De maand juni op het zuidwestelijk veehouderijbedrijf
Ook in de schapenhouderij is
graslandgebruik belangrijk
Bestrijd vliegen tijdig
DLT
De geboorte van het kalf,
geduld en zorgvuldigheid
SCHAPENHOUDERIJ
VARKENSHOUDERIJ
Fusie KI en stamboek
in varkenshouderij
Houd de afkalfstal schoon en ont
smet deze na gebruik. Dit kan kal-
verziekten en witvuilers voorkomen.
Ontsmet het achterstel van de kal
vende koe bijvoorbeeld met een cito-
pogeenoplossing (dit is verkrijgbaar
bij uw dierenarts).
Normaal komt eerst de waterblaas.
Wanneer vier uur nadat deze is stuk
gegaan nog niets van het kalf zicht
baar is, dan is er iets niet in orde.
Voel met schone handen en armen
voorzichtig hoe het kalf ligt. Als dat
niet normaal is en u vertrouwt het
niet om het kalf zelf goed te leggen,
laat dan zo snel mogelijk de diere
narts komen. Heb geduld! Er moet
voldoende tijd worden gegeven voor
het natuurlijk geboorteproces.
Bij normale ligging niet eerder trek
ken dan wanneer de neus van het
kalf zichtbaar is. Als het kalf achter
stevoren ligt moeten de achterpoten
tot halverwege de pijp zichtbaar zijn
voordat u trekt. Forceer de geboorte
niet! Trek als de koe perst en het
kalf goed ligt. Trek in de richting
van het uier. Vang het kalf op in
schoon stro. Verwijder met schone,
ontsmette handen slijm uit neus en
bek van het kalf en wrijf het droog.
Ontsmet de navelstreng met jodium-
tinctuur (oplossing 10%). Als het
kalf erg flauw is, houd het dan ca. 1
minuut aan de achterpoten omhoog
en giet koud water over het kalf.
Biest moet!
Geef het kalf direkt na de geboorte
zo mogelijk 1,5 liter biest. Geef mi
nimaal drie dagen lang biestmelk.
Op de vierde dag kan overgegaan
worden op kunstmelk 4a 5 liter per
dag. Geef biest steeds in vooraf goed
schoongemaakt drinkgerei.
Weideperiode
Ook in de weideperiode hebben kal
veren aandacht nodig. Wormen lig
gen op de loer...
Maagdarmwormen kunnen kalveren
in een zeer slechte konditie brengen
en de ontwikkeling van de dieren
sterk afremmen. Een lichte worm
besmetting is goed, want het kalf
bouwt dan een weerstand op. Maar
als het kalf onder de wormen komt
te zitten is het niet best. Zorg voor
voldoende immuniteitsopbouw in
het eerste jaar.
Om ernstige maagdarmworminfek-
ties te voorkomen is het raadzaam
de volgende richtlijnen in acht te ne
men: Laat de kalveren weiden op et-
groen. Houdt kalveren die jonger
zijn dan 3 maanden binnen. Laat de
kalveren niet langer dan 14 dagen op
hetzelfde perceel lopen om besmet
ting te voorkomen. Weiden op et-
groen bevordert ook de grasopname
en dus de groei van de kalveren, ter
wijl er dan weinig krachtvoer nodig
Kalveren hebben aandacht nodig, rondom de geboorte, tijdens de opfok en in de weideperiode.
is. Een vaste kalverweide voor het
hele jaar is uit den boze! Bij goed
omweiden zorgt u voor een goede
groei en voldoende immuniteit.
Bij een hoge veebezetting is het wei
den van kalveren op etgroen na half
augustus meestal niet meer moge
lijk. De dieren kunnen dan het best
opgestald worden, ze hebben dan al
voldoende immuniteit opgebouwd.
De kalveren kunnen ook naar gras
land dat vooraf beweid is door ander
vee. Raadzaam is om in zo'n situatie
de kalveren niet vaker dan één keer
per jaar (maximaal 10 tot 14 dagen)
te laten weiden op het zelfde perceel.
