Topdrukte door verlate oogst.. De Staat het haasje Drie alternatieven voor Grevelingen zegge en schrijve zuidelijke landbouw maatschappij <S^<r X) x Wildschade Konsekwenties Grevelingen VRIJDAG 21 OKTOBER 1983 68e JAARGANG NO. 3703 land- en tuinbouwblad z.l.m Er is de laatste weken zeer veel gebeurd op het akkerbouwbedrijf. Doordat veelal erg laat gezaaid en gepoot was, werd het oogsten van aardappels, uien en suikerbieten ook verlaat. Tevens moest worden geploegd en wintertarwe worden gezaaid. Door het gunstige weer in de eerste helft van oktober kon er echter vlot worden gewerkt en daar werd terdege gebruik van gemaakt. Na een periode van redelijk goed oogstweer zijn sinds het weekeinde de werkzaamheden op het land in ons werk gebied vrijwel tot stilstand gekomen. Vooral voor hen die nog aardappelen in de grond hebben is dat een span nende ontwikkeling. In deze tijd van het jaar nemen de' risiko's immers zeer snel toe. Veel aardappeltelers heb ben meer risiko moeten nemen dan ze lief is maar de omstandigheden maakten vrijwel geen andere keuze mogelijk. Ik schat dat er in het zuidwesten - afhankelijk van het gebied - gemiddeld nog tien twintig procent van de aardappelen in de grond zit. Een heel kapitaal. Het is te hopen dat ook deze aardappelen snel geborgen kunnen worden. Onlangs heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in een tweetal wildschadeprocedures die de Z.L.M. via de be treffende leden heeft gevoerd tegen de Staat der Neder landen. In deze procedures ging het om de vraag wie aansprakelijk is voor de schade aangericht door wild af komstig uit beheersgebieden en/of reservaten waarin niet of slechts beperkt gejaagd wordt. De kantonrechter heeft nu uitgesproken dat de beheerder van het betref fende gebied in beginsel voor deze schade aansprakelijk is. Omdat de Staat in beide procedures als beheerder te boek stond is de Staat het haasje. Uit deze principiële uitspraak van de kantonrechter blijkt zonneklaar dat ook de Staat zich aan de wet dient te houden. In deze gevallen gaat het vooral om artikel 45 van de jachtwet waarin staat dat iedere jachthouder verplicht is datgene te doen wat nodig is om schade door in zijn jachtveld aanwezig wild te voorkomen. De kantonrechter heeft nu dus uitdrukkelijk uitgesproken dat deze verplichting ook voor beheers- en reservaatsgebieden onverkort van toepassing is. De stel- ling van de Staat dat de omliggende boeren in dergelijke gevallen hun eigen jachthouder aansprakelijk moeten stellen gaat volgens de kantonrechter niet op. De be heerder van het beheersgebied moet zélf maatregelen nemen om schade bij derden te voorkomen. Zo niet dan is de beheerder aansprakelijk. De kantonrechter geeft in zijn uitspraak ook aan dat de aansprakelijkheid van de be heerder afhankelijk is van de omstandigheden: in het geval waar de schade veroorzaakt was door reewild moet de Staat als beheerder de volledige schade betalen omdat reewild in dit betreffende gebied vreemd is en daar dus niet thuis hoort. In het geval waar het ging om schade door houtduiven bepaalde de kantonrechter dat de Staat als beheerder aansprakelijk is voor de bovennormale - c.q. meerschade. Het is duidelijk dat over het bepalen van deze bovennormale schade in de toekomst nog veel te doen zal zijn. De konsekwentie van de bovenvermelde procedures is in ieder geval dat er nu duidelijkheid is over de wildschade vanuit reservaats- en beheersgebieden. De beheerders In een reaktie op de koncept-nota "Grevelingen zout- zoet" dringen gedeputeerde staten van Zeeland er bij rijkswaterstaat op aan terwille van een goede besluitvor ming over de