janisatienieuws
VRIJDAG 10 DECEMBER 1993
een baan en plant maar een bos in".
Ik vind dat we moeten blijven knok
ken voor een meer landbouwvrien-
delijk beleid. Tegen de stroom op en
tegen de wind in. (Ook al zullen
sommigen dat wellicht als naief
bestempelen).
Vanaf 1983 zijn we vanuit de ZLM
begonnen om indringend te waar
schuwen voor het feit dat doorgaan
de prijsverlagingen en het stel
selmatig afbreken van de markt-
ondersteuning voor granen (en
aanverwante produkten), middels
verdringingseffekten funeste gevol
gen zou hebben voor de vermark-
ting en prijsvorming van praktisch
alle andere akkerbouwprodukten
(en uiteindelijk ook voor de tuin-
bouwprodukten en voor de niet- ge
quoteerde veehouderijprodukten).
Vandaag de dag is -jammer genoeg-
die voorspelling keihard uitgeko
men. Er manifesteert zich momen
teel een landbouwcrisis die (mijn
inziens) z'n weerga niet zal kennen.
Quotering
Vanaf 1985 hebben we vanuit de
ZLM gepleit voor EG-
graanproduktiebeperking middels
verplichte areaalquotering per be
drijf. In 1986 hebben we daartoe
een concreet voorstel en plan op de
landelijke vegadertafels gelegd. An
deren hebben soortgelijke voorstel
len gepresenteerd. Landbouwschap
en CLO-top bleven echter wat ze
noemden "marktgericht denken"
en kozen voor het crisismodel mid
dels prijsverlaging. De diverse voor
stellen werden van tafel geveegd.
De akkerbouwsektor voelde zich te
recht in de steek gelaten en geklei
neerd ook en vooral door de eigen
organisaties.
Eind 80-er en begin 90-er jaren (ook
nog vorig jaar om deze tijd) werden
die frustraties onderstreept met
grimmige en vrij harde trekkerakties.
Die akties waren mede gericht te
gen Landbouwschap en CLO-top.
De ZLM ondersteunde die akties en
verleende hand- en spandiensten.
Begin dit jaar werd in Nederland een
Akkerbouw-vakbond opgericht met
als doelstelling sektorale krachten
bundeling van akkerbouwers in de
EG en bewerkstelliging va produktie-
beperking middels areaalquotering
per bedrijf. De ZLM heeft zich uit
gesproken voor constructieve sa
menwerking met deze sektorale
organisatie. We kunnen in een geza
menlijk streven naar bepaalde
doelstellingen elkaar immers ver
sterken. Afgelopen zomer heeft de
ZLM wederom initiatief genomen
om een landelijk breed CLO-overleg
te doen organiseren. We hebben ge
pleit voor erkenning van het spilef-
fect van de granen en we hebben
betoogd dat de huidige vrijhandels
afspraken voor de landbouw in
GATT-verband desastreuse gevol
gen zullen hebben. We kregen (on
danks bijval van andere regionale
organisaties) weinig of geen gehoor
van de CLO-top. We hebben daarom
zelf de fraktievoorzitters van alle po
litieke partijen (op één na) in de
Tweede Kamer gewezen op die de
sastreuze gevolgen en we hebben
daarom zelf maar onze adhesie be
tuigd aan de Franse stellingname, in
Parijs zowel als in Brussel.
Vrije val
Het proces van schaalvergroting en
sanering in de Nederlandse land- en
tuinbouw heeft gemiddeld over de
laatste jaren tot gevolg gehad dat
zo'n 4 boerenbedrijven per dag op
hielden te bestaan. Vorig jaar stop
ten er volgens het CBS 8 per dag.
Dit jaar zal dat getal waarschijnlijk
oplopen tot 10 of meer per dag. Alle
tekenen wijzen erop dat deze trend
in de naaste toekomst zal leiden tot
nog dramatischer getallen. In deze
"vrije val" van de "primaire-
produktie" bedrijven worden ver
lengstukken meegesleept. In de
agrarische toeleverings-, afzet- en
verwerkingsbedrijven kostte dat
over de eerste 10 maanden van dit
jaar 12.000 arbeidsplaatsen, ofwel
40 banen per dag. Directeur De
Boon van Cebeco-Handelsraad
Velen maken van de mogelijkheid gebruik om na afloop nog even na te praten Dank u voor uw aandacht.
voorspelt voor de komende 2 a 3
jaar in de agrarische sector een to
taal verlies aan arbeidsplaats van 50
a 70.000. De omzet in de totale Ne
derlandse agribusiness vermindert
alleen dit jaar al met miljarden gul
dens. Het beroemde (aan de land
en tuinbouw te danken) vaderland
se exportoverschot op de handels
balans is als sneeuw voor de zon
aan het verdwijnen.