Zorg voor voldoende en goed weide-
gras en laat de mest regelmatig on
derzoeken op wormeieren. Eenmalig
mestonderzoek heeft weinig zin, om
dat dit onvoldoende inzicht geeft in
Goed grasland en goede grasgroei zijn belangrijke zaken ook in de
schapenhouderij. Lammeren willen snel groeien wanneer ze goed
gras kunnen opnemen. Onder goed gras verstaan we dan jong gras
dat niet te lang is, terwijl de grasmat moet bestaan uit goede gras
soorten zoals de raaigrassen, veldbeemd etc. Wanneer men een goed
graslandgebruik heeft, kan men de totale voerkosten, een van de be
langrijkste kostenposten, zo laag mogelijk houden.
Om het gras optimaal te benutten
moet men enkele regels in acht
nemen:
Laat de ooien met lammeren zoveel
mogelijk jong gras eten. Dus: op tijd
inscharen.
Probeer een goed beweidingsschema
op te stellen, waardoor omweiden
om de 7-9 dagen te realiseren valt.
Legt vast hoe de beweiding verloopt
m.b.v. een graslandkalender. Aan
het eind van het weideseizoen is dan
te zien op welk perceel en in welke
periode u in de knel kwam met een
goede beweiding.
Voor de voederwinning moet het
gras op tijd gemaaid worden en dat
geldt ook voor de dijken. Wanneer
het gras te lang wordt, daalt de voe-
derwaarde van het gewonnen hooi.
De hergroei komt na een zware sne
de veel trager op gang. Hiermee ver
spilt men tijd en het duurt veel lan
ger voordat etgroen voor de lamme-
I
de mate en het verloop van een even
tuele wormbesmetting. Als het aan
tal eieren per gram mest te hoog
wordt, dan moeten de dieren zo snel
mogelijk worden behandeld met een
ontwormingsmiddel.
Tenslotte
Breng geen drijfmest op grasland
waar kalveren weiden. Nieuw gras
land, mits nog niet eerder beweid is
ideaal voor kalveren, omdat daar
maar zeer weinig wormlarven voor
komen. Voor beweiding met pinken
kan men het beste een aparte opper
vlakte grasland bestemmen. Dit
komt de benutting van het grasland
ten goede.
Een goede opfok van het kalf begint
bij de geboorte. Met vragen over een
goede jongvee-opfok, ontwormen
van kalveren en perceelsindelingen
kunt u terecht bij DLV-
Rund veehouderij, Heilaarstraat
232, 4814 NR Breda, tel.
076-203190. lnB y Boeren
Op marginale gronden zijn de lammeren niet met alleen gras slachtrijp te
krijgen.
Vrijdag 25 mei 1990
ren beschikbaar is. Daarnaast heeft
men hooi met een lagere voederwaar-
de, dat in de winter extra aangevuld
moet worden met krachtvoer.
Wanneer de omstandigheden voor
hooiwinning minder ideaal zijn is
het de moeite van overwegen waard
om het gras te laten drogen. Men is
dan verzekerd van een goed produkt
in de wintermaanden, terwijl de op
brengst van het perceel verbetert.
Voer tijdig een onkruidbestrijding
uit.
Schapen en lammeren op
marginale gronden
Nu kunt u ook in de omstandighe
den zijn dat de gronden waarop de
schapen lopen marginaal zijn dat er
geen goede grasmat is. In dat geval
moet men er vanuit gaan dat de lam
meren niet slachtrijp te krijgen zijn
met alleen gras. Vaak betekent dat
dat de lammeren na het spenen een
slechte groei hebben en weer gaan
groeien nadat ze enkele weken op
een goede graszaadstoppel lopen of
groenbemester. Dit worden dan lam
meren die pas in december slachtrijp
zijn. In die periode is de kg-prijs
vaak niet het hoogst van het seizoen,
zodat de opbrengst tegenvalt. Daar
naast heeft u de dieren vrij lang
moeten houden, zodat het risiko van
uitval etc. toeneemt. Behalve deze
kosten heeft men ook nog extra
kosten voor ontwormen.
