Wen
ken
Tuinbouwlantaarn
199
Korte
GARANTIEPRIJZEN VOOR ROGGE
EN HAVER VAN DE OOGST 1956
ZATERDAG 30 MAART 1957
ONDER
de
Wij willen deze week weer eens uw bijzondere
aandacht vragen voor de ziektebestrijding. De
eerste berichten van de regionale waarschuwings
dienst zijn dienaangaande al bij de meeste fruit
telers ontvangen en geven u de waarschuwing om
op uw hoede te zijn voor verschillende plagen die
nu al reeds uw fruitoogst belagen. Wij willen ze
in onze rubriek ook nog eens onder uw aandacht
brengen.
De bladluizen.
Op die bedrijven, waar geen winterbespuiting
is uitgevoerd en men een sterke beginaantasting
kan verwachten, verdient het zeker aanbeveling
om in de eerstvolgende weken bijzondere aan
dacht aan deze beruchte plaag te besteden en
daarom de nodige maatregelen te nemen.
Wanneer men constateert dat alle bladluis
eitjes zijn uitgekomen, kan men op daartoe ge
schikte dagen (en deze hebben wij gelukkig veel
dit voorjaar) een bespuiting uitvoeren met 60 cc
parathion-20% of 75 cc diazinon-20% of 150 cc
malathion-25 of 80 cc lindaan-vloeibaar-14 of
100 cc isolan of 100 cc nicotine-95 per 100 liter
water of met een overeenkomstig percentage van
produkten met een ander gehalte. Deze bespui
ting is tevens werkzaam tegen wintervlinderrup-
sen. Aangezien ook dit insekt nog in vele bedrij
ven voorkomt is deze bespuiting zeker dubbel en
dwars verantwoord.
Deze middelen dienen te worden verspoten bij
een hoge luchtvochtigheid en ook niet te lage
temperatuur. Ze kunnen weliswaar in het alge-
men gemengd worden verspoten met verschei
dene schurfbestrijdingsmiddelen, doch meestal is
het effect van dergelijke gemengde bespuitingen
minder dan van afzonderlijke bespuitingen en
bovendien zijn de kansen op beschadiging van
het gewas groter.
Aangezien de meeste van deze genoemde mid
delen giftig zijn, betrachte men de uiterste voor
zichtigheid bij het gebruik daarvan.
Indien tijdig wordt gespoten, d.w.z. ongeveer
tijdens het einde van het muizenoorstadium der
knoppen, kan ook gebruik worden gemaakt van
D.D.T.-emulsie of lindaan. Deze bespuiting is in
dat geval tevens werkzaam tegen de appelbloe
semkever.
Bladrollerrupsen
Ook deze rupsen blijken hun schuilplaats thans
weer verlaten te hebben en bewegen zich naar
de knoppen der fruitbomen.
Deze rupsen vreten aan de knoppen, de jonge
blaadjes en bloesems, spinnen deze samen en
kunnen, indien zij in grote aantallen optreden,
reeds vroeg grote schade veroorzaken.
Teneinde te voorkomen, dat ernstige schade
aan de knoppen wordt aangericht, dient in dat
geval een behandeling te worden uitgevoerd met
bepaalde fosforesters of een D.D.T.-bevattend
middel.
Door nauwkeurige waarnemingen op het eigen
bedrijf overtuige men zich of inderdaad bladrol
lerrupsen aanwezig zijn en of dus bestrijdings
maatregelen nodig zijn. De bespuiting voert men
uit met 400 g. D.D.T.-spuit-25 60 cc parathion-
spuit-25 75 cc diazinon-20 of 100 g. EPN per
100 liter water, of met een overeenkomstig per
centage van produkten met een ander gehalte
aan werkzame stof.
Het is van groot belang deze bespuiting uit te
voeren, wanneer de rupsen nog heel klein en dus
het gevoeligst zijn, zodat wij dan de beste resul
taten kunnen bereiken. In het algemeen is dit
dus het tijdstip, waarop de rupsen de spinsels
hebben verlaten.
Ook deze bespuiting met D.D.T. uitgevoerd, kan
tegelijkertijd, waar men last heeft van de rupsen
van wintervlinders, dienst doen om deze rupsen
te bestrijden. Ook kan het soms nodig zijn de
schurftbestrijding met die van de bladrollerrup
sen te combineren.
Bij e.t. menging van de bestrijdingsmiddelen
moet men er rekening mede houden, dat de mees
te emulsies en emulgeerbare produkten niet met
zwavelmiddelen kunnen worden gemengd en dat
in het algemeen menging van fungiciden met
dergelijke produkten moet worden ontraden. Al
eerder mochten we u hierop wijzen. Het blijkt nog
steeds dat in de praktijk hierbij stukken worden
gemaakt.
De pereknopkever.
De larven en poppen van de pereknopkever
kunnen thans in de gemengde knoppen van de
peren worden aangetroffen.
Deze knoppen worden uitgevreten en lopen dus
niet meer uit. Plaatselijk kan de schade hierdoor
soms zeer aanzienlijk zijn.
