a
Deze week.
ONS COMMENTAAR
(Vervolg van pagina 1)
steld mag worden met het inkomen van een zelf
standige. Die moet veelal een bedrijf voeren en
modern houden, de risico's hiervoor dragen en
voorts een aantal sociale maatregelen, waaronder
de oudedagsvoorziening, zelf treffen. De aankon
diging van deze studie lijkt dan ook voor de land
en tuinbouw een belangrijke zaak.
Uit de mededeling van de Minister van Finan
ciën valt evenwel niet op te maken in hoeverre deze
verhouding loontrekkendezelfstandige in de
andere E. E. G-landen onderdeel van deze studie
zal uitmaken.
Het hoeft geen betoog hoezeer juist ook op deze
Wik over de nauwe landsgrens moet worden aan
gedrongen.
De geheel andere belastingstructuur voor het
land- en tuinbouwbedrijf in de overige E. E. G.-lan
den betekent voor de Nederlandse boer en tuin
der een zodanige concurrentie dat de gedachte
aan gelijke kansen in de E.E.G. naar het rijk der
fabelen moet worden verwezen. Afgezien hiervan
zal men, evenmin als bij de B.T.W. het geval was,
niet voorbij kunnen gaan aan de noodzaak van
harmonisatie die de E. E. G. nu eenmaal meebrengt.
Wat ons huiverig maakt is het feit dat het hier
een studie betreft. Wordt er eerst een tijdlang op
de ongelijkheid gestudeerd om dan pas eens over
maatregelen te gaan denken?
("WERIGENS is het verwonderlijk dat de Minis-
ter van Landbouw in zijn Memorie van Toe
lichting over deze voorgenomen studie niets ver
meldt. Het argument dat belastingkwesties het ter
rein van de Minister van Financiën zijn gaat, dach
ten wij, nauwelijks op. Dit gezien de specifieke
problematiek der zelfstandigen die hier aan de orde
wordt gesteld. Bovendien, deze zaak moet toch ook
voor de Minister van Landbouw wel een hoge ur
gentie hebben, zijn .verantwoordelijkheid" voor
de toekomst van het land- en tuinbouwbedrijf in
aanmerking nemende. Laten we hopen dat „Land
bouw" in deze studie wel zijn inbreng zal geven
en op grote spoed zal aandringen. Dat is hard
nodig!
AKKERBOUW OF VEEHOUDERIJ
[~\E ministers van landbouw in de E. E. G. zijn
weer bijeen geweest. Hoewel op het mo
ment dat we deze regels schrijven nog niets over
dit beraad bekend is, zal er nog wel geen gesprek
over de prijzen zijn geweest. Dit overleg over de
prijzen moet dan wel in één der volgende bijeen
komsten plaatsvinden.
Over het standpunt van het bedrijfsleven ten
aanzien van de noodzaak van de verhoging der
akkerbouwprijzen kan moeilijk verschil van me
ning bestaan, zeker ook na het uitblijven van de
verhoging van de tarweprijs vorig jaar. Daarnaast
zal een blik op de rentabiliteitscijfers voldoende
zijn om deze noodzaak van aanpassing der graan
prijzen te onderstrepen. Ook op de situatie der
„kleinere" produkten moet bij herhaling met grote
klem worden gewezen.
Terecht maakt men zich in veehouderijkring in
ons land bezorgd over de aantrekkelijkheid van de
veehouderij voor de akkerbouwers; niet alleen in
Nederland maar vooral ook in de overige E. E. G.-
landen! Indien een goede aanpassing van het akfcai»»
bouwbeleid zou uitblijven is deze omschakeling
niet denkbeeldig. Minister Lardinois waarschuwde
onlangs voor omschakeling van de akkerbouwer op
de rundveehouderij. Hij &an gelukkig meehelpen
dit te voorkomen!
FRUITTEELT
f)E fruitteelt is een bedrijfstak, waarvoor wel
in het bijzonder geldt, dat men op dit mo
ment door een dieptepunt gaat. De stemming on
der de fruittelers (trouwens niet alleen onder deze
ondernemers) is navenant. Het feit dat steeds meer
bedrijven, die bij eerlijk spel in de E. E. G. een goe
de concurrentiekracht zouden hebben, in moeilijk
heden komen doet de noodzaak van overbruggings
maatregelen steeds meer toenemen.
De gedachten omtrent het vinden van fondsen
voor deze overbruggingsmaatregelen die onder de
telers wel gehoord worden, zouden hoge Haagse
ambtenaren van schrik doen opspringen. Hoewel
dat laatste wel eens nodig lijkt, willen wij ons
desondanks beperken door te wijzen op de moge
lijkheid het Borgstellingsfonds een andere taak te
geven.
Wat minder tijd kost is uit het Ontwikkelings
fonds putten. De vraag is dan welke maatregel
in deze situatie geëigend zou zijn. Wij vragen ons
af of er naast de sanering van oude boomgaar
den (moet dit trouwens niet op Europees niveau
gebeuren?) niet een verlichting van de inves-
teringslast mogelijk is voor de bedrijven die in bij
voorbeeld de laatste 10 jaar hebben geïnvesteerd.
