DE STRUCTUUR VAN DE GROND 1172 toekomstverwachtingen VEE EN VLEES NIEUWE RASSEN IN RASSENLIJST VOOR FRUITGEWASSEN 1965 Korte wenken OUDERAVOND LAGERE LAND- EN TUINBOUWSCHOOL „DE KLUUT" TE ZIERIKZEE KALKTIPS UITSLAG PRAKTIJKPROEVEN WITLOF EXTRA VROEGE TREK Aanvoer organische stof. In welke vorm? ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD Persoonlijk zie ik niet zo enorm veel uitbreidings mogelijkheden in de toekomstige Nederlandse rundvleesproduktie. Aldus ir. J. A. P. Franke, direk- teur-generaal van de voedselvoorziening van het ministerie van Landbouw, in de ledenraadsvergade ring van de C-V.V. tijdens zijn inleiding over „onze vee- en vleesproblemen in het licht van de huidige internationale ontwikkeling" op donderdag 23 de cember jl. te Amsterdam. Ir. Franke zag, zeer bijzondere omstandigheden voorbehouden, in 1967 een vrije markt voor de vee- en vleesprodukten in de E.E.G. met alle konsekwen- ties vandien. Ongetwijfeld zal deze ontwikkeling van het grootste belang zijn voor die producenten die de beste kwaliteit te bieden hebben en het beste ge organiseerd zijn. Bij dit praktisch vrije verkeer en deze volledige vrijheid, het is reeds gebleken de laatste jaren bij het varkensvlees, is de kwaliteit, het prijspeil en het distributie-apparaat van uiter mate groot belang. Naar de mening van ir Franke zullen in het bijzonder voor Frankrijk bij verdere specialisatie de omstandigheden voor produktie van rundvlees gunstig zijn. Bij ons liggen de kansen meer in de sector van het kalfsvlees. Voor wat betreft de varkenssector wees ir. Francké er op dat door Nederland voornamelijk grondstoffen zijn geëxporteerd die in het buiten land verwerkt zijn door de verwerkende industrie aldaar. Te weinig aandacht is door ons besteed aan de export van de varkensvleeswaren zelf (behalve naar Engeland en Amerika) waardoor we in de JE.E.G. relatief zijn achter gebleven. Verwacht kan eehter worden, gezien de op te bouwen foeseher- mingsmnren, dat in de toekomst de vleeswaren- evport naar Engeland en Amerika terug zal lopen. De varkenssector biedt, naar ir. Franke meende, nog grote mogelijkheden, mits echter meer aan dacht besteed wordt aan de vleeswarenprodukten in de E.E.G. Mogelijkheden die er reeds lang waren en waarvan de Fransen in de afgelopen drie jaren reeds de kansen gegrepen hebben!! Willen wij niet achteraan komen dan zal zo snel mogelijk hieraan aandacht besteed moeten worden. Ook in de fokveeëxport, die dit jaar reeds een waarde van meer dan 50 miljoen gulden bereikt, zag ir. Franke toenemende mogelijkheden voor wis land. Niet alleen in Europa maar ook daarbuiten, in de ontwikkelingslanden. In de ochtendvergadering van de C.V.V. kwamen verschillende bestuurszaken aan de orde. Hiervan willen wjj slechts vermelden dat de heer P. W- C. van Westen - Oud Vossemeer, die als lid van het bestuur periodiek aftredend was, als zodanig her kozen werd. In de onlangs verschenen Rassenlijst voor Fruit gewassen 1965, waarvan wij kortgeleden de verschij ning reeds aankondigden, zijn verschillende nieuwe rassen opgenomen en beschreven: Odin en Ivette (appels), Précoce van Wilhelminadorp, Butirra, Mo- rettini, Santa Maria, Merton Pride en Bronskleurige Triomph de Vienne (peren). Kellerüs nr. 16 (kere), Flista, Repita en Revada (aardbeien) en Jochems Roem (framboos) enz. Ook komt in de rassenlijst de gedaalde belangstel ling tot uiting voor Jonathan, Lobo, Schweizer Oran- genapfel, Melrose en Megumi (appels), Malling Ex pleit èn Malling Jewel (frambozen), Rondom (rode bes), Goliath, Roodknop en Silvergieters Zwarte (zwarte bessen) enz. De 12e Rassenlijst voor Fruitgewassen is verkrijg baar bij het I. V. T. te Wageningen. Kosten 2, Girc Nr 93 54 77. Tf ARKEN SHOUDERS, iueest op uw hoede! Het mond- en klauwzeer breidt uit en dat betekentdat ook uw veestapel besmet kan wor den en u grote schade lijdt. U moet alles in het werk stellen om uitbreiding te voorkomen. Hoe- wel verspreiding van de smetstof op ■verschillen de