Tot nu toe blijven onze landelijke be
leidsmakers echter "ziende blind"
en "horende doof". Het woord
"landbouwcrisis" wordt angstvallig
vermeden. Men spreekt liever over
"een malaise in enkele sektoren" en
over een "tijdelijk conjunctureel
dal". Toch lijkt het er veel op, dat
men welbewust en doelbewust
kiest voor het economisch crisismo
del. Tussen de regels door wordt na
melijk betoogd, dat, omdat de
Nederlandse agrarische sector (rela
tief binnen de EG) een te hoog
kostenniveau heeft, er een rigoureu
ze sanering nodig is, om de kosten
van de produktie-middelen te verla
gen. De concurrentiepositie voor de
sector als geheel zou zodoende
weer op peil kunnen worden ge
bracht. Ik begrijp hier uit, dat men
met deze "laissez-faire"-visie opteert
voor een doorgaande, keiharde land
bouwcrisis specifiek in Nederland!
Een crisis, zodanig dat een minder
heid van de bedrijfsgenoten voor
een appel en een ei de bankroete
bedrijven van de meerderheid over
kan nemen, het zal u vreemd in de
oren klinken als ik u vertel, dat de
ZLM dergelijke scenario's verwerpe
lijk vindt. Als men kiest voor "de cri
sis om ter wille van de crisis", dan
is dat een schandalig anti-
landbouw-scenario.
Men gaat dan bewust voorbij aan
de werkelijke oorzaak van ons hoge
kostenniveau. Dat niveau heeft im
mers direct te maken met het niet-
geharmoniseerd zijn van de EG. De
lidstaat Nederland bevindt zich bin
nen die EG op een extreem duurte-
eiland. Onze nationaal-politiek be
paalde lasten en kosten op sociaal-
en fiscaal gebied en op het terrein
van milieu-, natuur- en arbeidsvoor
waarden rijzen de pan uit en beho
ren tot de hoogste en zwaarste van
de hele Gemeenschap.
Totale harmonisatie binnen de EG
óók en met name van de politiek be
paalde kostenfaktoren, dat moet
speerpunt nummer één zijn in onze
stellingname dat de concurrentiepo
sitie van de Nederlandse land- en
tuinbouw versterkt moet worden.
En zolang die harmonisatie niet to
taal is, zal geëist moeten worden
dat onze nationale concurrentie-
postie ook nationaal ondersteund
wordt!
Als we weten dat tengevolge van
de monetaire trucs die "Brussel"
Met ruim 400 bezoekers zijn bijna alle stoelen in de grote zaal van de "Prins van Oranje" bezet
uitgedacht heeft, wij 6% extra ver
liezen op het door de EG gedicteer
de toch al zwaar verliesgevende
prijsniveau van onze spilprodukten,
terwijl in Engeland en in Frankrijk
respectievelijk 16% en 6% gewon
nen wordt...?
Als we weten dat ondermeer in
Frankrijk ruimschoots nationale in-
vesteringsteun en rentesubsitie op
boerenbedrijfsniveau beschikbaar
wordt gesteld, en dat maximaal ge
bruik gemaakt wordt van alle be
schikbare EG-fondsen; terwijl in
Nederland deze faciliteiten tot de ta
boes behoren.
Als we bovendien weten dat de ver
wezenlijking van een voor de land
bouw onzalig GATT-accoord voor de
deur staat, en dat het waarschijnlijk
zal zijn dat landen als Frankrijk en
Duitsland in het sjoemel-stadium
van de laatste maanden intern na
tionale compensatiemogelijkheden
voor hun nationale land- en tuin
bouw bedongen hebben (om van de
toezeggingen die Clinton aan de
Amerikaanse boeren gedaan heeft
maar te zwijgen);
als we ook weten dat in Nederland
de mening overheersend is dat na
tuur belangrijker is dan landbouw en
er planologisch volop gestreefd
wordt naar nostalgische mengvor
men die de landbouweconomische
beheers- en ontwikkelingsmogelijk
heden op boerenbedrijfsniveau we
zenlijk aantasten en bevriezen.