Laat men er in Den Haag eens goed en snel
over denken. Aan „Principiën-Reiterei" hebben we
ïn noodsituaties niets. Pr.
VERGADERING ZEEUWSE PROVINCIALE RAAD VOOR DE BEDRIJFSONTWIKKELING IN
DE LANDBOUW
De 38e vergadering van de Provinciale Raad voor
de Bedrijfsontwikkeling zal in de geschiedenis van
de Raad voortleven als een van een bijzonder karak
ter. Zij werd namelijk goeddeels besteed aan een
gesprek met prof. dr. ir. J. F. van Riemsdijk over het
door hem voorgestane stelsel van verlaagde prijzen
FINANCIËLE POSITIE ZELFSTANDIGEN
Meermalen is in deze kolommen gewezen op
de noodzaak boeren, tuinders en andere zelfstan
digen verlichting van belastingen toe te staan. Men
fs op het eerste gezicht dan wel aangenaam ver
rast door de verklaring dat de verhouding van de
positie van zelfstandigen tot die van loontrekken-
den de „bijzondere aandacht" van het kabinet zal
krijgen. Maar eerst moet nog onderzocht worden
of er wel van een onevenwichtigheid in de behande
ling van beide groepen door de belastingdienst
6prake isl
Waarom er apart bij gezegd wordt, dat ook de
zelfstandigen in de land- en tuinbouw in deze studie
worden betrokken begrijpen wij niet. Zijn boeren
en tuinders misschien een bijzonder soort zelfstan
digen en spreekt het niet vanzelf dat deze er ook
bij horen?
Str.
ONEVENWICHTIG VOORZICHTIG
Dit jaar is voor het eerst de meerjarenplanning
In de miljoenennota opgenomen. Daar is al eens
vaker over gesproken, maar nu zijn er ditmaal
bepaalde cijfers genoemd. Het betreft enerzijds
uitgaven die op basis van het salarispeil mei 1968
nu al vastgesteld zijn voor 1969, 1970 en 1971. In
deze lijst staat wat Landbouw en Visserij betreft
het landbouwonderwijs voor resp. 161, 175 en 182
miljoen gulden. Anderzijds heeft men voor andere
moeilijker grijpbare posten ramingen gemaakt, o.a.
wat het tekort, op het L. E. F. betreft resp. 242,
325 en 325 miljoen gulden.
Wat te zeggen van de positie van de landbouw
In deze voorzichtige-begroting-voor-een-evenwich-
tige groei? Hoe graag hadden wij gezien dat het
kabinet met evenveel stelligheid als b.v. vóór de
ombudsman zich had uitgesproken voor lastenver
lichting voor zelfstandigen, dus zonder vooraf
gaande studie. Hoe graag hadden wij dit punt op
één lijn gesteld gezien met de belastingverlaging
aan de voet of de belasting-aanpassing. Waarom
geen woord van begrip, laat staan maatregelen,
met betrekking tot het concurrentienadeel voor Ne
derlandse boeren en tuinders in de E. E. G., wat
belastingen en sociale voorzieningen aangaat?
We vinden het kabinet wat al te voorzichtig. En
als de vakcentralen zich beklagen over oneven
wichtigheid ten nadele van de werknemers, dan
hebben de kleinere zelfstandige ondernemers daar
minstens evenveel recht toe!
Str.
van de produkten met ha-toeslagen ter kompensatie
van het verlaagde inkomen voor de boer. Niet zozeer
omdat de Raad het tot zijn taak rekent zich met het
prijsbeleid bezig te houden, veel meer om een goed
inzicht te krijgen in deze ingewikkelde materie. Daar
aan voldeed de gedachtenwisseling ruimschoots. Er
werden nogal vraagtekens geplaatst achter de prak
tische uitvoerbaarheid van het door de hoogleraar
gepropageerde systeem; in die eerste plaats met be
trekking tot de werkgelegenheid voor hen die de
landbouw verlaten. Eén van de doeleinden van het
toeslagenstelsel is namelijk 't vertrek uit de landbouw
te bevorderen ter verbetering van de struktuur van
de overblijvende bedrijven. Daarom zouden dan ook
de toeslagen in beginsel slechts voor de huidige boe-
rengeneratie gelden. Voorts werd de bereidheid in
twijfel getrokken tot het financieren van het hoge be
drag dat de toeslagen zullen vergen nu de bereidheid
tot de financiering yan overschotten weerstanden
ontmoet. Ook het neveneffekt van de daling van de
hogere arbeidsinkomens, zoals uit de getoonde gra
fieken bleek, werd ongunstig geacht omdiat hiermede
feitelijk goed ondernemerschap wordt gestraft.