Een bestrijding van deze plaag op dit moment
is niet mogelijk. Er zijn echter aanwijzingen, dat
men de kevers goed kan bestrijden, zodra ze in
het voorjaar uit de knoppen tevoorschijn zijn ge
komen, doch vóór ze in de zomerrust gaan. Deze
periode viel het vorig jaar omstreeks eind mei/
begin juni, doch zal dit jaar zeker wel iets vroe
ger komen te liggen. Tegen die tijd zal nog wel
een nader bericht aan u worden doorgegeven. Men
heeft nu echter de gelegenheid te bepalen of men
te zijner tijd in eigen bedrijf een bespuiting tegen
deze genoemde kever moet uitvoeren of niet.
Daartoe dient men thans na te gaan of en in
welke mate de pereknopkever op het bedrijf aan
wezig is door zoveel mogelijk knoppen van de
perebomen te controleren. In de aangetaste knop
pen treft men crême-kleurige larven of poppen
aan. Men dient aantasting door de appelbloesem
kever, die ook op peren kan voorkomen, niet hier
mede te verwarren.
De larven en poppen daarvan vindt men in de
afzonderlijke bloemknoppen, in tegenstelling met
die van de pereknopkever, die men uitsluitend in
de gemengde knoppen aantreft.
Het moniliarot bij steenvruchten.
Ook deze ziekte wordt door onbekendheid dik
wijls verwaarloosd, met het gevolg, dat een uit
breiding hiervan is te verwachten.
Bij in volle bloei staande fruitgewassen, voor
namelijk bij de steenvruchten, komt het herhaal
delijk voor, dat plotseling een deel van de bloe
sems bruin worden en verdorren. Deze verdor
ring der bloesems wordt dikwijls gevolgd door een
afsterven van vruchtsporen en zelfs van twijgen
der bomen. Later in het seizoen kunnen zelfs de
vruchten worden aangetast door deze schimmel
ziekte.
Zowel de bruine verdorde bloemtrosjes als de
aangetaste verschrompelde vruchten (z.g. mum
mies) kan men tot het volgend voorjaar aan de
takken zien hangen. Vooral bij de kersen en prui
men komen deze verschijnselen voor. Zij worden
veroorzaakt door schimmels van het geslacht mo-
nilia, welke overwinteren in de verdorde bloem
trosjes, in aangetaste takken en in de al of niet
afgevallen mummies, om van daaruit in het voor
jaar opnieuw infectie te bewerkstelligen. Het af
sterven van bloesems en twijgen, dat in sommige
jaren bij kersen en pruimen zeer ernstige schade
kan veroorzaken, kan bij deze gewassen in be
langrijke mate worden tegengegaan door vóór de
bloei een bespuiting uit te voeren met 1 Bor-
deauxse pap of Va koperoxychloride.
Deze bespuiting dient niet te laat te worden
uitgevoerd, aangezien dan ernstige schade aan de
knoppen kan ontstaan. Men zou (volgens buiten
landse gegevens) in het rose of witte knopsta-
diurn ook kunnen spuiten met captan of TMTD.
Bij erg droog weer zou laatstgenoemde bespui
ting zelfs nog iets later kunnen worden uitge
voerd, namelijk wanneer de eerste bloemen zich
openen. Indien de bloei zich over een abnormaal
lange periode uitstrekt en indien het in deze
periode zeer nat weer is, zou het, op grond van
dezelfde gegevens, aanbeveling verdienen na ver
loop van enige tijd een tweede bespuiting uit te
voeren.
De vruchtaantasting wordt door alle genoemde
bespuitingen vóór de bloei niet voorkomen.
Men zou de kans op vruchtaantasting evenwel
kunnen verminderen door te spuiten met captan
of TMTD zodra de vruchten beginnen te kleuren.
(11 en 8 dagen voor de oogst.)
Deze bespuiting is dan gelijktijdig werkzaam
tegen het veel voorkomende Botrytis-rot in de
kersen. Voor laatstgenoemd rot kan men captan,
zowel als TMTD het beste in een concentratie
van 0.25 verspuiten.
Zo vraagt de ziektebestijding dus weer de volle
aandacht in de bedrijven.
Door het ongekende zacht voorjaarsweer zien
wij aan de fruitbomen dagelijks verandering. Het
gaat bijzonder vlug en daarom dienen wij hier
mede ook terdege rekening te houden. Een ieder
zij op zijn hoede in zijn bedrijf en controlere
steeds of een bespuiting gewenst is.
Naast de uitstekende waarschuwingen die u
steeds ontvangt is eigen controle in het bedrijf
zeker op zijn plaats. De snelspuiten en nevelspui
ten staan voor velen gereed en zijn hun plaats
in het bedrijf ten volle waard.
De minister van Landbouw, Visserij en Voed
selvoorziening heeft na overleg met het Land
bouwschap garantieprijzen vastgesteld voor de
op lichte gronden geteelde voedergranen van de
oogst 1956, ditmaal dus niet voor rogge alleen,
maar ook voor haver.