manieren kan plaatsvinden, zijn menselijke con tacten dikwijls de oorzaak. Om het besmettings gevaar te beperken wordt van u als veehouder verwacht, dat u uw bedrijf zoveel mogelijk iso leert en niemand toelaat als dat niet beslist nood zakelijk is. Ook van de bezoeker mag worden ver langd, dat hij de gestelde voorschriften in acht neemt, zodat men hem nooit terecht kan verwij ten, dat hij de smetstof heeft overgebracht. OP de vraag of de spitmachine de ploeg kan vervangen kan nog geen duidelijk ant woord worden gegeven. Wel is spitten een maat regeldie op zware grond en onder moeilijke om standigheden het ploegen goed kan vervangen en daarom zeker uw aandacht verdient. Het voorkomt op dergelijke percelen structuurbederf door. slip pen van de trekker, terwijl het spitwerk veelal beter is dan ploegen. ll/f ELKKOEIEN houden op de gemengde be- drijven is een belangrijk onderdeel van het bedrijf waarom het noodzakelijk is te letten op de melkproduktie per koe. Dikwijls is de gemiddelde melkgift te laag en veroorzaakt door een paar slechte koeien. Het is veel beter deze verliesge vende dieren op te ruimen en te vervangen of desnoods maar een paar koeien minder te houden. Bekijk dit eens aan de hand van de afgesloten melklijsten. AP vrijdagavond 27 november j.l. had de eerste ouderavond plaats van de Lagere Land- en Tuinbouwschool „De Kluut" te Zierikzee. Om pl.m. 7.30 uur opende de voorzitter van de commissie van toezicht, de heer J. A. van Nieuwenhuijze, de bijeen komst en heette de talrijke aanwezige ouders, lera ren en commissieleden hartelijk welkom. Hij sprak er zijn vreugde over uit, dat zo velen aan de oproep gehoor hadden gegeven en gaf het woord aan de directeur, de heer Eveleens, om een en ander te vertellen over de inrichting van de nieuwe school. De heer Eveleens besprak eerst het verleden: de avondcursus voor een halve eeuw geleden met zijn vóór-, maar ook zijn nadelen. Daarna ging hij over naar de eerste lagere landbouwscholen met, zij het onvoldoende, dagonderwijs, waarna hij uitvoerig uiteenzette hoe de thans modern ingerichte Lagere Land- en Tuinbouwschool te Zierikzee functioneert. Met een opwekking aan de ouders om de belang stelling voor de school gaande te houden, beëindigde hij zij uiteenzetting. Na het gebruik van een kopje koffie was er ge legenheid om de prachtige school te bezichtigen. Hierna hielden de vaste leerkrachten ieder in een apart lokaal zitting om met de ouders het wel en wee van de pupillen te bespreken. Van deze gelegenheid werd zo enorm veel gebruik gemaakt, dat de voorzitter via het lestijdensignaal genoodzaakt was óm de mensen weer naar bóven te krijgen in de recreatiezaal. Met een kort woord, waarin hij dank bracht voor de belangstelling en de medewerking en vergeving vroeg voor nog enkele gemaakte regiefoutjes sloot hij de druk bezochte bijeenkomst. Magnesiumgebrek openbaart zich veelal in de gewassen die groeien op een grond met een te lage kalktoestand. De aanwending van een magnesiumhoudende kalkmeststof is in dat geval zeer zeker op zijn plaats. In deze tijd van het jaar worden veel uitsla gen van grondonderzoek naar de bedrijven ver zonden. Soms blijkt dat grote hoeveelheden kalk moeten worden gestrooid om de kalktoestand op peil te brengen. Schrik daarvoor niet terug en houdt U werkelijk aan het gegeven advies. Het is voordeliger om de toestand dii'ect en volledig op peil te brengen, dan nog enige tijd verder te sukkelen met te lage pH's, die on herroepelijk opbrengstdervingen geven. In de uitslag van het grondonderzoek worjit de benodigde hoeveelheid kalk - opgegeven in kg/ ha zuivere kalk (z.b.b.). Het gehalte van kalk- meststoffen wordt aangegeven in z.b.b. (zuur- bindende bestanddelen). Men moet dus omre kenen. Is het advies b.v. 600 kg/ha zuivere kalk en is het gehalte van de meststof 40 z.b.b., dan moet men 1500 kg/ha van deze meststof strooien. Vergeet men deze omrekening, dan geeft men veel te weinig kalk en komt de pH niet op peil. Onze gronden