Grevelingen in de definitieve nota meer duidelijkheid te verschaffen over de kosten van de alter natieven, de baten voor de landbouw en de kwaliteit van het water uit het Zoommeer. Zij hebben nog geen keuze gemaakt uit de drie alternatieven: zoet, zout of zout met een pijpleiding voor de zoetwatervoorziening van de landbouw op Schouwen-Duiveland vanuit het Zoom meer. Wel merken gs in hun brief op dat het alternatief met de pijpleiding het in zich heeft de tegenstrijdige be langen van landbouw, visserij, ecologie, waterhuishou ding en rekreatie te bundelen. Bij een keuze voor een zoete of zoute Grevelingen zonder meer zullen deze be langen met elkaar in botsing komen. Overigens dient volgens gs in de studie een zoete Grevelingen als refe rentie-alternatief te worden genomen in plaats van een zoute Grevelingen: het oorspronkelijke Deltaplan voor zag in afsluiting van de Grevelingen waardoor het water zou verzoeten. Om -in de diskussie over de Grevelingen te kunnen kiezen uit drie volwaardige alternatieven zal rijkswaterstaat in de definitieve nota moeten aangeven wie de kosten van een bepaald alternatief moet dragen. Gs gaan ervan uit dat de alternatieven zout en zoet voor rekening van het rijk komen. Zij baseren dit op de koncept-nota "De wa terhuishouding van Nederland". In deze nota stelt rijks waterstaat dat de Grevelingen oilderdeel is van het wa terhuishoudkundig hoofdsysteem. Voor de wateren in dit systeem is het rijk volgens deze nota verantwoordelijk, ook in financieel opzicht. Deze lijn doortrekkend zou het rijk volgens gs ook de verantwoordelijkheid moeten dra gen voor het alternatief met de pijpleiding. Verder vragen gs zich af of de baten voor de landbouw van een zoete Grevelingen niet te laag zijn ingeschat. Het bevreemdt hen dat vanuit de landbouwsektor heel andere baten zijn aangegeven dan in de konceptnota. Ook is niet duidelijk of de baten voor de landbouw en de visserij op dezelfde wijze zijn berekend. Eveneens zetten gs vraagtekens bij de kwaliteit van het water dat in het alternatief met de pijpleiding uit het Zoommeer naar Schouwen-Duiveland wordt gevoerd, zeker als de inlaat in de Krammer komt. zullen nu passende maatregelen moeten nemen om de wildschade bij derden tenminste binnen de normale per ken te houden. Zo niet dan is de beherende instantie aansprakelijk. De verantwoordelijkheid ligt daarmee ten minste waar die hoort. De overheid heeft ons altijd graag laten geloven dat het uitsluitend de boer is die preven tieve maatregelen moet nemen. Dat sprookje is hiermee uit. De vraag doet zich nu voor of een beherende instantie nu ook gedwongen kan worden te grote populaties van schadelijk wild tot meer aanvaardbare proporties terug te brengen. Volgens mij rs dit inderdaad de rechtstreekse konsekwentie van de uitspraak van de kantonrechter. De Staat als beheerder inmiddels kennende neem ik echter aan dat daarvoor nog wel een procedure nodig zal zijn. Het jachtseizoen is nog maar pas geopend Het kollege van Gedeputeerde Staten van Zeeland heeft deze week zijn voorlopig standpunt bekendgemaakt met betrekking tot de Grevelingen. Het kollege heeft zich blijkens dit standpunt niet van de wijs laten brengen en gekonstateerd dat een zoete Grevelingen vanuit het be leid gezien altijd het uitgangspunt is geweest en nog steeds is. Voor welk ander plan dan ook dienen er der halve eerst garanties te komen met betrekking tot zowel de kosten van de uitvoering als de kwaliteit en de kwan titeit van het water dat ter beschikking komt. Het woord is nu weer aan Rijkswaterstaat. Oggel

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 1