Men kan zich dus gaan afvragen of
het niet verstandig is om dergelijke
lammeren op tijd naar huis te halen
en op stal met krachtvoer slachtrijp
te maken. Op die manier kunt u re
gelmatig over het seizoen de lamme
ren verkopen met een goede vetbe-
dekking.
bedrijfsdeskundige schapenhouderij
ing. M. Westhuis
Vliegen kunnen op varkensbedrijven
veel hinder veroorzaken. Vliegen
zijn onhygiënisch en ze kunnen ziek
ten overbrengen. Wanneer er veel
vliegen in een stal voorkomen, wor
den de varkens onrustig. Dit kan na
delig voor de technische resultaten
zijn. Daarnaast veroorzaken vliegen
vaak overlast voor de varkenshou
der zelf en voor omwonenden.
Het is niet prettig om in een stal met
vliegen te werken, of in een omge
ving waar veel vliegen voorkomen te
wonen. Indien een vliegenplaag zich
naar de omgeving uitbreidt, kunnen
er problemen met de Hinderwet
ontstaan.
De meest voorkomende vliegensoort
is de kamervlieg. Deze legt haar eit
jes in rottend, organisch materiaal.
Mest en rottende voerresten zijn dus
broedplaatsen bij uitstek. Vooral
iets vochtige mest is ideaal; in te dro
ge mest verdrogen de maden en in te
natte mest verdrinken ze. Bij
35°C kunnen de vliegen zich opti
maal ontwikkelen. De ontwikkeling
van ei tot vlieg duurt dan slechts 8 a
10 dagen. Als U zich dan ook nog
bedenkt, dat één vlieg gedurende
haar leven 100 tot 300 eitjes legt, dan
zal het U niet verwonderen, dat de
aanwezigheid van een klein aantal
vliegen in korte tijd tot een ware
plaag kan leiden.
Voorkomen
Naarmate de stal schoner is, zal er
minder snel vliegenoverlast optre
den. Neem daarom de volgende hy
giënische maatregelen in acht.
- Ruim gemorst voer regelmatig op.
- Reinig de stal bij de leegkomst
grondig. Zorg er daarbij nog voor,
dat er geen mest- of voerresten in
hoeken, naden, scheuren of onder
voerbakken achterblijven. Dit zijn
ideale broedplaatsen.
Bestrijding
- De bestrijding begint met een goe
de hygiëne in de stal; chemisch
bestrijden is in een vuile stal zinloos.
- Begin tijdig met de vliegenbestrij-
ding om de opbouw van een vliegen-
populatie te voorkomen.
- Er bestaan allerlei bestrij
dingsmiddelen tegen vliegen in stal
len, zoals madendodende middelen
alsmede spuit- en smeermiddelen.
Pas een smeermiddel toe zodra U
vliegen ziet. Behandel daarnaast ook
de mest met een madendodend mid
del. Gebruik alléén bij ernstige vlie
genoverlast een vernevelmiddel om
de vliegenpopulatie af te toppen.
- Zorg er voor, dat de varkens niet
met het bestrijdingsmiddel in aanra
king komen.
- Gebruik niet steeds hetzelfde mid
del. Dit kan tot ongevoeligheid van
de vliegen leiden. Wissel daarom
werkzame stoffen (is niet hetzelfde
als merken) uit verschillende chemi
sche groepen af.
DLV
Team
L. Slootman
Varkenshouderij
"Breda"
tel.: 076-202681
De ledenraad van het Nederlands
Varkensstamboek (NVS) en de alge
mene ledenvergadering van Varkens
KI Noord-Brabant hebben op resp.
24 en 25 april jl. hun goedkeuring
gegeven aan de fusie tussen regio
Zuid van het Nederlands Var
kensstamboek en Varkens KI Noord
Brabant. Door de fusie ontstaat er
per 1 juli a.s. één zelfstandige coöpe
ratie in het Zuiden, statutair ge
naamd "Coöperatie Varkensverbe
tering Zuid U.A.". Van deze vereni
ging zullen alle huidige leden van de
regio Zuid van het NVS en van de
Coöperatieve Varkens KI-vereniging
Noord-Brabant lid zijn, in totaal
zo'n 5.000 leden.