Voor rogge is de prijs vastgesteld op ƒ24.95 en
voor haver op 25.35 per 100 kg.
Indien de gemiddelde marktwaarde van deze
granen van de oogst 1956 lager zal blijken te zijn
dan de garantieprijzen, zal aan de desbetreffen
de telers het verschil in de vorm van een toeslag
worden uitgekeerd.
Voor gerst en gemengd gewas, welke op lichte
gronden zijn verbouwd, zal dan eenzelfde toeslag
worden verleend als voor haver.
Naar het ministerie van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening mededeelt, zal ernaar worden
gestreefd de toeslagen in juni en juli 1957 uit te
betalen.
Mengen van kunstmest op de wagen spaart ar
beid, doch wees gewaarschuwd voor slordigheid.
Is de menging niet zorgvuldig en wordt van elke
meststof niet de juiste hoeveelheid toegevoegd,
dan is deze arbeidsbesparing te duur gekocht.
Wanneer iemand voortdurend moet leven in de
schaduw van een ander zal hij nooit tot grote
resultaten komen. Dit geldt ook voor gewassen
waarbij teveel zaaizaad wordt gebruikt.
Overdrijf dus niet, teveel zaaizaad geeft zwakke
planten en extra kosten aan zaaizaad.
Op gronden met een slechte struktuur vertonen
wintergranen gemakkelijk fosfaatgebrek. Dit is
meer een kwestie van niet op kunnen nemen dan
een tekort aan fosfaat in de grond.
Het beste is deze kwaal te verhelpen door een
stikstofgift.
V
Abnormaliteiten stellen een landbouwer voor
problemen. Bij de aardappelbewaring in een koel
ruimte blijkt het moeilijker te zijn om in een
zachte winter de aardappelen kiemvrij te houden
dan in een strenge winter vorst vrij.
Het is ook mogelijk, dat de aardappelverbou
wer waakzamer is bij strenge vorst, dan tijdens
een zomerse winter.
De economie van een bedrijf is vergelijkbaar
met het raderwerk in een machine. Past het ene
tandwiel precies in het andere dan loopt de zaak
als gesmeerd.
Zo is het ook met bedrijfseconomie. De diverse
onderdelen van een bedrijf vormen samen een
eenheid. Verandering in een onderdeel brengt
onherroepelijk de overige bedrijfsonderdelen in
de war, wanneer deze niet mede aan de verande
ring worden aangepast.
V
Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.
Zo is het ook met de luzerneverbouwer, die bang
is om met de kromtandegge de luzernepercelen te
bewerken. Geef het gras geen kans, maar help de
luzerne zijn aartsvijand onschadelijk te maken.
De laatste jaren zijn er verschillende proeven
genomen met stikstofgiften in meerdere keren.
D.w.z. een gedeelte van de stikstof tegen de bloei.
In 1955 waren de resultaten, o.m. in de gewassen
blauwmaanzaad en wintertarwe, vrij gunstig.
In 1956 waren de meer opbrengsten aanmerke
lijk minder. In bepaalde gevallen kreeg men zelfs
een lagere opbrengst. Voor dit jaar kan deze me
thode niet meer dan „proefsgewijze" aangeraden
worden.
Jaarlijks worden vele percelen uien meer of
minder ernstig aangetast door de made van de
uienvlieg. Dit is zowel in zaaiuien als in plant-
uien schadelijk.
Een afdoende bestrijding voor zaaiuien is een
zaadbehandeling; voor plantuien kan beter een
grondbehandeling toegepast worden.
Zaaizaadontsmetting is dit jaar meer dan ooit
noodzakelijk. Er komen n.l. veel kiemschimmels
en fusarium op het zaaizaad voor.
De beste stelregel is: „Geen korrel onontsmet
de grond in
Een goede onkruideg is voor uw bedrijf onmis
baar. U kunt hiermee zeer veel onkruid vernieti
gen in erwten, bieten, blauwmaanzaad, stam- en
veldbonen en aardappelen. Tijdig eggen is nood
zakelijk.
V
Wilt U volgend jaar klaver hebben als hoofd
gewas, zaai dan inlands zaad. Is het de bedoeling
om de klaver te maaien als stoppelgewas of als
groenbemester onder te ploegen neem dan een
buitenlands ras. Het laatste zaad is gemakkelij
ker te krijgen en ook goedkoper. Ga in de rassen-
lijst na welke klaverrassen voor uw doel het
meest geschikt zijn.
Indien in een bietenland veel zaadonkruiden
worden verwacht, kan men kalkstikstof strooien
om de kiemende onkruiden te doden. In verband
met het gevaar voor kiembeschadiging de bieten
niet direkt zaaien, maar 4 5 dagen wachten
voor elke 100 kg. kalkstikstof, welke per ha is
aangewend. Bij voorkeur strooien wanneer de
grond enigszins vochtig, de temperatuur niet te
laag is en enkele dagèn droog weer te verwachten
zijn. De bemestingswaarde per 100 kg. kalkstik
stof is 15 kg. N.