Als we, dames en heren.... maar laat
ik maar ophouden.
Vechten
Ik beschouw het echter als onze
blijvende taak om te blijven vechten.
Om met glasharde argumenten de
beleidsmakers met onze gerecht
vaardigde wensten te blijven
bestoken.
De gerechtvaardigde wensen zijn:
1. het loslaten van de vrijemarkt-
ideologie voor de spilprodukten
en de bulkprodukten in de land
en tuinbouw;
2. in een onverhoopt GATT-accoord
alsnog intergreren, dat (per land
en per economisch blok) strin
gente (en evenwichtige)
quotum-afspraken gemaakt wor
den 'voor de afzet op de wereld
markt van granen,
graanvervangers en andere bulk
produkten;
3. in de EG een verplichte graan
areaalquotering invoeren; met
handhaving van een eigen Euro
pees kostprijsniveau;
4. in Nederland minimaal een pas
op de plaats maken met betrek
king tot de milieu-eisen en de
natuurclaims.
5. en tenslotte: naar het voorbeeld
van Frankrijk de WIR (met een
"plus") herinvoeren voor in
vesteringen in de land- en tuin
bouw sector.
Willen is kunnen. Om te beginnen
zullen we voor elkaar moeten krij
gen dat onze landelijke organisatie-
top onze wensen wil bevechten.
Daartoe zal die top uit de Haagse
ivoren torens moeten komen. Als
dat gebeurt dan zullen ook de poli
tieke koersen in Den Haag en Brus
sel wellicht nog bijgesteld kunnen
worden. Dan komen er wellicht ook
weer meer kansen voor de Neder
landse boeren om zich aan te kun
nen passen aan veranderende
omstandigheden. Want boeren en
tuinders willen zich aanpassen.
Iedere generatie weer hebben ak
kerbouwers, tuinders en veehouders
getoond, dat ze zich aan willen en
kunnen passen. Zodanig zelfs, dat
het alle andere bedrijfstakken en
economische sectoren tot voor
beeld strekt. Boeren zijn nuchter.
Vakmanschap en ondernemerschap
staan centraal. Ze geloven niet in
luchtkastelen en gouden bergen.
Boeren hebben een groot
incasserings- en een taai doorzet
tingsvermogen. Ze worden gedre
ven omdat ze zo graag boer willen
zijn. Ze beseffen daarbij zeer wel dat
er afvallers zullen zijn. Dat is een
geaccepteerde economische wet
matigheid. Boeren zijn keihard bezig
om te diversificeren. Boeren zijn vol
op bezig met nieuwe teelten en pro
dukten en met het vinden van
nieuwe markten. Boeren zijn inten
sief bezig met het reorganiseren van
hun afzetkanalen en met het vervol
maken van de kwaliteitsbewaking
van hun produkten. Boeren verrich
ten grote prestaties met het terug
dringen van de milieubelasting. En:
boeren zijn niet ongenegen om een
deel van de natuurproduktie en het
natuuronderhoud op een zakelijke
manier voor hun rekening te nemen.
Boeren hebben oog voor de realiteit.
Maar... boeren worden opstandig én
moedeloos als die realiteit door de
politieke overheden tot de "zo
veelste macht" verheven wordt. Als
ze met hun boerenverstand boven
dien moeten constateren, dat het
wegsaneren van complete land-
bouwbedrijfstakken klaarblijkelijk
tot politieke doelstelling geworden
is, dan kunnen en willen ook boeren
het uiteindelijk niet meer bolwerken
en laten ze het hoofd hangen.
Als we, dames en heren, vanuit de
ZMO aan maatschappij en samenle
ving duidelijk kunnen maken dat dat
nu juist voorkomen moet worden,
dat voorkomen moet worden, dat
Nederland verpaupert, omdat het
zijn boeren laat verpauperen, dan
kunnen we als ZMO ook onze ver
antwoordelijkheid invullen en uit
voeren om onze leden zo goed
mogelijk te inspireren en te begelei
den bij een zich steeds aanpassend
vakmanschap en ondernemerschap.