verliezen jaarlijks kalk door uitspoeling. Deze verliezen lopen naar gelang de grondsoort uitéén van 150 400 kg zuivere kalk per ha. Hierdoor zal de pH van de grond ge leidelijk dalen. Laat het nie„ zover komen aat de gewassen dit duidelijk laten zien, want dat kost opbrengst. Maakt er een gewoonte van om een geregelde onderhoudsbekalking toe te pas sen. Hierdoor blijft de pH op peil. In 1964 en 1965 werden praktijkproeven ge houden met witlof, waarbij de selecties zijn opgenomen in de extra vroege trek. De proe ven zijn genomen te Alkmaar, Broek op Langedijk en Wageningen. Aldus het I. V. T. te Wageningen. De beoordelingscommissie kwam tot de conclusie, dat van de 12 ingezon den selecties er 4 aanbevelenswaardig ge noemd konden worden voor de extra vroege trek. In alfabetische volgorde zijn deze selec ties: Nunhem's Activa Nunhem's Zaden N. V., Iiaelen (L.). Extra vroege mechelse PhilibertVol- werk, Sommelsdijk. Extra vroege mechelse D. v. d. Ploeg, Barendrecht. Extrema Rijk Zwaan, Rotterdam. Omschrijving ha droge org. stof in norm/ha aanvoer Hoofdgewas: Wintertarwe 12 2.200 26.400 .Zomergerst 4 1.400 5.600 Vlas 4 300 1.200 Jlrwten 4 500 2.000 •Graszaad 4 4.000 16.000 '^Aardappelen 4 1.500 6.000 Suikerbieten 8 1.000 8.000 Sub-totaal 40 65.200 Stoppelgewas/ bijprod. Klaver (matig) 8 3.500 28.000 Wikken (goed) 4 3.400 13.600 Suikerbietenloof met kop 8 5.000 40.000 Sub-totaal 20 81.600 Totaal 146.800 1.630 2.040 3.670 Uit de balans blijkt dat de aanvoer door de wortel- en stoppelresten van de hoofdgewassen 1630 kg/ha bedraagt. (Vervolg van pag. 1171.) Met de groenbemesting en het kop en blad van de suikerbieten wordt gemiddeld 2040 kg/ha (gerekend over 40 ha) aangevoerd, zodat het totaal op 3670 kg/ha komt. Deze hoeveelheid kan als „goed" worden aangemerkt. Om in de behoefte aan organische stof te voor zien zijn er verschillende mogelijkheden. Zoals reeds uit de voorbeeldbalans is gebleken leveren de restanten van de hoofdgewassen al een be langrijke bijdrage. Aanvulling hierop, in welke vorm dan ook, zal in alle normale gevallen nodig zijn. De keuze, die we hierbij maken, is belangrijk genoeg om er niet te licht over te denken. De voortbrengingskosten van de organische stof spe len hierbij een voorname rol. Meestal zal dit tót gevolg hebben, dat in de teelt van groenbemes- tingsgewassen een voldoende grote en niet te dure voorziening wordt gevonden. Hierbij gaat het er om, dat we de verschillende belangen zo goed mogelijk tegen elkaar afwegen. Dit be tekent niet alleen een streven naar hoge op brengsten van de hoofdgewassen, maar tevens het telen van goed geslaagde groenbemesters. De hele bedrijfsvoering moet dus hierop gericht zijn. Behalve de aanvoer met groenbemesting kun nen we ook geheel of gedeeltelijk gebruik ma ken van andere mogelijkheden, zoals bijv. stal mest, stro, compost, cacaoafvalkalk. Dit alles is een kwestie van behoefte, kosten en mogelijk heden, die voor elk bedrijf verschillend kunnen zijn. In de meeste gevallen zal aankoop van deze produkten (zeker de laatste 2) het geval zijn. Vóór hiertoe besloten wordt, dienen we ons ech ter af te vragen of de mogelijkheden van voor ziening binnt het bedrijf voldoende zijn uit gebuit. Dikwijls zal dan blijken dat aanvulling van de benodigde hoeveelheid organische stof op een voordelige manier kan plaats vinden door de teelt van groenbemestingsgewassen. Bovendien geeft groenbemesting bedekking van de grond in de nazomer en herfst, terwijl het met rust laten van de grond ook gun^Lig werkt. Dit aspekt waarop we nu niet verder zullen ingaan, speelt ook een belangrijke rol bij de teelt van graszaad en luzerne. Tenslotte: Alle maatregelen die ten doel heb ben struktuur en vruchtbaarheid van de grond in stand te houden of te verbeteren, zullen hun rente afwerpen in de vorm van goede opbreng sten. Kalk en organische stof zijn twee belang rijke pilaren die stevig gefundeerd moeten zijn.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1965 | | pagina 12