatig
afbrokkelde en in het midden der week ruim een
gulden lager noteerde dan op het eind der vooraf
gaande weck. Sinds Vrijdag is deze markt iets
vaster gestemd en is men minder genegen af te
geven. In dit overzicht van de binnenlandse graan,
markt kan worden vastgesteld, dat, na de subsidie
verlaging van de buitenlandse granen, de vraag
in het algemeen gering blijft en hierdoor, gezien
de ruime voorraden in de productiegebieden, de toe.
komst weinig zekerheid biedt voor het verdere
marktverloop.
uitkomen voor beide partijen. Nu is echtèr de be
doeling van mijn schrijven, dat er op vergaderingen
sonjs mooi gepraat wordtmaar in.de praktijk
komt er niets van terecht. Het valt toch niet goed
te praten dat er op zulke bedrijven niets van een
vaste kern valt te bespeuren althans veel te
weinig".
Tot zover onze briefschrijver. Wij menen dat wij
op beide voorbeelden uit de praktijk weinig com
mentaar behoeven te leveren. Over het vraagstuk
van een verantwoorde arbeidersvoorziening schre
ven wij reeds meerdere malen.
Bovengenoemde voorbeelden tonen echter aan,
dat het verantwoordelijkheidsgevoel voor elkaar
zowel bij werkgevers als werknemers niet overal
in voldoende mate aanwezig is. Beide partijen
hebben rechten cn plichten die zoveel mogelijk in
schriftelijke overeenkomsten zijn vastgelegd. Een
goede verstandhouding, de juiste sfeer, wederzijds
verantwoordelijkheidsgevoel zijn echter niet schrif
telijk te regelen. Aan de organisaties zowel van
werkgevers als van werknemers de taak om daar-
op te wijzen en deze verhoudingen in de goede rich
ting te stimuleren.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Het is nu een veertien dagen geleden dat de
Regering de subsidie op de importgranen met 7
per 100 kg verlaagde. Wanneer wij een voorlopig
overzicht trachten te geven dan kunnen wij con
stateren dat de positie der inlandse granen weer
ongeveer gelijk is aan die van voor de subsidiever
laging, d.w.z. lusteloos, zonder omzetten. De afge
lopen week konden Gerst, Rogge en Haver zich niet
handhaven en de prijzen moesten gevoelig verlaagd
worden; van de in de week daarvoor gemaakte
prijswinsten bleef dan ook niet veel meer over.
De vraag naar vrije inlandse granen is miniem.
Haver blijft uit het Noorden zeer dringend aange
boden. Indien de verdeling van buitenlandse
Haver gelijk blijft aan die van de vorige veevoeder-
periode, zal er een druk blijven op de inlandse
havermarkt.
Het is verder een algemeen bekend verschijnsel,
dat de consumptie van veevoeder in alle delen van
het land tegenvalt.
Het Bedrijfschap heeft voor Februari een aan
vullende verdeling bekend gemaakt van 1500 ton
Inlandse Gerst welke ƒ36,65 noteert af opslag
plaatsen binnenland.
In Bruine Bonen ging deze week iets om, zonder
dat dit tot uiting kwam in de prijzen. Het feit dat
er zich enige afzetmogelijkheden voordeden is zeer
belangrijk. Er zijn nog grote voorraden, waarvan
het leeuwendeel van onvoldende kwaliteit.
Tarwe. Onveranderd bij vorige week, franco
fabrieken 25.
Gerst. De aanvoer scheen iets groter te zijn dan
vorige week, doch de stemming was beslist luste
loos. 38,50.
Haver. Stemming zeer flauw. Goede Maalhaver
ƒ31. Gepunte Haver daarboven.
Maïs. Geen omzetten van enige betekenis. Van
40 tot 46,50 voor de allerbeste kwaliteit.
Groene Erwten. Onveranderd beeld bij vorige
week. 40 tot 62.
Schokkers. Vandaag kalme handel in alleen
goede kwaliteiten, 45 tot 70.
Bruine Bonen. Stil met lagere prijzen, 35
tot 43.
Capucijners en Rozijnerwten. De afzetmogelijk
heden tonen nog geen enkele verbetering. Voor
een theoretische consumptie van 4000 ton Capucij
ners en 500 ton Rozijnerwten is van oogst 1951 be-
schikbaar 3300 ton Capucijners en 1200 ton Rozijn
erwten. De vraagprijzen bleven onveranderd, op
resp. 50 tot 60 voor Capucijners en 50 tot 55
voor Rozijnerwten.
Blauwmaanzaad. Voor betere kwaliteiten was
iets meer vraag. Gemaakt werd 90 tot 102,50.
Karwijzaad. Stil. 65 tot 71.
Door het Centraal Bureau voor de Statistiek
werd de definiteve oogstraming 1951 bekend ge
maakt, waaraan wij onderstaande gegevens ont
leenden.
Granen Bet. opp. in Tot. opbr. in t.
ha 1951 1951
1950
Tarwe
75.308
269.592
294.593
Rogge
160.694
457.999
420.950
Gerst
65.472
210.112
232.252
waarvan Wintergerst
11.163
41.250
41.429
waarvan Zomergerst
54.309
168.862
190.823
Haver
153.416
491.178
381.548
Mengsel van granen
17.161
49.895
37.770
Kool- en Raapzaad
11.093
21.150
44.747
Olievlas
1.014
1.541
1.163
Kanariezaad
1.781
3.984
837
Hieronder laten wij een overzicht volgen van de
hoeveelheden importgranen die door het Cekagra
verdeeld werden in het veevoederseizoen 1950/1951
en 1951/1952:
Kippenmaïs
Maalmaïs
Kippengerst
Maalgerst
Silocorn ct.
Milletzaad
Haver
Aug. t/m Jan.
1950/51
43.750
90.000
32.000
82.000
26.000
77.000
Aug. t/m Jan.
1951/52
26.000
94.000
45.500
101.000
37.000
21.500
71.000