De Raad was verheugd dat prof. Van Riemsdijk
T\E miljoenennota is verschenen en de Minis-
ter van Financiën heeft zijn visie gegeven
op het wel en wee dat in 1969 het Nederlandse
volk te wachten staat. Hij was bepaald niet pessi
mistisch. Reeds eerder had de president van de
Nederlandse Bankprofessor Jelle Zijlstra, zijn
mening bekend gemaakt. Het lopende jaar is een
stap gezet op de weg naar economisch evenwicht.
Een overschot op de betalingsbalans lijkt waar
schijnlijk. De ontwikkelingen zijn gunstiger dan
aanvankelijk werd verwacht.
De beurs was reeds vooruitgelopen op deze me
dedelingen van onze voornaamste financiële ex
perts. Dit viel af te leiden uit de koersen van de
effecten. Deze bewegen zich ongeveer op het hoog
ste punt van de laatste 10 jaren. En de beurs heeft
een goede neus!
Uit het saldo dat de begroting voor 1969 aan
geeft zou de leek niet direct een gunstige verwach
ting afleiden. Het begrotingstekort bedraagt n.l.
2.540.000.000, dit is kort gezegd 21/!miljard of on
geveer 10 van de ontvangsten van de Staat in
1969, die 23 f2 miljard bedragen.
2NDIEN U zich afvraagt waar dit geld van
daan komt geeft de begroting daar ook ant-
woord op. Het kan interessant zijn
dit te
weten
en daarom de cijfers (in miljoenen guldens)
Omzetbelasting
5.450
Loonbelasting
5.175
Inkomstenbelasting
5.000
Vennootschapsbelasting
2.475
Benzineaccijns
1.325
Tabaksaccijns
960
Invoerrechten
860
Motorrijtuigenbelasting
580
Bier, wijn, alcohol
530
Dividendbelasting
385
bereid was geweest in zijn midden te verkeren, en
bracht zijn waardering hiervoor tot uitdrukking door
het aanbieden van het boekwerk „Van nabij en verre",
door de voorzitter.
Rentabiliteit landbouwvoorlichting. In vijf gemeen
ten in Michigan werkte gedurende vijf jaar slechts
één voorlichter per 100 boeren, terwijl dit in vijf kon-
trole-gemeenten slechts één op de ca. 1000 boeren
was. Deze extra voorlichting kostte 117 per bedrijf
per jaar. Hierdoor steeg in de experimentele dorpen
gedurende de proefperiode het netto inkomen per be
drijf per jaar met 312 meer dan in de kontrole-
dorpen. Gedurende de proefperiode zijn deze verschil
len regelmatig gestegen, totdat zij het laatste jaar
708 per bedrijf bedroegen.
Deze publikatie die in het Landbouwkundig Tijdr
schrift van augustus j.l. verscheen trof de Raad bij
zonder, vooral nu een verdere beperking van het
voorlichtingsapparaat hier te lande in het voornemen
ligt. Opgemerkt werd dat het belangwekkend zou zijn
in ons land een soortgelijk vergelijkend onderzoek uit
te voeren.
Borgstellingsfondsaangelegenheden. In de Borgstel-
lingsfondskommissie uit de Raad werden 10 aanvra
gen behandeld, waarvan evenwel slechts 4 tot een
bedrag van 60.000 werden goedgekeurd en bijge
volg 6 aanvragen werden afgewezen.
Verbruiksbelasting personenauto's 300
Vermogensbelasting295
Registratie- en zegelrecht285
Ulieacdjns279
Successierecht235
Suiker accijns105
Diversen90
Achter elk genoemd getal moeten dus zes nul
len gedacht worden. Op belastinggebied is er niet
veel soulaas te verwachten.
De B. T. W. treedt per 1 januari in werking en
deze belasting wordt meteen de koploper wat de
opbrengst betreft. Voorts komt er per 111969
een verlaging van inkomstenbelasting voor de
lagere inkomens.
£EN van de belangrijkste mededelingen vin
den wij wel dat de totale belastingdruk stijgt
tot 28,1 van het nationaal inkomen. Een verdere
stijging van de druk in de komende jaren ligt in
de lijn der verwachtingen.
Wij behoeven ons dus geen illusies te maken!
Wat met de ene hand wordt gegeven zal met de
andere worden teruggenomen. Het totaal beno
digde moet er komen en het totaal bedrag stijgt
jaar voor jaar.
Men vraagt zich af hoe lang dit kan blijven
voortgaan. Er zijn inderdaad gigantische taken,
die van enorme betekenis zijn voor ons volksleven.
Onderwijs vraagt 6,7 miljard, sociale voorzieningen
3,2 miljard, verkeer en waterstaat 2,6 miljard,
volkshuisvesting 2,4 miljard enz. Het is prachtig
wat er zp al gebeurt maar alles moet ook worden
opgebracht! En wat voor elke huishouding geldt,
geldt ook voor onze volkshuisvesting, het uitgaven-
peil kan ook te hoog worden opgevoerd!
PA AU WE.