Bietenrooien
inklusief
of exklusief?
I
i
r
1=
t:
t
Welk
bietenrooi-
systeem
8
It. J. A. HOENDERKEN
R.L.V.D., Goes
IN de „Plattelands Post" van 5 september 1968 geeft de heer D. Hartmans van
het CERBE-POC enkele overpeinzingen omtrent de bietenoogst weer in het
artikel: „Over enige weken begint de strijd". Naar aanleiding hiervan wil ik het
volgende opmerken
In het artikel geeft hij twee tabellen, waarvan ik een diqel heb overgenomen.
Leeggew. (gem)
der eenheden:
rooimachine
trekker
lader trekker
trekker wagen
Af te leggen meters
rooien
laden
totaal
Eénrijig
rooien met
verzamel
bak
(1500 kg)
1500 kg
1800 kg
Twee-
rijig
rooien
op
wagen
1700 kg
1800 kg
Zesrijig Frans
systeem
1200 kg 900 kg
2500 kg 2500 kg
3000 kg
3000 kg
3000 kg
per ha (exklusief draaien, verwisselen, etc.)
20.000 m 10.000 m 3.400 m
10.000 m 3.400 m
20.000 m 20.000 m 6.800 m
Zesrijig
Nederl.
systeem
2900 kg
3000 kg
3000 kg
3.400 m
1.700 m
5.100 m
In deze tabel wordt dus het aantal meters per ha exklusief draaien, verwisselen
etc, weergegeven. Waarom nu dit? Juist door het exklusieve inklusief te maken,
krijgt u een meer juiste indruk van het systeem.
Ik heb mij dan ook de vraag gesteld welke afstanden met welke gewichten
moeten er op het perceel gereden worden voordat het klaar ligt om te ploegen.
Hiervoor heb ik een modellenstudie gemaakt, waarbij van de volgende punten
is uitgegaan:
1. Er is uitgegaan van 2 perceelslengten: 300 m en 400 m;
2. Beide kopeinden zijn gerooid ter breedte van 12.5 m;
3. Rijenafstand is 50 cm;
4. Op de kopeinden wordt behalve bij het 6-rijig Nederlands systeem gem. 25 m
gereden;
5. De inhoud van de verzamelbak op de 1-rijige rooier is 1500 kg, resp. 2250 kg;
6. De wagens kunnen 5000 kg bieten (bruto) meenemen;
7. Het perceel is slechts aan 1 zijde bereikbaar;
8. Het blad wordt, waar nodig, mechanisch verspreid.
Bruto-opbrengst 50 ton
c
4)
CC
N
X
C
t—i
1-rijige rooier
met verz.bak 1500
id. 2250
id. 1500
id. 2250
2-r. wagenrooier 5000
id. 5000
6-r. Fr. systeem 5000
id. 5000
6-r. Ned. systeem 5000
id. 5000
txo
c
o>
O.
CO
cö
W1
B
CU (1)
300
300
400
400
600
900
600
900
300 1000
400 1000
300
400
300
400
Af te leggen m/ha voor
c
o.
o
335 3.600
335 3.600
170
170
o
21.900
21.900
21.600
21.600
11.000
10.800
3.600
3.600
3.400
3.400
-o
►J
3.600
3.600
1.800
1.800
cc
c
a
PQ
7.400
13.800
14.200
6.300
7.300
4.600
5.500
3.600
3.600
1.800
1.800
«8
X
■V.
S
c
21.900
21.900
29.000
21.600
24.800
25.000
20.700
21.700
11.600
12.500
Namen wij in de nummers van 16, 23 en 30
augustus een drietal artikelen over bietenrooi-
systemen en transportmogelijkheden op, deze week
willen wij aan de hand van een artikel uit „Be
drijfsvoorlichting" Zuid-Holland, geschreven door
de heer J. Hop van het R. L. C. Dordrecht nog
maals op deze zaken terugkomen.
Welk bietenrooisysteem
BIJ de oogst van suikerbieten voltrekken zich
revolutionaire veranderingen. Was het tot
voor kort zo dat de bieten werden gerooid met de
eenrijige wagenrooier of bunkerrooier, de laatste
2 jaar maakt naast het zesryige Volvo- ook het
Franse zesrijige systeem een grote opmars.
Behalve over de technische kwaliteiten van de
machine wordt er momenteel veel gesproken over
de organisatorische en economische kanten van de
diverse systemen, zoals het aantal oogstbare da
gen, machinecapaciteit, produktie per man en kos
ten per ha. Teneinde enigermate een lyn te kun
nen aangeven voor het meer of minder aantrek
kelijk zijn van een bepaald systeem werd een aan
tal berekeningen utigevoerd. Vergeleken werden
de volgende systemen:
zesrijige Franse systeem (3 werkgangen, ont-
bladermachine)
zesrijige Volvo systeem (2 werkgangen);
tweerijige wagenrooier;
eenrijige rooier met verzamelbak op de trek
ker;
eenryige bunkerrooier.
De uitgangspunten
VOOR de vergelijking van vaste uitgangspun
ten, te weten:
r- maximaal 15 oogstbare dagen (Volvosysteem
20 dagen);
werkdagen van netto 8 uur;
opbrengst per ha 50 ton;
perceelslengte maximaal 250 m (voor bunker-
rooier);
- laadcapaciteit per wagenvracht netto 4 ton;
transportsneliheid tussen perceel en opslag ge
middeld 8 kan/uur;
De 6-rijige systemen behoeven per ha per machine veel minder meters
af te leggen en zal daardoor een grote kapaciieit hebben, hetgeen gun
stig is voor de loonwerker.
De boer echter zal er rekening mee moeten houden dat in totaal een
ongeveer even grote afstand met gemiddeld ongeveer het gelijke gewicht
over het veld moet worden gesleept, alvorens het perceel geploegd kan
worden. Een uitzondering moet gemaakt worden ten aanzien van het
zesrijige Nederlandse systeem, dat een gunstige uitzondering maakt.
Tenslotte hoop ik in dit artikel duidelijk te hebben gemaakt dat de
verschillen tussen inklusief en exklusief aanzienlijk zijn.
Tabel 1.
